heer Boot en zijn mededirecteur, drs. J.
J. van der Weele, laten overigens niet
na om in diverse publikaties te bena
drukken dat RKN, hoewel het resultaat
misschien wat mager is en er veel meer
aanbod van nieuwe vindingen in ons
land aanwezig moet zijn, in vergelijking
met zusterinstellingen in andere landen
nog hoog scoort. In Amerika werden
van elke honderd aanvragen er maar
twee gehonoreerd.
Weinig actief
De vraag is, hoe het komt dat RKN de
afgelopen jaren bij de daarvoor in aan
merking komende uitvinders en bedrij
ven weinig is aangeslagen. Volgens de
De heerN. H. Boot, één van de twee
directeuren van RKN: 'Plaatselijke
banken zijn een erg belangrijke schakel
in het proces dat moet leiden tot
deelneming van Risico Kapitaal
Nederland'.
heer Boot is het een complex van oorza
ken. Allereerst heeft RKN in het begin
zelf niet zo aan de weg kunnen timme
ren. Daar is nu verandering in gekomen.
Medio vorig jaar is er een intensieve pu
bliciteitscampagne geweest. Verder zijn
de deelnemende banken op lokaal ni
veau niet altijd even actief geweest in
het begeleiden en opsporen van onder
nemingen, die bezig zijn een nieuw pro-
dukt op de markt te brengen.
'Juist die plaatselijke banken,' aldus de
heer Boot, 'zijn een erg belangrijke
schakel in het proces dat moet leiden
tot deelname van Risiko Kapitaal Neder
land.' Hij vindt het onbegrijpelijk dat de
plaatselijke banken op dit gebied zo
weinig actief zijn gebleken. 'Je zou toch
zeggen dat de banken zitten te springen
om toename van het eigen vermogen bij
bedrijven, omdat ze immers met de kre
dietverlening zoveel verder kunnen gaan
wanneer die eigen vermogenspositie
van de ondernemingen versterkt wordt.'
Een gevolg van de passiviteit is dat on
dernemers die met iets nieuws bezig
zijn in een te laat stadium bij RKN te
rechtkomen.
'Ik hoop dat de banken meer zullen gaan
anticiperen. Belangrijk is dat zij in hun
contacten met de relaties proberen uit
te zoeken of bepaalde bedrijven in de
toekomst voor doorverwijzing naar RKN
in aanmerking komen. De bedrijven
moeten dan in een vroeg stadium op de
mogelijkheden om risicodragend kapi
taal te verwerven gewezen worden. Het
heeft geen zin eerst via allerlei leningen
en krediethypotheken de ondernemers
op korte termijn uit de brand te helpen
en pas bij RKN aan te kloppen als het
geld op is,' aldus de heer Boot.
Om de weg, die de ondernemers via de
banken naar RKN moeten gaan, beter te
effenen is een 'check-list' ontworpen,
waarin bijzonderheden over de innova
tie worden gevraagd. Het is de bedoe
ling de ingevulde 'check-list' via de ban
ken aan RKN te versturen. Er zijn trou
wens ook rechtstreeks contacten met
RKN mogelijk. Ook in dat geval is het de
bedoeling eerst eens goed op een rijtje
te zetten om wat voor innovatie het
gaat en wat voor verdere bijzonderhe
den nog kunnen worden verstrekt over
zaken als kostprijscalculatie, marktprog-
noses enz., op grond waarvan een voor
lopige beslissing genomen kan worden
of het project intens zal worden doorge
licht. Intern heeft RKN de gang van za
ken ook gestroomlijnd. Zo hoeven nu
niet eerst alle aanvragen door de Raad
van Commissarissen, bestaande uit ver
tegenwoordigers van de deelnemende
banken, te worden gefiatteerd, maar is
dit gedelegeerd aan een Commissie van
Advies. De tijd die ligt tussen de eerste
aanvraag en het verstrekken van de be
nodigde middelen kan daardoor aan
zienlijk - tot zo'n drie maanden - wor
den verkort.
Wisselwerking
Om innovaties in ons land in zijn alge
meenheid te ondersteunen vindt de
heer Boot het wenselijk dat er een bete
re wisselwerking komt tussen het we
tenschappelijk onderwijs en het be
drijfsleven. 'In Amerika zie je dat ook.
Het wetenschappelijk onderwijs is daar
erg op directe toepassing gericht. Bo
vendien worden studenten er al tijdens
hun universitaire studie op voorbereid
eventueel zelf een onderneming te star
ten. Een grotere betrokkenheid van de
universiteiten en hogescholen bij inno
vaties is ook voor deze instellingen zelf
aantrekkelijk. Vooral nu allerlei budget
ten voor onderzoek beperkt worden.'
De heer Boot is het ermee eens dat een
deel van de oorzaken waarom op inno-
vatiegebied in ons land nog maar wei
nig gebeurt ook bij de ondernemingen
zelf gezocht moet worden. Er heerst nog
teveel een mentaliteit van 'blijf zitten
waar je zit en verroer je niet', die deels
wordt ingegeven door gebrek aan durf
en deels door de minder florissante eco
nomische omstandigheden. Daar komt
nog bij, dat de blik van de Nederlandse
banken, met voorbijzien aan de activi
teiten van RKN, de Nationale Investe
ringsbank en enkele industriële financie
ringsmaatschappijen, traditioneel meer
op handels-, transport- en agrarisch ge
bied dan op industriële projecten en
ontwikkeling gericht was. De door som
migen uit de industrie voorgestelde op
richting van een speciale Industriebank
zou in die lacune kunnen voorzien. De
heer Boot is het daarmee eens, al be
klemtoont hij dat de activiteiten van
RKN in dit verband speciaal in de aan
loopfase van nieuwe bedrijven van
groot belang zullen blijven.
WIR
Volgens de heer Boot is er voor de over
heid in het kader van de innovatie wel
een zekere rol weggelegd, bijvoorbeeld
met innovatietoeslagen via de WIR. Zo
als bekend verleent de overheid ook
ontwikkelingskredieten, maar de admi
nistratieve rompslomp die er aan vast
zit, schrikt menig bedrijf af om zo'n le
ning aan te vragen. Vandaar dat de heer
Boot de overheidsrol tot een ondersteu
nende beperkt wil zien.
Intussen is men bij RKN druk in de weer
om de mogelijkheden voor een beroep
op deze maatschappij te verruimen.
Men wil af van het imago dat alleen
technische innovaties in aanmerking ko
men voor het verkrijgen van het beno
digde risicodragend kapitaal. Het begrip
innovatie moet zich bijvoorbeeld ook
uitstrekken tot ondernemingen, die een
bestaand produkt op een andere, goed
kopere wijze gaan produceren of door
een nieuwe opzet van de hele marke-
ting-mix, zoals meer service, betere dis
tributie, gunstiger financieringsmoge
lijkheden, willen verbeteren. Vernieu
wingen in de dienstensector zouden
eveneens voor RKN-hulp in aanmerking
moeten kunnen komen. 'Ik denk in de
toekomst ook aan sociale innovaties.
Nieuwe samenwerkingsverbanden van
mensen kunnen we in dit verband niet
uitsluiten.
Kortom, het gaat om zaken waarmee
voorop kan worden gelopen,' aldus de
heer Boot.
JD