uit onze historie geen volmacht aan een ander lid nodig, maar vanwege het bestuur werd mede gedeeld: 'dat het met het ziek zijn reeds zulke onaangename en moeilijke erva ringen had opgedaan, dat het Bestuur beslist ongesteldheid als eene geldige reden moest ontraden'. Kon men dan geen verklaring van een arts overleggen? Dat zou kunnen als er niet zoveel kwalen en ziektes waren waarbij beslist geen arts zou worden geraadpleegd en daarbij komt dan ook nog de vraag of een arté een verklaring wil afgeven. Gemakkelijk is dat alles heus niet. Er waren belangrijker moeilijkheden, zo als bleek op de algemene vergadering van 1926. Het lid, tevens voorzitter van de Coöp. Aankoopvereeniging 'Eendracht maakt Macht' vraagt waarom die vereniging geen kredietverhoging krijgt. Die vraag was, met toestemming van het bestuur, door kassier gemakkelijk te beantwoorden. De Aankoopvereeniging gaf namelijk aan haar leden een zes- maands krediet, ging dus zelf gelijken op een kredietinstelling en dat ten koste van de Bank die krediet in lopende reke ning aan de aankoopvereniging toe stond. Indien de leden-afnemers niet op tijd d.w.z. niet contant kunnen betalen, kunnen zij lid worden van de Bank, wel ke dé kredietinstelling is. Toevalligerwijze heeft de Raiffeisen- Bode kort geleden een artikeltje aan de zelfde moeilijkheid gewijd. Vanzelfspre kend kan de Aankoopvereeniging wel, als Vereeniging, gelden van de bank krij gen voor haar aankopen, maar niet om daarmee de Bank concurrentie aan te doen. Niemand verlangde daarna nog het woord, zélfs niet het lid-voorzitter. Gemakkelijk waren de twintiger en der tiger jaren niet voor bestuurders en le den. Het was wel waar dat het afbetalen van voorschotten dikwijls vrijwel onmogelijk was en daarmee wilden bestuur en kas sier best rekening houden, maar men moest toch ook een beetje goede wil to nen, want het geld van de Boerenleen bank kon maar niet altijd bij precies de zelfde voorschotnemers blijven. Ook dat is helemaal waar en zo heeft ook deze medaille twee kanten. Heeft kassier inderdaad gezegd dat zee lieden geen lid van de Bank kunnen worden? Een lid beweert dat en zegt dat énders zijn zoons ook wel lid geworden zouden zijn, maar hij vergist zich blijk baar want als hij goed had geluisterd naar het lezen van de namen uit het le- denregister, dan zou hij heel wat namen hebben gehoord van zeelieden. Aan dat luisteren ontbrak klaarblijkelijk wel iets, want vraagsteller is niet voor de eerste maal op de algemene vergadering. Een ander lid wil profiteren van de goe de gang van zaken op de Bank. Hij zou best willen dat de consumptie op deze vergadering door de Bank zou worden betaald. De vergadering was weer prettig en ge makkelijk en ging weer uiteen, voorzien van een dankwoord van de voorzitter voor de getrouwe opkomst. Slechte jaren De vergadering van 4 juni 1930 werd door den voorzitter, de heer Hoogeveen, geopend met een somber gezicht over de sterk achteruitgaande economische toestand. Daardoor zal veel meer van de Bank gevergd worden en daarom is het ook nodig dat het ledental van de Bank toeneemt en dat veel meer belangstel ling in het bankbedrijf zal worden ge toond. Een lid, de heer Lublink, brengt nog eens 'het nuttige van eene fokveekeuring voor de op Ameland gevestigde vee- Het gebeurde vroeger nog al eens dat de Friese eilanden in de winter per schip niet te bereiken waren. De komst van het luchtvervoer haalde de eilanden la ter uit hun isolement. Zo ook in de strenge winter van 1929. Op het plaatje: een legendarische Fokker van de KLM. Ook waagden zich regelmatig mensen over het ijs van de Waddenzee. De slee diende als transportmiddel. houders naar voren en hoopt dat het be stuur zoo noodig ook bij eene volgende gelegenheid eenige subsidie tot bestrij ding der kosten zal toestaan.' Het vijfentwintigjarig bestaan van de Bank werd wel herdacht maar niet met een feest, zelfs niet met een tractatie. De tijdsomstandigheden waren er ook niet naar. Wél werd een stille hulde ge bracht aan de nagedachtenis van de overleden oprichters. In 1934 was het 25 jaar geleden dat de heren J. B. W. Bolomey, G. Dokter en 'onze kassier' resp. als lid van de raad van toezicht, als bestuurslid en als kas sier werden benoemd. Zij kregen harte-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1979 | | pagina 38