veelzeggend. Deze luiden dat voor het
verstrekken van particulier bedrijfskre-
diet de Boerenleenbanken de aangewe
zen instellingen zijn en dat voor het fi- j
nancieren van plaatselijke landbouwver-
enigingen deze Boerenleenbanken op
volledige steun van de centrale krediet
organisatie moeten kunnen rekenen.
Men meent ook dat voor de ontwikke
ling van het onderling geldverkeer de
oprichting van gewestelijke bankinstel
lingen voor de landbouw zeer gewenst
is. Het was nog in de tijd dat het giro-
verkeer nauwelijks bestond en geld
waarden 'in natura' over en weer moes
ten worden gezonden.
Rapporteurs meenden dat voor het ver
richten van alle bankzaken de centrale
kredietorganisatie in Amsterdam geves
tigd moest zijn en gaven het bestuur
van de Friesche Maatschappij het ad
vies te informeren of door de centrale
regelingen worden getroffen om in de
toekomst te kunnen voorzien in de kre-
dietbehoeften van grote coöperatieve j
landbouwindustrieën enz. enz.
De Friesche Maatschappij van Land-
bouw zal, nadat eenmaal de Boeren
leenbanken hun plaats in Friesland kre-
gen, misschien niet meer een grote di
recte invloed op de ontwikkeling daar
van gehad hebben. Beide organisaties
lijken zó met elkaar verweven dat het
niet onwaarschijnlijk is dat die gunstige
invloed nog lang zal hebben bestaan en
wellicht nog aan te wijzen is.
Leeuwarden
In deze 'beschouwing in vogelvlucht' is
het uiteraard niet mogelijk alle facetten 1
van '75 jaar landbouwkrediet in Fries
land' te belichten.
Ter wille van de historische volledigheid
moet ook aandacht worden gegeven
aan de gang van zaken met betrekking
tot het uittreden van de Coöperatieve
Zuivelbank Leeuwarden.
Het begon op 11 augustus 1960 toen de
Zuivelbank aan de Coöp. Boerenleen-
bank Nijega-Opeinde bekend maakte
dat het plan bestond om in Drachten
een Landbouwcentrum te stichten.
'Over de inbreng van uw belangen, bijv.
personeel, in de op te richten bank
instelling en de gemeenschappelijk te
voeren rentepolitiek zou uiteraard nader
overleg nodig zijn.' Ook 'Boornbergum'
en 'Olterterp' wilde men in dit overleg
betrekken.
Geen van deze banken gevoelde ook
maar iets ervoor om door de Zuivelbank
te worden gedomineerd. Men zag geen
nut in een mondelinge bespreking maar
men stelde wel deCCRB en alle Boeren
leenbanken in de provincie Friesland op
de hoogte van het groeiende conflict,
waarover men zeer gegriefd was.
Er zullen meerdere besprekingen zijn
geweest, die echter geen positief resul-
taat opleverden totdat op 22 maart
1962 bekend werd gemaakt door prof. 1
dr. G. Minderhoud, voorzitter van het
bestuur van de centrale bank, dat de
heer J. L. Hoogland, voorzitter van het
bestuur van de Zuivelbank, zijn functie
als bestuurslid van de CCRB beëindigde.
In de circulaire van 22 maart 1962
wordt uitvoerig uit de doeken gedaan
hoe het conflict ontstond en groeide en
ook wordt medegedeeld dat de Zuivel
bank ongevoelig is voor elk overleg al
hoewel deze geen enkele reden had,
zich over de houding van de centrale
bank te beklagen.
De Zuivelbank stelde de centrale bank
onaannemelijke voorwaarden, zeker ook
gezien het feit dat de sterke groei van
de Zuivelbank bevorderd was door de
omstandigheid dat de geldende dispen-
satiegrenzen, dat zijn de normen voor
de omvang van de kredietverlening, ge
regeld door haar werden overschreden,
waardoor zij grote uitzettingen kon
doen, dank zij de liquiditeit van de rest
van de organisatie.
