Een vergeelde foto van de Zuiderlaan in Hollum. Naast de man met de 'dot' (kruiwagen) staat een visserman met een korf netten op zijn rug. teur dat deze wijzigingen werkelijk ver- beteringen inhielden. Zonder alle oprichters er in te kennen werden de statuten nu aan de notaris gezonden. Eindelijk werd dan de oprich- tingsacte op 17 december 1906 gepas- j seerd. Het was een lange, moeizame aanloop. Onmiddellijk daarna constitueerde zich de vergadering van de oprichters als 'Eerste Algemeene Vergadering van de leden der Vereeniging'. Verlies en winst Tijdens de tweede Buitengewone Alge- i meene Vergadering op 11 februari 1907 was men van oordeel dat de kassier j maar geen gelden voor de Bank moest ontvangen of betalen buiten de zittin gen 'aangezien hij gedurende een vol doend aantal uren voor de belangheb benden beschikbaar was en anders veel te veel last zou krijgen'. Over een tegemoetkoming in de kosten die verbonden zijn aan het feit dat kas sier zijn klanten in vier dorpen telt, be hoefde hij zich geen zorgen te maken. Dat zou bést in orde komen. Kassier moest wel een idealist zijn. Hij kreeg niet meer dan f50,- per jaar en moest daarmee voorlopig maar genoe gen nemen zolang alles nog in opkomst was. Bleef aan het eind van het jaar nog wat over, dan zou men wel verder zien. Op advies van de Controleur der Centra le Bank mocht het kasmaximum f 800,- zijn en het in kas te houden bedrag f 500,- wegens de plaatselijke afgeslo tenheid van de Bank op Ameland. Kassier nam de gelegenheid te baat om te vragen of er leden waren te Hollum, Ballum of Buren die een kamertje voor J zijn zittingen beschikbaar hadden. W. B. j Nobel uit Ballum wilde zijn kamer gratis j daarvoor openstellen. Uit andere dorpen kwamen geen vaste toezeggingen. Kassier Huizinga wilde van deze functie af. Het zal niet meevallen een ander in zijn plaats te krijgen, zonder dat een sa laris kan worden toegezegd. Bovendien is een verlies geleden en denkt het be stuur aan een jaarlijkse contributie om het verlies te vereffenen. Enkele leden wilden - in 1908 - wel kassier worden, waarvan één misschien tegen een groot salaris wel over te ha len zou zijn. Dezen werden niet geko zen; wél echter de heer G. A. Visser, het nieuwbenoemde Hoofd der Openbare Lagere School. Bezwaren vanuit de ver gadering sneden geen hout temeer daar Visser, die een extra toelage genoot, zonder aanspraak op salaris, best iets wilde doen ten bate van de landbouw. Dat duurde niet erg lang, want op 2 juni 1909 werd hem op eigen verzoek eervol ontslag verleend als kassier. Douwe Gorter volgde hem op als kas sier-secretaris. Omdat Jan J. v. d. Laag wegens ernstige ziekte wilde aftreden als voorzitter werd ex-kassier G. A. Vis ser bij acclamatie in die functie be noemd. In 1910 werd gelukkig een kleine winst gemaakt. Niet veel, maar f 15,281/2 wijst misschien toch wel op een kentering. G. A. Visser, aan wie de Bank veel ver schuldigd is, vertrekt en krijgt vele war me woorden na, als afscheid. Volmachten en entreegelden Om het stemmen per volmacht in goede banen te leiden, stelde het bestuur vóór, dat deze volmachten tijdig bij de kassier zouden worden ingediend. Dat leek wel een goed voorstel, maar toen een lid 'niet geloofde dat het voorstel zou op wegen tegen de moeilijkheden, waarin de leden zouden gebracht worden met het zoeken naar leden die gevolmach tigd konden worden', werd dit plannetje afgestemd. Het bestuur mocht wel een hectograaf aanschaffen. Dat was een apparaat waarmee brieven, die met een speciaal soort inkt waren geschreven, gerepro duceerd konden worden en de heren Nobel te Ballum en G. S. de Jong te Bu ren werd een vergoeding van zes gulden per jaar toegekend voor het beschikbaar stellen van een kamer voor de zittingen van de kassier. De rondvraag zal wel een groot aantal tongen in beweging hebben gebracht. Wat was het geval? In 1908 werd aan zesenzestig leden een tweede entreegeld gevraagd - wat zij grif betaalden - om de Bank tegen op heffing te vrijwaren. Moest dat nu niet terugbetaald worden, zoals, naar men meende, was toegezegd? Helaas brachten de notulen geen uit komst. De vraag was wel billijk, maar toch bleef dit tweede entreegeld maar in kas. Dan was het ook billijk, meende een lid, om door de andere leden ook een tweede maal entreegeld te laten storten. Daar kwam helemaal niets van. Met een woord van dank voor de trou we opkomst konden de vergaderden huistoe gaan. Over het verhandelde betreffende vol machten werd nog wel langer nage dacht. Het is toch zeer onbillijk dat le den gemakshalve volmachten geven als ze zelf geen greintje belangstelling to nen voor de gang van zaken op de Bank? Dat is wel waar, maar het be stuur staat vrijwel machteloos tegen dergelijke praktijken. Tb. wordt vervolgd RECTIFICATIE In het augustusnummer van Rabo bank meldden wij op pagina 36 dat de kern van het dorp Winsum op de hoogste terp in Friesland ligt. Dat is niet juist. De hoogste terp is Hoge- beintum.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1979 | | pagina 43