miljoenennota 1980
worden ingegeven door het economi
sche model dat wordt gehanteerd.
Nu de doeleinden niet worden gereali
seerd zijn er de volgende mogelijkhe
den:
1 Toen het voor buitenlanders min of
meer onmogelijk was om communis
tisch China te bezoeken, was het voor
China-deskundigen een zware opgave
een goed beeld te krijgen van de ont
wikkelingen in de politieke machtsver
houdingen. Door 'close reading' van de
officiële publikaties moest men aan de
hand van nuance-veranderingen in het
woordgebruik trachten veranderingen in
de politiek te signaleren. De 'China-
watchers' werden zij genoemd.
In Nederland moet men bijna dezelfde
techniek toepassen om de Miljoenenno
ta goed te begrijpen. Weliswaar wordt
in de Miljoenennota veel informatie ge
boden, maar die informatie is bepaald
geen objectieve berichtgeving. Het le
zen en begrijpen van de Miljoenennota
en de Rijksbegroting wordt steeds
moeilijker voor een buitenstaander en
ook, wat erger is voor het functioneren
van onze democratie, voor het Parle
ment. In het volgende zal o.a. deze stel
ling worden verduidelijkt.
2 Het is bekend dat Nederland een zeer
open economie heeft; in 1980 bedra
gen zowel de import als de export onge
veer f 185 miljard bij een nationaal inko
men van ongeveer f300 miljard. Wijzi
gingen in de internationale conjunctuur
hebben daardoor een zeer grote invloed
op de Nederlandse economie. Dat
maakt het opstellen van ramingen
voor de Nederlandse economische
ontwikkelingen dan ook een zeer ha
chelijke zaak. Het Centraal Planbureau
moet bij het opstellen van zijn ramingen
in een Macro Economische Verkenning
uitgaan van een veronderstelling voor
de volumewijziging in de wereldhan
del (die dan naar de Nederlandse ex
portmarkten wordt herwogen). In de
Macro Economische Verkenning (MEV)
1980 wordt uitgegaan van een groei van
de wereldhandel van 4 Het CPB geeft
aan dat deze raming met grote onzeker
heden is omgeven en dat de kans op
een geringere groei groot is. Hoe juist
de inschatting is werd reeds een dag
voor Prinsjesdag jl., dus voor de MEV
1980 werd lepubliceerd, overduidelijk
O toen bekend werd dat het Internationale
Monetaire Fonds een stagnatie van de
wereldhandel verwacht. Mogelijk komt
de herwogen wereldhandelsgroei hoger
uit voor Nederland dat immers als be
langrijkste handelspartner West-Duits-
land heeft, maar wellicht is de 4%-ra-
ming nu al duidelijk te hoog.
Onder andere op deze raming is even
wel gebaseerd de raming dat de werk
loosheid in 1980 210 000 manjaren zal
bedragen, hetgeen stabilisatie van de
werkloosheid op het niveau van 1979
zou inhouden. Als het kabinetsbeleid
vooral gericht is op stabilisatie (en ei
genlijk verlaging) van de werkloosheid,
is door de nieuwe IMF-raming de Mil
joenennota 1980 een dag voor de aan
bieding aan het Parlement al een ach
terhaald stuk geworden. Een tweede
zeer belangrijk uitgangspunt voor de
Rijksbegroting en de Miljoenennota
1980 is de veronderstelling dat de
c.a.o.'s een reële loonsverbetering van
de 1/2 zullen inhouden en niet meer.
Hoe hachelijk deze veronderstelling is
wordt duidelijk uit de aanhoudende ar
beidsonrust in het Rotterdamse haven
gebied, waar destijds een vierhonderd-
guldenactie werd gevoerd die leidde tot
een loonexplosie.
3 Uit de commentaren op de Miljoe
nennota blijkt dat algemeen de conclu
sie wordt gedeeld dat de doelstellingen
van Bestek '81 niet worden gereali
seerd: de werkloosheid daalt niet, de in
flatie loopt weer op naar 6 de inves
teringen van bedrijven zullen in 1980
net als in 1979 stagneren. Omdat de
vooruitzichten voor de jaren tachtig be
paald somber zijn wat de economische
ontwikkelingen betreft, is het zaak om
te analyseren door welke oorzaken de
doelstellingen niet worden gerealiseerd.
Eigenlijk zou zo een analyse in de Mil
joenennota moeten worden gegeven,
maar voor een objectieve evaluatie van
het beleid is natuurlijk in zo een politiek
document geen plaats.
Het sociaal-economische beleid pro
beert bepaalde doeleinden te realiseren
met instrumenten; de keuze en de
zwaarte van de ingezette instrumenten
a het gehanteerde model is onjuist;
b de verkeerde instrumenten zijn ge
kozen;
c de instrumenten zijn juist doch ze
worden in onvoldoende mate of in
verkeerde verhoudingen ingezet;
d de doeleinden zijn onjuist geformu
leerd;
e de veronderstellingen die in het mo
del zijn gehanteerd zijn niet actueel.
Dr. P. B. Boorsma
Om met de eerste mogelijkheid (a) te
beginnen, het door het Centraal Planbu
reau gehanteerde VINTAF-model ont
moet kritiek, maar een beter model is
niet voorhanden. Overigens worden de
uitgedraaide resultaten niet zonder
meer naar buiten gebracht, maar altijd
geconfronteerd met meer micro getinte
informatie uit de bedrijfstakken e.d.,
waarna de resultaten 'met de hand'
worden bijgesteld. Het niet-realiseren
van de doelstellingen lijkt er niet op te
wijzen dat het CPB-model onbruikbaar
is. Wel is het zo, dat de ramingen door
het CPB worden omgeven met allerlei
onzekerheidsmarges, terwijl aan die on
zekerheidsmarges in het beleid niet veel
aandacht wordt geschonken. De indruk
bestaat dat in het beleid steeds van zo
optimistisch mogelijke ramingen is uit
gegaan.
De laatste mogelijkheid (sub e) wordt in
de Miljoenennota vooral benadrukt. Zo
stelt de regering dat de forse olieprijs
stijging alleen al een werkloosheids
effect van 20 000 manjaren heeft. Het
open karakter van de Nederlandse eco
nomie betekent inderdaad dat het be
leid door buitenlandse ontwikkelingen
behoorlijk kan worden doorkruist. Een
andere veronderstelling die minder ac
tueel is gebleken is de bereidheid van
de Nederlandse bevolking tot inkomens
matiging. De Miljoenennota 1980 geeft
daarover de volgende informatie: 1)