De Zuivelbank wenste dat door de Boe
renleenbanken geen uitbreiding zou
worden gegeven aan de krediet- en
voorschotverleningen aan de leden
(coöperatieve verenigingen) van de Zui
velbank. Deze formulering beperkte ei
genlijk het arbeidsterrein van de Boe
renleenbanken tot natuurlijke personen,
terwijl krediet- en voorschotverlening
door Boerenleenbanken aan coöperatie
ve verenigingen in Friesland een aflo
pende zaak zouden zijn.
Tegenstellingen, gedaan door het be
stuur van de centrale bank werden niet
in overweging genomen. De Zuivelbank
wilde overtollige gelden niet bij de cen
trale deponeren en men wilde evenmin
overleg plegen over het aanwenden van
een toch wel bijzonder extra kredietfaci
liteit, die de centrale bereid wat te ver
strekken. Pogingen tot overbruggen van
de steeds groter wordende tegenstellin
gen leden schipbreuk totdat eindelijk in
augustus 1962 de teerling werd gewor
pen; de Zuivelbank bedankte als lid van
de Coöp. Centrale Raiffeisen-Bank. Dit
tot groot leedwezen van velen, o.a. van
de heer De Jong die 28 jaar in verschil
lende functies en van 1964 tot 1977 als
lid van de Raad van Toezicht van de
centrale bank het als Fries zeer betreur
de dat 'deze twee verwante instellingen,
die zoveel voor het agrarisch bedrijfsle
ven betekenen, in een felle onderlinge
concurrentie verkeren.' Hij en ongetwij
feld met hem ook anderen hopen dat de
scheiding in de toekomst weer onge
daan kan worden gemaakt.
De Zuivelbank kon, gezien haar bijzon
dere positie, de moeilijkheid om vol
doende (spaar-)gelden ter uitzetting te
ontvangen, misschien wel met enig
recht op extra tegemoetkomendheid
verwachten, maar de centrale bank kon
op deze verlangens niet ten volle ingaan
ter wille van de handhaving van een van
de grondbeginselen van de Raiffeisenor-
ganisatie: het met een zekere souplesse
maar toch zo rechtvaardig mogelijk
handhaven van het juiste evenwicht
tussen de aangesloten banken.
Van beide kanten is - daaraan mag niet
worden getwijfeld - oprecht gepoogd
alle belangen tegenover elkaar af te we
gen. Dat de eisen van de Zuivelbank -
noodzakelijkerwijze zeer zwaar, té
zwaar, wogen is te betreuren. Er loopt in
Friesland helaas nog altijd een kloof tus
sen de Rabobankorganisatie en de Zui
velbank, de huidige Friesland Bank.
Feest
Gelukkig bleef het aantal 'getrouwe Ra-
bobanken' groot. Slechts enkele banken
volgden de Zuivelbank.
Die 'getrouwe banken' hebben '75 jaren
landbouwkrediet in Friesland' zeer fees
telijk herdacht.
Er waren, behalve de jubileumviering
van de Rabobank Leeuwarden, agrari
sche voorlichtingsdagen, zomeravond
concerten in Leeuwarden, Sneek,
Drachten, Heerenveen, Balk en Ooster-
wolde.
Er was een 'popconcert' in het stadion
Thialf in Heerenveen. Medewerkers van
de Friese Rabobanken werden vergast
op een feestavond; alle banken in Fries
land ontvingen speciale jubileumvlag-
gen. Er werd financiële steun gegeven,
(behalve de reeds genoemde
f 100 000,-) aan de Friese voetbalbond.
Het Skütsjesilen en Fierljeppen, schaat
sen, concoursen hippique, trekker-trek-
wedstrijden, bridgedrives, dammen en
nog veel meer zullen weten dat de
Rabo-organisatie nog zeer jong is.
Enkele banken herdenken hun jubilea in
eigen kring; dat mag óók.
Tb