80-jarige 'spelt' ons blad Kort geleden kreeg mijn oudste dochter uit Arnhem de achtste jaargang 9-1979 van een ken nis. Ik was bij haar en zag 't en ontdekte dadelijk mijn vader en mijn schoonvader in 'Uit onze historie'. De laatste alinea 'Uit onze his torie', was voor u een beetje duister. Ik kan u hierover wel in lichten. Ik heb altijd zeer met de Boerenleenbank meegeleefd, namelijk. Mijn vader, K. D. Schat, werd bij de oprichting tot secretaris be noemd. Meteen zal ik u de namen noe men van de heren die op de fo to's staan. De heer Tj. D. v. d. Schaaf is di rect tot voorzitter benoemd, no. 3 op de bovenste foto. De heer K. D. Schat, mijn vader, is tot secretaris benoemd, no. 2 van de bovenste foto. Mijn va der is 87 jaar geworden. Zeker op goed 80 jaar haalde hij één keer in de week geld uit Leeuwarden van de Zuivelbank. Zijn huishoudster wou 't toen niet meer hebben, met 't oog op beroving. No. 1 is de heer 0. Jelsma, aardappelhandelaar. No. 4 is de heer A. v. Loon en werd direct als kassier benoemd. De bank was gevestigd in de woonka mer van de heer A. v. Loon. De heren Tj. v. d. Schaaf en K. D. Schat waren landbouwers op gemengde bedrijven. Zij woon den onder de rook van Franeker en waren buren. U had wat moeite met de na men van de Raad van Toezicht, volgens de laatste alinea. De initiatiefnemer, de heer Sijtze Sijtsma, ook landbouwer (ge mengd bedrijf), woonde aan de Salverderweg, is no. 2 op de on derste rij. Bij de oprichters hoor de mijn schoonvader de heer P. N. Hovinga (groot gemengd be drijf). Hij overleed op 50-jarige leeftijd. De heer Sijtsma, no. 2 op de on derste rij, was voorzitter van de Raad van Toezicht, no. 3 de heer De Vlas was secretaris, had een vervoersbedrijf per boot van Leeuwarden naar Har- lingen. No. 1 de heer Bakker (veebedrijf in Zweins), no. 4 de heer D. Sj. Sinnema, landbou wer op Kiesterzijl tussen Frane ker en Herbaijum, no. 5 J. v. d. Witte, timmerman in Schalsum, zijn bijnaam was burgemeester van Schalsum. Ik heb zo de groei en de bloei van de Boe renleenbank meegemaakt. De heer v. d. Schaaf was 40 jaar voorzitter en mijn vader, K. D. Schat, was 40 jaar secretaris. Toen hij uittrad uit 't bestuur bleef een gemakkelijke stoel voor hem staan in 't kantoor waar hij 's maandags uit de beurs even kwam uitrusten en daar werd hij altijd vriendelijk ontvangen door de hoofdboek- ster. Zij kreeg daarvoor van mijn vader later de gouden vulpen, die hij had gekregen bij 't een of ander jubileum. Helaas leeft dat lieve vrouwtje niet meer. Zij stierf op zeer jonge leeftijd. Ik hoop, dat ik u over de namen voldoende heb ingelicht. Mijn jongste broer was landbouwer in Wijnaldum, zat daar in de leenbank. Toen Wijnaldum bij Franeker is gevoegd, werd de oudste zoon van de heer Tj. D. v. d. Schaaf voorzitter in Frane ker en mijn broer S. Schat werd secretaris. De zoon van de heer v. d. Schaaf was ook landbou wer in Wijnaldum. U zult dus wel begrijpen, dat de Rabobank mij na aan 't hart ligt. Ik heb mijn man voor 5 jaar verloren, stuur steunt het voorstel maar raadt het toch af omdat de centrale bank het ook ontraadt. Jan Witvoet kon niet tegen de stroom opzwemmen en trok zijn voorstel in al hoewel - volgens Terugblikker- het ge lijk toch wel aan zijn kant was. Gelukkig sloeg het verlies van 1 915 over in een winst over 1916 van f51,25V4. Kassier komt toch maar weer eens op zijn salaris terug. Moet het feit 'dat de meeste Banken geen groote salarissen geven voor ons ook een maatstaf zijn?' Die salariskwesties begonnen ook al naar buiten te komen want zelfs de Raiffeisen-Bode nam al een ingezonden stuk van eerr'zeker schrijver' daarover op. Er zouden nog jaren overheen gaan voordat in samenwerking tussen centra le bank en besturen richtlijnen voor die salarissen konden worden opgesteld. En weer kwam, maar nu van andere zij de, het voorstel van Jan Witvoet ter sprake. De heer Mesken heeft een groot bedrag tegoed voor geleverde aardap pelen bij 'Oranje' te Smilde, maar krijgt dat bedrag niet eerder dan in de loop van 1917. Tegen een rente van 6V4 kan hij zijn vordering wel opnemen ter wijl de bank slechts 41/2 berekent. Dat