I
'M
V NOU
r&*£.
i s,
->v
12
IZ*Ï*ÈÏ
6p
V.-~-
J*-ykj'
- rf,
«l-** t j '3
KL-#*' li
••-> <v-~3fW -,
De fruittelers hebben hun
problemen onder de loep
genomen. Zij willen
komen tot een afzetplan.
Afzet en produktie
moeten beter op elkaar
worden afgesteld.
ttfr\ V
beroep in de landbouw hebben en voor eigen risico
hun bedrijf voeren aan de intensieve veehouderij kun
nen beginnen. Ook de contactproduktie wil de minister
in een wettelijk kader plaatsen, uitgaande van hetgeen
het bedrijfsleven zelf afspreekt: als er geen overeen
stemming wordt bereikt zal een commissie bestaande
uit vertegenwoordigers van beide partijen en de over
heid, het laatste woord spreken. Indien de Tweede Ka
mer op deze ideeën gunstig reageert kan minister Van
der Stee zich aan de wetgevende arbeid voor deze
twee onderwerpen zetten.
Fruit onder de loep
Een betrekkelijk kleine sector, welke een twee procent
van de totale agrarische produktie voor zijn rekening
neemt, heeft de eigen problemen onder de loep geno
men. In een rapport: 'Verbetering concurrentiepositie
Nederlandse fruitteelt', wordt een analyse gegeven van
de positie van de fruitteelt en worden aanzetten voor
oplossingen van de problemen gegeven.
Het studierapport is later uitgewerkt in een beleidspro
gramma waarin voor de overheid maar niet in het
minst voor de fruitteelt zelf, aangegeven wordt wat er
veranderen moet. De concurrentiepositie van het Ne
derlandse fruit heeft erg geleden onder de steunmaat
regelen welke in andere EG-landen voor deze sector
zijn getroffen. Het meest sprekend is de steun welke de
Franse overheid gaf voor boomgaarden, die werden
begonnen door uit Afrika gekomen Franse burgers.
Het rapport blijft echter niet steken in een klacht hier
over, maar stelt er een program tegenover dat gericht
is op verbetering van de kwaliteit van het Nederlands
produkt en een grotere onderlinge samenwerking bij
produktie en afzet.
Ondelinge samenwerking
Er moet een afzetplan komen waarbij het Centraal Bu
reau van de Tuinbouwveilingen een centrale rol speelt.
Om een regelmatige voorziening te waarborgen zal het
verkoopapparaat over minimaal 20 van de geëigen
de rassen moeten kunnen beschikken. Via contactper
sonen moet er een rechtstreeks verband worden ge
legd tussen afzetapparaat (in alle belangrijke fruitcen-
tra ieder slechts één verkooppunt) en de produktie, zo
dat de laatste zich op de vraag kan richten. Er zal een
coördinatie moeten komen van het sorteren en bewa
ren van fruit, niet alleen op de centrale punten maar
ook van hetgeen op de fruitteeltbedrijven gebeurt.
Voor dit alles is zeker overheidsgeld nodig. Er is een
bestaande EG-steunregeling voor producentengroepe
ringen waarop een beroep wordt gedaan, terwijl er ook
het een en ander aan sorteerapparatuur en bewaarcel-
len moet worden gerenoveerd en aan onderzoek moet
worden gedaan waarvoor overheidsmiddelen welkom
zullen zijn. Een kwetsbaar punt is de hagelverzekering,
die door het kleiner worden van de bedrijfstak steeds
hogere premies is gaan vragen; ook hier een over
heidsbijdrage, zoals trouwens ook in andere landen ge
beurt. Maar ondanks deze verzoeken om steun, ligt het
accent van het fruitteeltrapport op de aansporingen tot
onderlinge samenwerking.
Export
Samenwerking was ook het hoofdthema van de dis
cussie tijdens de exportdag welke op 27 maart door
het Landbouwschap werd georganiseerd. De inleiders,
dr. W. F. Duisenberg en drs. G. van den Berg, legden
ieder de nadruk op de grote betekenis van de export
van agrarische produkten, niet alleen voor de land- en
tuinbouw zelf, maar ook de nationale economie: de
agrarische export is een stabiel element en de enige
die voor een netto overschot zorgt. Het is echter niet
vanzelfsprekend dat het in de toekomst zo verder gaat.
In de discussie wees de heer Duisenberg erop dat het
agrarisch bedrijfsleven vaak verdeeld optreedt als het
om export gaat.
Ook hier werden enkele knelpunten naar voren ge
bracht waarvoor de hulp van de overheid werd inge
roepen. Het ging daarbij niet steeds om geld, zoals bij
de overname van de overheid van keuringskosten,
maar ook om beleid, zoals het harmoniseren van wa-
renwettelijke bepalingen in de Europese Gemeen
schap. Toen het om overheidsmiddelen ging, werd de
heer Duisenberg in de discussie gevraagd over het ver
krijgen ervan een uitspraak te doen. Hij suggereerde
om sommige onderdelen van de WIR, de vorig jaar van
start gegane investeringstoelage, in de landbouw niet
toe te passen en het vrijkomende geld voor de verbete
ring van de export te gebruiken.