hogere aardgasprijs
de periode waarin. Een grote groep van
bedrijven verbruikt normaal tussen de
40 en 80 m3 aardgas per m2 per jaar. Bij
de potplanten treft men een groot aan
tal bedrijven dat hierboven ligt. Bij de
groentetelers daarentegen heeft onge
veer de helft van het aantal bedrijven
een verbruik dat beneden de 40 m3 per
jaar ligt. Veel bedrijven komen al gauw
op een energiekostenpost van bijna
f 10,- per m2 per jaar. Het gemiddelde
groenteteeltbedrijf blijft daar onder, het
gemiddelde potplantenbedrijf erboven.
Men zou geneigd zijn te denken dat de
energiekostenverhoging zwaarder drukt
op de potplantenbedrijven dan op de
groentebedrijven. Dit is echter niet het
geval, omdat zowel de totale kosten als
de opbrengst per m2 op potplantenbe
drijven gemiddeld meer dan het dubbele
bedraagt van dat op groentebedrijven.
Zo waren in 1977 de energiekosten op
het totaal van de bedrijfseconomische
kosten voor groentebedrijven gemid
deld 18%, voor snijbloemenbedrijven
15 en voor potplantenbedrijven 12
De aardgasprijs is vergeleken met vorig
jaar door de extra prijsverhoging per 1
oktober jl. al gestegen met circa 13%;
voor de kleinverbruikers nog meer. Zon
der de extra verhoging per 1 oktober jl.
zou de prijsstijging dichter bij de alge
mene kostenstijging hebben gelegen.
Een stijging van 1 cent per m3 van de
aardgasprijs betekent momenteel voor
de groentebedrijven een kostenstijging
van al gauw 1 bij de licht verwarmde
tot circa 2 bij de zwaar verwarmde
bedrijven, bij de snijbloemenbedrijven
iets minder en bij de potplantenbedrij
ven niet meer dan circa 1
Per bedrijf kan dat afhankelijk van de
grootte en van de mate van verwarming
in de duizenden guldens lopen. De
groente- en bloementelers hebben de
Gigantische installaties maken het
mogelijk dat aardgas in de glastuinbouw
kan worden aangewend.
afgelopen jaren al te maken met sterk
verslechterende resultaten. En dat is
met name het geval buiten het Zuidhol
lands glasdistrict. De hogere energiere
kening van zowel dit jaar ten gevolge
van de strenge winter, als van de ko
mende jaren, zal een verdere aanslag
op het inkomen plegen. Vooral de klei
nere ondernemers worden hierdoor ge
troffen.
Hoe besparen op energiekosten?
Is het voor een ieder met een woning al
een zorg hoe hij kan besparen op de
sterk stijgende kosten van energie ten
einde zijn besteedbaar inkomen zo veel
mogelijk op peil te houden, voor de
glastuinder met een relatief hoog ener
gieverbruik in zijn bedrijf is dit een dub
bele zorg. Het is dan ook geen wonder
dat door iedereen die bij de glastuin
bouw betrokken is naarstig wordt ge
zocht naar wegen voor energiebespa
ring. Het is daarbij niet alleen voldoende
dat op de energiekosten wordt be
spaard. Bovendien zal ervoor gezorgd
moeten worden dat door de besparende
voorzieningen die moeten worden ge
troffen, de kostenbesparing niet weer
wordt tenietgedaan. En verder dat het
opbrengstenniveau zo veel mogelijk op
peil blijft. Kortom: de energiebesparing
moet rendabel zijn. Veel inventiviteit
wordt daarbij gevraagd. Dat die inventi
viteit aanwezig is, blijkt uit het toene
mend aanbod van besparingsmogelijk
heden. Deze zijn van verschillende aard:
het tegengaan van verliezen van warm
te uit de kas, verhoging van de produk-
tie per eenheid energie, het kweken van
rassen die minder energie vragen, ge
bruikmaking van andere warmtebron
nen (bijvoorbeeld restwarmte van elek
triciteitscentrales).
Dubbele beglazing, gecoat glas, ener-
gieschermen en stegdoppelplatten en
het telen op steenwol zijn voorbeelden
van technische mogelijkheden die meer
of minder energiebesparend zijn. Het
vervelende van veel van deze voorzie
ningen is dat de lichtdoorlatendheid ook
belemmering ondervindt, wat een op
brengstvermindering tot gevolg heeft.
Opbrengstenverliezen zijn nog niet zo'n
bezwaar als daar voldoende kosten
voordelen tegenover staan. Bij veel
energiebesparingstechnieken is dit, ge
geven de huidige gasprijzen, nog niet
het geval. Hoe sneller en hoe hoger de
gasprijzen stijgen hoe eerder derhalve
voordelen te behalen zijn.
Dat de gasprijzen stijgen staat buiten
kijf. De ontwikkeling van de besparings
technieken is echter in volle gang. Dit
blijkt zowel uit de projecten die bij de
onderzoekinstellingen (onder andere In
stituut voor Mechanisatie Arbeid en Ge
bouwen en de proefstations) lopen als
het op te zetten Demonstratieproject
Energie-arme kas (Denar-kas), een intia-
tief van het georganiseerde bedrijfsle
ven in de tuinbouw. Op vervolmaking
van de technieken zal men niet kunnen
wachten. De glastuinder zal zich met
behulp van de voorlichtingsinstellingen,
het bezoeken van 'energiedagen' en
dergelijke op de hoogte moeten stellen
en zorgvuldig moeten afwegen, welke
energiebesparende voorziening hem het
beste past. Vooral bij nieuwbouw komt
men voor belangrijke investeringsbeslis
singen te staan. Om de voordelen en ri
sico's in te schatten zal men een wat
vooruitziende blik moeten hebben.
Bij het nemen van een beslissing ten
aanzien van een energiebesparende
voorziening zal ongetwijfeld een door de
regering in het vooruitzicht gestelde
subsidieregeling een stimulerende rol
spelen.
In de komende jaren zullen, dat is zeker,
omvangrijke investeringen in de glas
tuinbouw, die tot besparing van ener
giekosten moeten leiden, plaatsvinden.
In de achter ons liggende jaren waren
het vooral de capaciteitsuitbreidingen
die de investeringen omhoog joegen.
Verdere vergroting van de omvang van
het aanbod in de groente- en snijbloe
mensector lijkt, gezien de rentabiliteits-
ontwikkeling van de laatste jaren, ech
ter minder gewenst. Toch is het totale
glasareaal blijkens CBS gegevens ook in
de laatste jaren weer gegroeid en wel
met meer dan 200 ha tot bijna 8500 ha,
waarvan circa 1000 ha onverwarmd.
Het lijkt nu zaak de energie voor de
7500 ha verwarmde kassen zo goed
mogelijk te benutten, ten einde ook in
de toekomst te kunnen blijven concurre
ren met produkten die in zuidelijker ge
legen landen met hoofdzakelijk zonne-
energie worden voortgebracht.