huur van
woonruimte in
burgerlijk wetboek
te brengen op de valutamarkten. Het Huurbescherming
blijft evenwel een tussenoplossing. Her- De eerste prijsbeheersingswet manifes-
stel van een evenwichtig wereldgeld- teerde zich in 1917 toen de Huurcom-
stelsel, welke bij onevenwichtige beta- missiewet van kracht werd, in 1940 ge-
lingsbalansontwikkelingen een symme- volgd door het Huurprijsbesluit. Later
trisch aanpassingsproces (afremmen werd de prijsbeheersing voornamelijk
van de bestedingen bij betalingsbalans- door de Huurwet van 1950 mogelijk ge-
tekorten en opvoeren van de uitgaven maakt. Ook in de Pachtwet zijn bepalin-
bij overschotten) in de verschillende gen te vinden, die een ongebreidelde
landen kan afdwingen, blijft op lange pachtverhoging tegengaan,
termijn de enig werkelijke oplossing
voor stabiliteit. j De huurbescherming ten slotte is voor
het eerst in 1918 geregeld door middel
van de Huuropzeggingswet. Later volg
den regelingen in het Huurbescher
mingsbesluit van 1941 en in de Huur
wet. In 1971 en 1972 ontstonden duide-
Wanneer de veronderstelling in het aloude adagium 'iedereen wordt geacht
de wet te kennen' op werkelijkheid zou berusten, zouden veertien miljoen
Nederlanders het huurrecht tot in de finesses moeten beheersen. De wet
gever heeft er in deze eeuw echter alles aan gedaan om de complexiteit van
de huurwetgeving zodanig te vergroten, dat haar eigen adagium ten aan
zien van dit onderdeel feitelijk tot een illusie is geworden. Daarom is het
niet al te gewaagd om te veronderstellen dat een uiteenzetting over de ver
nieuwing van het huurrecht voor de grote schare van mensen die door de
bomen het bos niet meer zien, zijn nut kan hebben.
leiding zou zijn het noodzakelijke bin
nenlandse aanpassingsbeleid, zoals in
krimping van de concurrentiepositie en
vermindering van het energieverbruik,
met minder elan uit te voeren dan in fei
te noodzakelijk zou zijn.
Concluderend kunnen we stellen dat de
invoering van een substitutierekening,
bij een voldoende aantrekkelijk karakter
van de in SDR's luidende activa, zeker
een bijdrage kan leveren om meer rust
In de negentiende eeuw hebben de
huurbepalingen in het Burgerlijk Wet
boek (BW) alle huurverhoudingen be
heerst. De huurovereenkomst kon toen
betreffen de huur van huizen en andere
onroerende goederen, van huisraad, van
diensten(l) van landbouwgronden en de
aanneming van werk.
In 1907 werd hieraan onttrokken de
huur van diensten, doordat de arbeids
overeenkomst een aparte regeling in het
BW kreeg. Eveneens in 1907 kreeg de
aanneming van werk een eigen plaats in
het BW en in 1918 volgde de huur van
landbouwgronden, die een eigen wette
lijk kader kreeg in de Pachtwet. Zo heeft
de wetgever, telkens inspelend op
maatschappelijke veranderingen, in de
huurverhoudingen ingegrepen. Dit ge
beurde zowel in als buiten het BW,
waarbij de grootste aandacht uitging
naar de huur van onroerend goed. De
wijzigingen met betrekking tot de huur
van onroerend goed kunnen in een drie
tal categorieën worden ingedeeld:
die, waarbij de bescherming van de
huurder voorop stond;
die, waarbij de prijsbeheersing een rol
speelde en ten slotte de wijzigingen,
j waarbij een onderscheid in soorten on- j
roerend goed werd aangebracht.
Bij dit laatste kan met name worden ge
dacht aan de Pachtwet, die een duidelijk
onderscheid aanbracht tussen land
bouwgrond en andere grond, en aan het
onderscheid tussen woon- en bedrijfs
ruimte.
lijke verbeteringen in de bescherming
van de huurder door het opnemen van
nieuwe bepalingen in het BW, die rege
lingen bevatten over het einde van de
huur van bedrijfsruimte en woonruimte.
Ten aanzien van de pacht kan worden
opgemerkt dat de bescherming van de
pachter in hoge mate in de Pachtwet is
geregeld.
Uit het bovenstaande volgt dat de wet
telijke regels voor de pachtverhoudin-
gen de hierboven genoemde drie cate
gorieën - bescherming, prijsbeheersing
en onderscheiding in soorten - in zich
verenigen.
Ten aanzien van de huurbescherming en
prijsbeheersing werd in de Huurwet het
woord 'liberalisatie' geïntroduceerd,
waarmee werd aangegeven dat in de
vervolg op pagina 24, 3e kolom
HEUVEL Slt]
I1ARINA