midden- en kleinbedrijf volop in belangstelling Het midden- en kleinbedrijf staat volop in de belangstelling. Ook bij de Rabobankorganisatie. Dat is volkomen terecht. Want deze bedrijfstak is van zeer grote betekenis voor de werkgelegenheid. Ruim 21 procent van de beroepsbevolking is werkzaam in het midden- en kleinbedrijf. Dat komt neer op zo'n 1 miljoen werknemers en werkgevers. Uit ge gevens van de Raad voor het Midden- en Kleinbedrijf blijkt bovendien dat ondanks het verdwijnen van een groot aantal vestigingen in de laatste jaren en een daarmee gepaard gaande schaalvergroting de werkgelegenheid in het midden- en kleinbedrijf toeneemt. Naast de overheid en de dienstensector is het midden- en kleinbedrijf de enige bedrijfstak waar nog sprake is van een groei van de werkgelegenheid. Er is dus reden genoeg voor een gezonde ontwikkeling van dit bedrijf. Een positief geluid is in ieder geval dat men verwacht dat het arbeids volume in het midden- en kleinbedrijf in het nieuwe jaar tenminste op peil zal blijven. een investering, of het nu bestaande on dernemingen of nieuwe betreft. Naast de benodigde juridische zekerheden zal de bank ook kijken naar andere aspec ten. Ontwikkelingen en verwachtingen van de bedrijfstak waarin het bedrijf zich bevindt, perspectieven van het verz.or- gingsgebied en niet te vergeten de on dernemer zelf worden bij de beoordeling betrokken,' aldus Duisenberg. Kritiek Het was mede tegen die achtergrond, dat Duisenberg in Amsterdam inhaakte op de kritiek die van verschillende kan ten is geuit op de banken in het alge meen. Premier Van Agt, minister Van Activiteiten In onze organisatie zijn de laatste jaren tal van activiteiten ondernomen, die blijk geven van onze betrokkenheid bij het midden- en kleinbedrijf. Nog on langs werd in Amsterdam, ter gelegen heid van het 75-jarig jubileum van de Rabobank Amsterdam, een symposium - getiteld: 'Het Amsterdamse midden bedrijf in beweging' - gewijd aan de problemen waarmee deze bedrijfstak te kampen heeft. Hoewel die bijeenkomst een regionaal karakter droeg, zijn daar toch enkele belangrijke zaken naar vo ren gebracht, die voor het hele midden- en kleinbedrijf in ons land van betekenis zijn. Daarover straks meer. Intussen zijn tal van instellingen, waaronder ook onze organisatie, druk met voorbereidingen voor de landelijke manifestatie 'Info- Selecta'. Met deze van 4 t/m 8 februari in het Rotterdamse Ahoy-gebouw te houden beurs wordt beoogd 'brede in formatie' te geven over diverse vormen en aspecten van dienstverlening ten be hoeve van 'ondernemend Nederland'. De beursactiviteiten zijn speciaal gericht op de ondernemers uit het midden- en kleinbedrijf. Deelnemers zijn ondermeer: de over heid en semi-overheid, het Economisch Instituut voor het Midden- en Kleinbe drijf, het Centraal Instituut voor het Mid den- en Kleinbedrijf, de Kamers van Koophandel, de banken, financierings maatschappijen, verzekeringsmaat schappijen, informatie- en incassobu reaus, makelaars, planologen, belasting adviseurs, computeradviesbureaus, juri dische- en bedrijfsadviseurs. Bijzondere aandacht De Rabobankorganisatie zal onder an dere vertegenwoordigd zijn door specia listen op het gebied van het midden- en kleinbedrijf van de afdeling handel, nij verheid en instellingen (HNI). Zij zullen geïnteresseerde bezoekers uitvoerig in lichten over de financieringsmogelijkhe den die onze banken voor deze bedrijfs tak hebben. De Rabobanken hebben daar vanouds een bijzondere aandacht voor gehad. Het creëren van de bijzon dere middenstandsfinanciering (nu ge heten bijzondere bedrijfsfinanciering) is daar een voorbeeld van. Immers, daar mee konden onze banken voor de finan ciering van het midden- en kleinbedrijf, naar analogie van onze agrarische fi nancieringsmogelijkheden, al zeer ver gaan, nog voordat de monopoliepositie van de Middenstandsbank op het ge bied van kredieten met overheidsgaran- tie doorbroken werd. Dat gebeurde pas in 1977. Het feit dat onze organisatie volledig op het midden- en kleinbedrijf is inge speeld mag ook blijken uit de cijfers. Veertig procent van de ruim 340 000 bedrijven in het midden- en kleinbedrijf doet zaken met de Rabobank. Driekwart daarvan ofwel 30 van het totaal had de Rabobank als enige of belangrijkste bankier. Dit alles betekent, dat onze organisatie ook in de niet-agrarische sfeer als zeer belangrijk financier van het bedrijfsleven kan worden be schouwd. Verantwoordelijkheid Die constatering brengt ook een grote verantwoordelijkheid voor ons mee. Dr. W. F. Duisenberg, plaatsvervangend voorzitter van de hoofddirectie van onze centrale bank, wees daar tijdens het symposium in Amsterdam op. Maar hij zei ook dat geen enkele bank, dus ook de Rabobank niet, zomaar met geld over de brug kan komen. 'Een gedegen plan zal altijd de grondslag moeten zijn van Aardenne (economische zaken) en de directeur-generaal van de rijksbegro ting, de heer Meys, hebben alle min of meer uitgesproken dat de banken al te terughoudend zijn ten aanzien van be- drijfsfinancieringen. Zij vinden dat de banken daarmee op basis van wat de overheid heeft geschapen best nog ver der kunnen gaan. Ook zouden ze eens wat minder voorzichtig moeten zijn met de financiering van ondernemingen die in de problemen zijn gekomen. Op één hoop Het moest Duisenberg van het hart dat deze critici de banken maar gemakshal ve op één hoop hebben geveegd. Dat is niet terecht want onze organisatie heeft bijvoorbeeld op het gebied van langlo pende bedrijfsfinancieringen pioniers werk verricht. 'Juist de Rabobanken voeren vanouds de lange lening in hun dienstenpakket, als een onmisbaar onderdeel van een evenwichtige bedrijfsfinanciering. Wij verkeerden niet in de comfortabele po sitie om van onze cliënten te verlangen dat zij hun investeringen in vaste activa zouden financieren met eigen vermo gen. Want onze debiteuren bezaten in de regel geen eigen vermogen.' 'Juist de Rabobanken hebben hun vin dingrijkheid moeten uitputten in langlo pende financieringsconstructies voor boeren en tuinders op pachtbedrijven - de middenstandsfinanciering bij uitstek. Juist de Rabobanken ook, hebben de cennia lang hun financieringen in hoofd zaak gebaseerd op borgtocht. Tegen woordig noemt men dat garantie en as socieert men dat met de overheid, maar destijds was die overheid nog niet be trokken. Kortom, onze banken en de kapitaalar-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1980 | | pagina 11