nederlands teeltmateriaal naar arm en rijk in de wereld E iMêh exportwaarde beloopt kleine 1,5 miljard gulden ifV *L h n i' tli ui V id v De landbouw levert een belangrijk aandeel in de totale Nederlandse ex port. Voor de continuïteit van onze landbouw is het van belang dat de agrari sche export nog wordt opgevoerd. Dr. W. F. Dui- senberg, vice-voorzitter van onze Hoofddirectie, hield daarover dit voor jaar een interessant be toog op de 'dag van de agrarische export' in Den Haag. Hij pleitte daar voor het ontsluiten van nieuwe afzetmarkten in Zuid-Amerika, Afrika en Azië, naast de traditione le markten waarheen onze landbouwprodukten hun weg al vinden. Vol gens hem heeft men bui ten Europa vooral be hoefte aan uitgangs- en vermeerderingsmateriaal. Tot deze categorie be hoort het Nederlandse fokvee. In het augustus nummer hebben we dit exportprodukt onder de loep genomen. In dit arti kel zal worden ingegaan op teeltmateriaal, zoals zaaizaad, pootaardappe- len, bloembollen en boomkwekerijgewassen. De totale exportwaarde van deze produkten be loopt een kleine 1,5 mil jard gulden. De groei-ontwikkeling van een tarweproefveld wordt gecontroleerd. L t jm Het belang van de Nederlandse teeltprodukten kan vanuit verschillende ge zichtshoeken worden bekeken: van kweker tot gebruiker. Voor de kwe kers in ons land zijn ze van belang, omdat ze voor het grootste gedeelte in het buitenland kunnen worden afgezet. Zonder de huidige exportmogelijk heden zou het areaal van de betreffende produkten namelijk sterk moeten worden ingekrompen. Dat zou niet alleen de inkomensmogelijkheden van de telers aantasten, maar ook de werkgelegenheid in het algemeen. De teelt van uitgangs- en vermeerderingsmateriaal vraagt namelijk meer arbeid dan het telen van bijvoorbeeld eindprodukten. De effecten voor de handelaren en ex porteurs zijn in feite dezelfde als die voor de telers. De bijdrage in de totale uitvoer is gezien het procentuele aandeel in de totale ex portwaarde - 6 van het agrarisch aandeel en 1,5 van het totaal - welis- waar relatief klein, maar zeker de moei te waard. Te meer als men bedenkt dat goed teeltmateriaal het aanzien van agrarisch Nederland in de wereld ver- groot, wat een exportbevorderende werking kan hebben voor andere agrari sche produkten. De teelt en export van plantenteeltma teriaal had niet zo'n grote vlucht kunnen nemen, als de wetenschap in ons land op het gebied van de plantenveredeling en -vermeerdering niet zo'n vooraan staande plaats in de wereld zou inne men. De kennis die bij diverse instituten - met Wageningen als centrum - en bij de kwekersbedrijven aanwezig is, zorg de ervoor dat rassen van teeltmateriaal, geschikt voor nagenoeg alle delen van de wereld, voorhanden zijn en ook hun weg daarheen vinden. Terwijl voortdu rend wordt gewerkt aan het kweken van teeltmateriaal, dat ten aanzien van op brengst, kwaliteit, ziekteresistentie etc. nog beter voldoet. Voor veredelaars en kwekers een weg zonder einde, maar ongetwijfeld een boeiend werkterrein met afwisselend teleurstellingen en successen. ÏWS mmmf'

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1979 | | pagina 28