wob wob wob even vanzelfsprekend is als een 'nobles se oblige'. EIGEN GEZICHT DOOR EIGEN VERANTWOORDELIJKHEID! De Rabobanken hebben ongetwijfeld ook op het terrein van de assurantiebe middeling een eigen gezicht verworven. Wij zien deze bezigheid namelijk als een vorm van dienstbetoon tegenover de cliënt, waarbij wij ons bewust actief en als tussenpersoon professioneel, zelf standig en onafhankelijk van verzeke raars opstellen. Het is een activiteit, die wij niet als los van, maar als geïnte greerd in ons totale bankwerk beschou wen. Daarbij achten wij een verant woorde rentabiliteit van deze werk zaamheden geboden. Dit eigen gezicht, passend in de stijl en de opvattingen van onze organisatie, willen wij graag nog duidelijker tot ui ting doen komen. Wij menen - zoals wij ook reeds eerder in ons blad geschreven hebben - dat daarvoor het tot stand brengen van een 'Rabopolis' zeer ge wenst is. Kort gezegd, een polis die krachtens volmacht door onze banken afgegeven kan worden: een standaard- produkt voor retailverzekeringen, huis-, tuin- en keukenrisico's, dat qua voor waarden en premie de toets van hoge normen kan doorstaan. Op zich zelf is deze gedachte niet op zienbarend. In de verzekeringswereld komen vanouds 'eigen polissen' voor, af te geven krachtens tekeningsbevoegd heid op grond van een volmacht van een of meer verzekeraars. Wij zien dan ook geen onoverkomenlijke bezwaren om in de toekomst tot de door ons ge dachte Rabopolissen te komen. Gezien het aantal verzekeringsmaatschappijen, waarmee wij thans reeds in nauwe rela tie staan, zal mogelijk aan een 'vol- machtpool' gedacht kunnen worden, waarin iedere betrokken maatschappij voor een bepaald percentage dekking geeft aan de volmachtpolis, i.c. de Ra bopolis. Wij laten hier verder rusten, hoe zo'n Rabopolis tot stand zou kunnen komen en gaan ook voorbij aan de vele positie ve effecten die wij daarvan voor bank én cliënt-verzekerde verwachten. In dit stadium slechts twee opmerkin gen, die beide uitdrukken hoe naar onze overtuiging de gedachte van een eigen polis door onze organisatie ten principa le moet worden gezien. De eerste is, dat in een organisatie als de onze er maar één soort 'Rabopolis sen' kan bestaan: dat is het gestandaar diseerde produkt, dat in overleg binnen de organisatie door de centrale bank voor alle banken beschikbaar wordt ge steld. Alle banken moeten daarvan ge bruik kunnen maken, al blijve ook hier de goede regel gelden, dat iedere bank de vrijheid behoudt zijn verzekeringen op andere polissen te sluiten. Wij me nen, dat het gebruik van een eigen polis ook geheel in de lijn ligt van onze 'per soonlijke bank' gedachte. Door een Ra bopolis zal iedere 'persoonlijke bankier' voor de retailverzekeringen een stan- daardprodukt kunnen aanbieden, dat zo goed mogelijk is uitgebalanceerd naar premiestelling, voorwaarden en scha- deafhandeling, zonder dat er een tijdro vend onderzoek hoeft plaats te vinden naar de verschillen in polisvoorwaarden van een groot aantal maatschappijen. Daarnaast kan dan de specialist, de as surantie-adviseur, zich met de grote lij nen van de assurantiebemiddeling be zighouden, o.a. met de probleemgeval len in de retailmarkt en natuurlijk met het maatwerk, waaronder met name de bedrijfsverzekeringsgevallen. De naam 'Rabopolis' moet en mag ech ter uitsluitend verbonden worden aan het gestandaardiseerde produkt, dat voor onze organisatie als geheel is ont worpen. Als we dat loslaten - bijvoor beeld doordat sommige banken niet met de gestandaardiseerde polissen, maar toch met aparte 'eigen' polissen zouden gaan werken en die 'Rabopolis' zouden willen noemen - betekent dat een onherstelbare verstoring van het ei gen