beheersing produktie en bedrijfsgrootte De minister van landbouw heeft in de kerstvakantie huis werk gemaakt voor de Tweede Kamer. Hij heeft aan een nota gewerkt over produktie- beheersing en de zogenaamde mammoetbedrijven. Twee on derwerpen waarover veel te zeggen valt. 11 f Brussel spreekt men van prijsbevriezing, en het afbre ken van de bescherming tegen vroegere revaluaties van de gulden zal een daling van de landbouwprijzen in ons land meebrengen. 'Bestek 81betekent dat van de nationale schatkist weinig soelaas kan worden ver wacht om de toenemende prijsdruk te verlichten. De vraag komt dan vanzelf naar voren, of de gezamenlijke last niet beter kan worden gedragen door een gelijk matiger verdeling van de nog bestaande mogelijkhe den. Deze vraag kan negatief worden beantwoord, wanneer elke verdere bemoeienis met de gang van zaken in de agrarische bedrijfstak wordt afgewezen. Gaat men hiervan uit dan blijft de Nederlandse landbouw aange wezen op de bestaande globale maatregelen van fisca le en sociale aard en zal, wat het specifieke landbouw- Tijdens de behandeling van zijn begroting heeft minis ter Van der Stee toegezegd een nota op te stellen, hoe wel hij reeds onmiddellijk liet blijken weinig concreets te kunnen doen aan de beheersing van de produktie en aan het bestaan van grote bedrijven in de landbouw. De nota zou vóór het einde van het kerstreces de Ka mer bereiken. Bij het schrijven van deze beschouwing zal het nog zonder deze nota moeten worden gedaan. Wel beschikbaar zijn de studies, die begin januari bij het bestuur van het Landbouwschap op tafel werden gelegd en waarin uitvoerig het probleem van de grote bedrijven aan de orde is gesteld. Door het Landbouw schap wordt ook ingegaan op de toetreding van nieu we bedrijven tot de landbouw. Tegen het toetreden van nieuwe bedrijven worden door sommigen bezwaren aangevoerd, omdat de toch al niet dikke spoeling er dunner op wordt. Bij het grondbeleid is eenzelfde soort van probleem aan de orde gesteld, namelijk het uitsluiten van een deel van de vragers naar landbouwgrond om zo de grondprijzen te drukken. Na de nota van minister Van der Stee over het grondbeleid, die vorig jaar werd uitgebracht, zijn nog geen concrete voorstellen gevolgd. In de Tweede Kamer wordt men wat dit betreft wat ongeduldig, ledereen weet echter ook, dat de grondpolitiek een ge vaarlijk onderwerp is, dat reeds menig kabinet aan een vroegtijdig einde heeft geholpen. Betere verdeling Het is te verwachten, dat bij het nationale landbouw beleid in de nabije toekomst meer aandacht zal worden besteed aan maatregelen met betrekking tot de grond, de grootte van bedrijven en het beginnen van nieuwe bedrijven. In de sfeer van het prijsbeleid staat de Ne derlandse landbouw weinig vrolijks te wachten: in Drs. M. L. de Heer beleid betreft, in het geval van acute nood om tijdelijke hulp kunnen worden gevraagd en zal voor het overige met een spaarzaam gestemde overheid rekening moe ten worden gehouden. Het zal overigens blijken dat ook voorstanders van een betere verdeling van de lasten door een verdergaande ordening, veel moeite zullen hebben bij de keuze van hun instrumenten, omdat zij heel vaak erg bot zullen uitvallen. Vele problemen in de landbouw zouden niet bestaan, indien de omvang van de produktie beter op de vraag was afgestemd. De beheersing van de produktie die daardoor nodig is, zou tot minder kosten voor de over heid leiden en het prijsniveau verhogen, waardoor voor de producenten meer geld beschikbaar is. Indien de landbouwproducenten voor een dergelijke beheersing kans zouden zien, dan zou het hun belang zijn er ge bruik van te maken. De overheid zou een dergelijk han delen overigens wel nauwkeurig willen volgen om te voorkomen dat zulk een kartelvorming ten nadele van de consumenten gaat werken. Contingentering Op het ogenblik is produktiebeheersing actueel voor

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1979 | | pagina 13