lidmaatschap en
aansprakelijkheid
Iffie£) geaarzemaar kan er niet
onderuit. Daan/oor is het onder
werp te belangrijk en te actueel.
En ai is het onbegonnen werk om zo'n
heel moeilijke materie 'eens even' glas
helder uit te leggen, misschien kan ik
vriend of buitenstaander iets op weg
helpen, wanneer dezen er zelf mee te
plaatselijke banken te wensen over, er is
bij nogal wat leden een soort 'stil' lid
maatschap ontstaan, waarbij onvol
doende gebruik wordt gemaakt van de
bevoegdheden die een iid toekomen.
Dat doet afbreuk aan het verenigings
aspect van onze banken en dreigt ook
hun aloude plaatselijke gebondenheid
herhaalt dan ook één van haar aanbeve
lingen uit 1975: stel het lidmaatschap
niet meer verplicht voor particulieren,
maar alleen voor beroeps- en bedrijfs-
debiteuren. Dat betekent wel vermin
dering van het ledenbestand - er zijn
'slechts' ongeveer 300 000 beroeps- en
bedrijfsmatige leden - maar we houden
uit te hollen; twee punten waarop wij
ons juist van andere banken onderschei
den.
Voor de Structuurcommissie roept dit
fundamentele bedenkingen op. Juist
aan haar werken in een plaatselijke ge
meenschap, die via leden zelf over de
bank zeggenschap uitoefent, ontleent
de Rabobankorganisatie haar eigen
identiteit in het maatschappelijk gebeu
ren en ook binnen het Nederlandse
bankwezen. Een bewust ledenbestand,
dat bereid is van zijn rechten gebruik te
maken en waaraan het bestuur op reële
wijze verantwoording kan afleggen, is
zonder meer van wezenlijk belang voor
het goed functioneren van de bank als
coöperatieve vereniging!
Het lidmaatschap moet nieuwe impul
sen krijgen! Het moet met name van
meer betekenis en inhoud worden voor
degenen die het nauwste met de bank
verbonden horen te zijn. Historisch ge
zien zijn dat altijd onze beroeps- en be-
drijfscliënten geweest. Daartegenover
zou dan het lidmaatschap voor particu
lieren voortaan facultatief kunnen wor
den, zodat alleen die particulieren die
daar prijs op stellen tot een geïntensi
veerde lidmaatschapsrelatie met de
bank kunnen komen. De Commissie
maken krijgen of er zijdelings iets over
mochten horen.
Het gaat over het kersverse rapport
1980, dat onze Structuurcommissie juist
heeft uitgebracht. Het vierde in succes
sie, deze keer over lidmaatschap en
aansprakelijkheid binnen onze coöpera
tieve organisatie. Er is al lang naar de
komst van dit rapport uitgezien, maar
het werd schijnbaar telkens weer voor
uitgeschoven. Nu het er is, moeten we
erkennen dat dit moeilijk anders kon.
in vogelvlucht ontwaar je twee pro
bleemgebieden in het rapport: het eer
ste is zeer herkenbaar, maar de oplos
singen zijn daar toch niet één, twee, drie
te geven; het tweede vind ik razend las
tig, al ligt de oplossing daar technisch
binnen handbereik. Beide gebieden
staan overigens in verhouding met el
kaar.
Bekend terrein betreden we,
wanneer het rapport laat zien hoe
door allerlei oorzaken de betrok
kenheid van de leden bij onze banken is
afgenomen. Lang niet al onze circa
950 000 leden tonen zich werkelijk
geïnteresseerd, het bezoek aan algeme
ne vergaderingen laat bij een aantal
toen een grote kern over, die in veel gro
tere mate dan tot dusverre bij de bank
betrokken kan worden. Langs die als het
ware homeopatische weg liggen er zo
als aangegeven ook perspectieven voor
de particulieren: verplicht ze niet, geef
de huidige particuliere leden zelfs gele
genheid voor het lidmaatschap te be
danken, maar stimuleer wel het lid
maatschap van degenen, die dat lid
maatschap toch op prijs stellen. Ons le
denbestand moet immers uit alle gele
dingen van de bevolking zijn opge
bouwd, daar hoort de particuliere sector
zeker bij. Door de particulieren in vrij
heid te laten kiezen, zullen de werkelijke
belangstellenden blijven.
Daar iaat het rapport het niet bij. Het
draagt een aantal waardevolle sugges
ties aan, die als instrument kunnen die
nen om bank en leden meer op elkaar te
betrekken. Zoals reeds gezegd, dat zal
niet één, twee, drie lukken, maar er is
genoeg om er met hernieuwd enthousi
asme tegenaan te gaan. De coöperatie
als vereniging kan er fris door opbloei
en!
L edenaansprakelijkheid verhoogt
de solvabiliteit van de bank. Dit
neerschrijvende betreed ik het
/«-j