vondst Achter een formulier kan een vondst schuilgaan! Zei den beseften we dit beter dan deze maand. Ai onze banken krijgen een nieuw formulier in te vullen, heel prozaïsch genoemd de 'twaalfmaands-liquiditeitsprog- I nose i980'. Wie er oog voor heeft, ontdekt echter een 'vondst', die voor onze bankorganisatie van grote waarde zat zijn. Ai sinds oude tijden worstelen we in onze organisatie met het iiquiditeitsbeheer. Dat komt door de veie 'enerzijdsen' en 'anderzijdsen'. Voorop staat, dat we als totale organisatie te allen tijde liquide moeten zijn, maar binnen die grote eis is er altijd een zekere speel ruimte. De ene bank kan krap, soms zeer krap zitten en de andere ruim. Het overschot van de een kan het te kort van de ander opvangen en ook de centrale liquidi teitsbehoefte kan aan zijn trekken komen als er over het totaal maar ruimte is. Eigenlijk een van de bancair meest opmerkelijke prestaties van onze organisatie. De onderlinge regels staan vanouds in onze interne liquidi teitsregeling, met zijn twee liquiditeitsdrempels, de A- grens en de B-grens. in dat opzicht is de huidige liquiditeitsregeling princi pieel niet veranderd. Maar praktisch zal zijn uitvoering binnen onze organisatie naar onze stellige overtuiging een werking hebben, die veel verder strekt dan formu lieren of gewijzigde administratieve handelingen doen vermoeden. Dat komt omdat de 'vondst' van de com missie-Van Maidegem, die het hele complex van onze 'financiële verhoudingen' heeft bestudeerd, sinds 1 ja nuari 1979 in onze nieuwe liquiditeitsregeling is opge nomen. Zoals alle vondsten is het eigenlijk heel simpel: wan neer een bank onder de A- of de B-grens komt, kan via een beleidsgesprek onder nader te stellen voorwaar den ontheffing verleend worden van de beperkingen, die de onderschrijding van de grens volgens de liquidi teitsregeling meebrengt. Vanzelfsprekend zal er dan wei een collectieve ruimte op die grenzen moeten zijn, waaruit een onderschrijding door een afzonderlijke bank kan worden toegestaan.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1979 | | pagina 10