voorzitter weer beweert dat de bank er is 'voor het kleine bedrijf' en daarom het aannemen van het voorstel ont raadt, helpt hem niets. Het huishoude lijk reglement zal worden gewijzigd en de grenzen voor voorschotten of kredie ten zullen worden verruimd. Aan het slot van de vergadering be dankte voorzitter Anne Vondeling als bestuurslid en sloot daarna deze geani meerde vergadering. Jan Witvoet, die als bestuurslid was ge- maar ik doe nog steeds zaken met de Rabobank. Zelf ben ik 80 jaar. Ik lees nog even de oprichtingsdatum 1911 en op 11 februari. Inderdaad had de heer A. v. Loon een her berg aan 't water. Voordat hij trouwde met de herbergierster die eigenaresse van de ge noemde herberg was, was de heer v. Loon inwonende knecht bij mijn grootvader Sipke Nanne Osinga op de boerderij waar la ter de heer Tj. D. v. d. Schaaf heeft gewoond. Vanuit die boerderij trouwde mijn moeder (oudste dochter van S. Osinga met K. D. Schat. Mijn grootva der was later in de stad Frane ker wethouder en soms loco burgemeester. Mijn vader was een echte sportman, hardrijder op de schaats, hardrijder met paarden en later stond hij op de rechterstoel op de renbaan in Leeuwarden en was starter bij 't schaatsen en bij de rennen en het harddraven op de Wilhelmi- nabaan in Leeuwarden. Nu heb ik u heel wat uit 't verle den verteld, 't Wordt wel slordig maar mijn ogen zijn de laatste jaren slecht geworden. Mevr. R. Hovinga-Schat The r es ia flat 6 Zuiderkade 37 Franeker. kozen had als voorzitter de leiding over de Buitengewone Algemene Vergade ringvan 12 maart 1917. Deze achtste algemene vergadering vernam dat de bank was gegroeid van 14 tot 146 leden. Er is dus alle reden tot tevredenheid. 'Zooals ge weet,' zegt voorzitter, 'is onze bank een afdeeling van de Coöp. Centrale Raiffeisenbank te Utrecht en kunnen wij ook tevreden zijn omtrent de stand van zaken te Utrecht? Als het daar niet goed gaat, dan zou het te vreezen zijn dat wij zouden welvaren'. Het klinkt een beetje duister maar de bedoeling is goed. 'Bij de Raiffeisenbank dan,' zo vervolgt spreker, 'zijn 564 Banken aangesloten (hij spreekt hier alleen maar over de Centrale te Utrecht uiteraard). Alleen in 1916 hadden vierenveertig afdeelingen aansluiting gevraagd en verkregen. De omzet was 140 mille De deposito's per 31 december 1916 bedroegen f 34 000 000,-, voor een groot deel ge vormd door het bedrijfskapitaal van de boeren. In deze tijd, toen de eerste wereldoorlog reeds drie jaren woedde, kocht men minder kunstmest en veevoeder. Het geld dat daarvoor in normale tijden werd besteed, kwam via de lokale ban ken uiteindelijk bij de Centrale terecht. Min of meer een zeepbeleffect dus. De grote deposito's gaven een beeld dat schitterend leek, maar het in werkelijk heid niet was. In februari 1918 was een lid niet hele maal gerust over de gang van zaken. De bank heeft reeds meer dan f 50 000,- aan deposito's en spaargelden opgeno men en is daar niet een heel groot risico aan verbonden. De leden zijn toch aan sprakelijkheid voor een eventueel te kort? Belegt de Centrale misschien zelfs geld in het buitenland? Voorzitter geloofde dat niet, maar be loofde in Utrecht daarnaar te zullen in formeren. In februari 1919 verheugde de voorzitter zich in de gezonde toestand van de bank, in het feit dat de wapenstilstand er is gekomen en de vrede tegemoet kan worden gezien. Hij kon ook mede delen dat de Centrale geen gelden in het buitenland belegt maar moest ook zeg gen dat op de algemene vergadering van de Centrale Bank menig hartig woord was gevallen over het feit dat de voorzitter van de raad van toezicht (van de Centrale) tevens commissaris was van de Nationale Bankvereeniging die een concurrente van de lokale banken was. Onweer bij de bank De tijdsomstandigheden werden op fi nancieel gebied zó verward dat de Bui tengewone Algemene Vergadering in november 1920 moest slikken dat de rentevoet verhoogd werd. Hierna deelde de voorzitter mede dat het bestuur voortaan geen hypotheek meer kan af sluiten. Utrecht doet dat ook niet meer. Die onprettige maatregelen vormen

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1979 | | pagina 39