Voor het maken van landenstu dies is een grote hoeveelheid eco nomische financiële en politieke informatie nodig. Helaas verschaffen slechts weinig landen volledige, betrouwbare en recente informatie. De gegevens moeten uit velerlei bronnen bij elkaar gebracht wor den. Deze zijn rapporten en ver slagen van de Wereldbank, hef Internationale Monetaire Fonds, de Bank voor Internationale Beta lingen, de OECD, de Verenigde Naties en jaarverslagen van Cen trale banken. Verder zijn daar nog dagbladen en tijdschriften voor commentaren, terwijl het actuele nieuws via de telex verkregen wordt. Bij de Eenheid Onderzoek en Planning is dagelijks een groep documentalisten bezig met het lezen, beoordelen en archiveren van de constante stroom van in formatie over of uit het buiten land. Zij letten daarbij niet alleen op de gebruikswaarde ervan voor lan denstudies, maar informeren ook de landenspecialist, indien zij be richten tegenkomen die de beoor deling wezenlijk zouden kunnen beïnvloeden. ongeveer Hfl. 940 miljoen in Nederland. Verder kan men voorbeelden van het politieke risico vinden onder een aantal ontwikkelingslanden. Onmiddellijk na het verkrijgen van de onafhankelijkheid hebben een aantal ontwikkelingslanden de schulden aan het voormalige moe derland opgezegd. Voorbeelden van landen, waar het ren dementsrisico voor banken een grote rol heeft gespeeld zijn niet te geven. Als algemene regel kan men stellen, dat dit risico gelopen wordt in die landen waar de administratieve infrastructuur zwak is. Banken beschermen zich hiertegen door in de leningsovereenkomsten clausulus op te nemen met betrekking tot beta lingsvertragingen. Met het rendements- of winstrisico worden met name de in vesteerders geconfronteerd, soms ook de exporteur. De praktijk van landenrisico- beoordelingen Bij de beschouwing van een landenrisi- co worden in principe dezelfde criteria aangelegd als bij de normale kredietbe oordeling. Ook een land moet voldoen aan de eisen van liquiditeit, rentabiliteit, solva biliteit en goed management. Het probleem bij landen is, dat er geen Politieke ontwikkelingen kunnen van grote invloed zijn op internationale commerciële en financiële transacties. Aparte studiediensten bij verschillende banken in ons land beoordelen de risico's. Onze cartoonist Arend van Dam geeft er op geheel eigen wijze blijk van de situatie in Iran nauwkeurig te hebben bestudeerd.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1979 | | pagina 19