wat ons bezighoudt wob BEZUINIGEN Bezuinigen is al jarenlang het parool waarmee economen en politici stuur proberen te geven aan de economische ontwikkeling in ons land. Er moet bezui nigd worden op de overheidsuitgaven, de sociale uitkeringen en op de lonen. Zo niet dan loopt er nog veel meer mis dan al het geval is. Het financieringste kort van de overheid gaat de perken te buiten, de betalingsbalans belandt fors in de rode cijfers, de inflatie wakkert weer aan en de werkloosheid zal verder stijgen. Aan de roep om bezuiniging ligt ten grondslag de afzwakkende econo mische groei als gevolg van onder meer de sterke stijging van de energieprijzen en de toenemende concurrentie van landen met een laag loonkostenniveau. Het valt ons echter niet licht om de te ring naar de nering te zetten. We zijn nog steeds zo in de ban van de groei- euforie dat we al spreken over matigen en inleveren wanneer het gaat om min der meer krijgen. Met minder meer zul len we het in de toekomst echter waar schijnlijk niet redden. Volgens de jong ste ramingen van het Centraal Planbu reau zal de groei van het reëel nationale inkomen in 1980 praktisch op nul uitko men, nadat in september nog werd uit gegaan van een verbetering met 2,5 Het is daarom niet zo verwonderlijk dat de regering zich beraadt op verdere for se beperkingen in haar uitgaven en dat een loonpauze, voorlopig voor de duur van twee maanden, werd uitgevaardigd. Toch zijn niet alle economische smaak makers het er over eens dat de broek riem zoveel strakker moet worden aan gehaald. Immers, zo is hun redenering, wordt hiermee een zodanige rem op de bestedingsontwikkeling gezet dat per saldo toenemende afzetproblemen meer schade zullen aanrichten dan de bezuinigingen goed doen. Waarom zou de overheid haar financieringstekort niet verder kunnen laten oplopen, zo vragen zij zich met name af. Het is in derdaad goed ervoor te waken dat we niet doorslaan in onze bezuinigingsdrift. Zoals immers, volgens de wet van Say, ieder aanbod zijn eigen vraag schept, is het volgens de Keynesiaanse receptuur ook mogelijk om via bestedingsimpul sen een economische neergang te be strijden. De keuze van de instrumenten zal ech ter vooral moeten zijn afgestemd op de aard van de kwaal. En die kwaal is in de huidige situatie nogal complex, een mengeling van conjuncturele, structure le en incidentele elementen. Voor een klein land met een zo open economie is het in deze omstandigheid zeker ook zaak om het beleid af te stemmen op ontwikkelingen in ruimer internationaal verband. Een stimulerend beleid in de belangrijkste industrielanden brengt met zich mee dat ook in ons land de teugels wat minder strak behoeven te worden aangehaald. Loopt Nederland in dat opzicht echter voorop dan is de kans groot dat we uiteindelijk nog verder van huis raken. In deze context is het onmogelijk om op voorhand exact vast te stellen welke be- zuinigingsomvang het meest aangewe zen is. Ook de meest geavanceerde eco nomische modellen kunnen hier geen uitsluitsel over bieden. Gegeven echter de onzekerheidsmarges lijkt het voorals nog te verkiezen om tijdig ruimschoots gas terug te nemen respectievelijk te remmen. Versnellen kan daarna altijd nog gemakkelijk. Raken we daarente gen in een slip, omdat we onvoldoende vaart hebben geminderd, dan is het niet meer zo eenvoudig om te corrigeren. BANKADVISEUR MET DE TEST BEGONNEN Om even het geheugen op te frissen: bankadviseur is de naam voor de functi onarissen, die de onder ons ontwikkelde gedachte van het 'persoonlijke banksy steem' (in het begin spraken we van de personal banker-conceptie) gestalte moeten geven. Vorig jaar augustus schreven we daarover. Naar buiten is het sindsdien wat stil geweest rond die bankadviseur, maar intern is er des te harder gewerkt. Besloten was een se rieuze proefneming met de bankadvi seur te nemen, een proefneming die be doeld is om te zien of we langs deze weg door cliëntgericht denken de relatie cliënt-Rabobank een voor beiden ver rassende en verfrissende stimulans kun nen geven. Na grondige voorbereiding is per 1 ja nuari het experiment in de praktijk bij 32 banken begonnen. Onze filosofie, die op zichzelf goed lijkt, zullen we nu aan de concrete praktijk gaan toetsen op 13 EERSTE PAAL ZEIST De eerste betonstorting voor de uitbreiding van het computercentrum van de Rabobankorganisatie in Zeist is verricht op 18 januari. Op de foto ziet u drs. R. B. J. van Eldik, lid van onze hoofddirectie bezig met deze handeling.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1980 | | pagina 2