gezicht van onze organisatie. Het in omloop komen of brengen van verschil lende 'soorten', onderling uiteenlopende 'Rabopolissen', zelfs als dat alleen maar lokaal gebeurt, verdraagt zich beslist niet met de eigen polis-gedachte, die wij als organisatie voorstaan. Ook de grote voordelen, die de standaardisatie onze banken in administratieve zin biedt, zouden door zo'n ontwikkeling ernstig verminderen. Onze tweede opmerking in deze. Wij zijn geen verzekeraar, willen en mogen dat ook niet zijn. Maar evenzeer zij dui delijk, dat voor ons ook bij een volmacht geen verhoudingen of bindingen met verzekeraars aanvaardbaar zijn, die een aantasting zouden kunnen betekenen van de commerciële zelfstandigheid van de Rabobankorganisatie en van de be drijfsvoering door de Rabobanken op het terrein van de assurantiebemidde ling. Met name onze centrale bank dient haar bestuurlijke, adviserende, controle rende, coördinerende en begeleidende taak te vervullen in strikte zelfstandige verantwoordelijkheid jegens de aange sloten banken en de monetaire autori teiten. Deze beide uitgangspunten vloeien uit de aard van onze organisatiestructuur voort. Wij hebben er alle vertrouwen in, dat zij én binnen onze organisatie én daarbuiten begrip zullen ontmoeten en dat wij met inachtneming daarvan tot een in alle opzichten goede 'Rabopolis' zullen kunnen komen. ONDERNEMERSBIBLIOTHEEK EN -SEMINARS Wij hebben op deze plaats nog nooit geschreven over de 'ondernemers-bibli otheek van de Rabobank'. Misschien omdat in het begin het woord biblio theek ons wel wat wijds in de oren klonk, misschien omdat we aarzelden eigen roem te bezingen. Maar nu als twaalfde in deze bibliotheekserie over allerlei onderwerpen, de brochure 'Hoe u via de Rabobank meer kunt doen met een rekening-courant' is verschenen, willen we het openlijk zeggen: wij vin den deze brochures niet alleen mooi, we menen vooral dat ze waardevolle infor matie, een groeiende naslag-'biblio- theek' voor de ondernemers vormen. Het jongste deel over de rekening-cou rant is daarvan weer een goed voor beeld. Iedere ondernemer zal wel een rekening-courant bij zijn bank aanhou den, maar het zal hem toch zeer wel kom zijn eens helder en in beknopte vorm te lezen wat een rekening-courant nu eigenlijk is en wat hij er allemaal bij de Rabobank mee kan doen. En dat niet zozeer omdat het zijn bankrelatie be treft, maar vooral omdat voor hem de rekening-courant zoveel mogelijk nut voor en in het eigen bedrijf moet afwer pen. De brochure stelt hem van die mo gelijkheden in korte tijd met voorbeel den op de hoogte. Met gepaste bescheidenheid zien wij de verzameling tot nu toe verschenen bro chures als een handzaam naslagwerk, dat de ondernemer van tijd tot tijd zal willen raadplegen bij zijn eigen zaken. Wie de titels van de brochures kent, bij voorbeeld 'n BV? Ja of Nee?', weet dat onze bibliotheek vanuit de interesse van de ondernemer zelf wordt opgebouwd en zich allerminst beperkt tot terreinen waar bank en onderneming elkaar direct raken. Dat laatste is natuurlijk wel het geval in de recente brochure over reke ning-courant. We kunnen zelfs zeggen, dat de reke ning-courantverhouding de intiemste is die er tussen bank en bedrijf kan be staan, omdat zij als het ware de pols slag van de bedrijvigheid weerspiegelt. Daarom willen wij als Rabobanken ons boekje over de rekening-courant open doen: de ondernemer laten zien, wat hij met een rekening-courant bij ons kan doen en alzo meer kan doen! Bibliotheekopbouw is een werk van lan gere adem en wij hopen ook van een meer duurzaam belang voor de geïnte resseerden. Tussen haakjes: onze ban-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1979 | | pagina 6