kredietrestrictie
kunnen bereiken. Geen fiches voor het
inflatoire spel'.
Men proeft hieruit het dilemma waar
voor de monetaire autoriteit bij uitstek
in ons land zich geplaatst ziet. Hij on
derkent enerzijds de noodzaak van een
gelijk gerichte aanpak op alle drie de ge
noemde terreinen, doch zegt anderzijds
dat hoe de overheidsfinanciën en de lo
nen zich overigens ook mogen ontwik
kelen, op monetair terrein zal hij de teu
gels strak in de hand blijven houden.
Vanuit zijn specifieke verantwoordelijk
heid is deze opstelling te begrijpen doch
in breder verband zitten hieraan toch
ook wel bedenkelijke kanten.
Ten eerste denk ik dan aan de groeiende
twijfel over de effectiviteit van het mo
netaire beleid. In de afgelopen decennia
heeft het monetaire beleid een sterke
opwaardering mogen ervaren. De op
vatting dat de geldvoorziening slechts
een bijkomstige factor is in het geheel
van de economische ontwikkeling heeft
drastisch terrein prijs moeten geven.
Waar sprake is van een opwaardering
dreigt echter al gauw het gevaar van
een overwaardering. Met name is hier
van sprake wanneer men het monetaire
beleid een spilfunctie toekent die in
staat wordt geacht om uitwassen op
andere terreinen weer in het gareel te
krijgen. Als dit al zo mocht zijn, dan
slechts ten koste van ernstig schadelijke
neveneffecten op weer andere terrei
nen. Met name is daarbij te denken aan
de investerings- en werkgelegenheids
ontwikkeling.
Kwade bijverschijnselen
Gezien de ervaring met het kredietre-
strictiebeleid in de afgelopen jaren zou
men kunnen concluderen dat het met
de direct schadelijke neveneffecten ken
nelijk is meegevallen. Immers van een
waarneembare besnoeiing naar de kant
van de kredietaanvragers is weinig of
niets te merken geweest. Wel liep de
reële rente aanmerkelijk op, doch uit al
gemeen-economisch oogpunt wordt
daar doorgaans niet zo zwaar aan getild.
Natuurlijk nemen de financieringslasten
van bedrijven hierdoor toe, doch in ver
houding tot de loonkosten worden deze
lasten dan toch nog vaak van onderge
schikte betekenis geacht. Bovendien
lijkt het huidige hoge rentepeil uitste
kend te passen in het streven om de
wisselkoers van de gulden op peil te
houden. Zo beschouwd lijkt er niet zo
gek veel aan de hand. Toch is er meer.
j Immers over een langere periode be-
schouwd zal het rentepeil een afspiege
ling moeten zijn van de rendementen op
de onderliggende investeringen.
Deze fundamentele economisch wet
matigheid wordt in de huidige verhou
dingen steeds meer met voeten getre
den. Men kan zich afvragen hoe dit kan
gebeuren. Normaal gesproken zou men
immers mogen verwachten dat een te
hoog rentepeil in relatie tot de rende
menten zou leiden tot een spontane j
vermindering van de kredietvraag voor
investeringsdoeleinden, zodanig dat uit
eindelijk weer een evenwichtigere ver
houding ontstaat. En inderdaad we zien
ook dat de investeringsontwikkeling
veel te wensen overlaat. Dat echter des
ondanks de rente hoog blijft, is voor een
groot deel toe te schrijven aan de aan-
I houdend grote kapitaalvraag van de i
overheid die niet door rendementseisen j
wordt gehinderd. Daarbij komt dat be
drijven in toenemende mate op een rui-
mer kredietgebruik zijn aangewezen j
niet om uitbreidingsinvesteringen, maar
om verslechterde vermogensverhoudin-
gen te financieren.
In het voorgaande zijn enkele kritische
kanttekeningen geplaatst bij het sedert
1977 van toepassing zijnde krediet-
restrictiebeleid in ons land. Door middel
van de kredietrestrictie tracht De Neder-
landsche Bank de inflatie zoveel moge
lijk te beteugelen. Het leidt geen twijfel
dat mede ook hierdoor de prijsontwik
keling in de afgelopen jaren in een ge
matigder vaarwater terecht is gekomen.
Anderzijds zijn hiervan echter via de op
stuwende invloed op het rentepeil be
langrijke schadelijke neveneffecten uit
gegaan. Van wezenlijke betekenis in dit
verband is vooral dat hiervoor het rente
peil veel losser is komen te staan van de
investeringsrendementen in het be
drijfsleven. Dit kan te meer ernstige ge
volgen hebben nu volgens de meest re
cente vooruitzichten van het Centraal
Planbureau de druk op de rendementen
in 1980 belangrijk verder zal toenemen.