/a^t
w//
r/// /frkM'r 7
landbouwcommentaar
stellen. Door de vermindering van de inflatie zijn de
kosten van de landbouw de laatste jaren minder toege
nomen dan tevoren, terwijl de zwakke positie van de
dollar ten opzichte van de Europese munten de aanko
pen van b.v. voeder op de wereldmarkt goedkoper
heeft gemaakt. Dit alles heeft tot gevolg dat kostentoe-
name welke gemiddeld in de Gemeenschap wordt ge
registreerd, kan worden opgevangen door de toename
van de z.g. bio-technische produktiviteit, d.w.z. verbe
tering van rendementen van produktiemiddelen. De
berekeningen welke door bedrijfsleven en Commissie
worden gemaakt, de z.g. objectieve methode, wijst
voor dit jaar dan ook geen verhoging aan.
Of het in het geheel niet tot een verhoging van prijzen
zal komen, staat nog te bezien. Wanneer de consu
ment zelfs geen geringe prijsverhoging krijgt te betalen
(aangenomen dat daardoor zijn totale afname niet zal
verminderen) dan maken de beleidsinstanties zich het
leven onnodig moeilijk. In de huidige periode van werk
loosheid zal het inkomensklimaat voor de landbouw
niet te sterk moeten worden verslechterd. Het aanvul
len van te lage inkomens met toeslagen, zal gauw op
budgettaire bezwaren van de overheid stuiten.
Als u dit leest is de rust wel weer teruggekeerd in onze
gelederen. Maar als ik dit schrijf moet er nog heel wat
gebeuren alvorens u en ik de map met balansbijlagen
kunnen sluiten.
Maar we blijven volhouden en onder de post immate
riële activa behoort eigenlijk met dubbel krijt geschre
ven te worden onze onwankelbare geestdrift voor dat
complexe geheel, dat we zo gewoonweg 'de bank'
noemen.
Vreemd eigenlijk, dat in het tijdperk, waarin de al of
niet ontbufferde output ons dagelijks pleegt te berei
ken en de diskettes - eigenlijk meer een naam voor
een meeneemrestaurant gemeengoed beginnen te
worden, ik zo'n grote tijdsspanne moet over
schreeuwen om u te bereiken. Het is de vooravond van
het kerstfeest en er zijn honderden zaken waarover ik
zou willen schrijven. Kerstboodschappen, waarin ik u
met zachte hand opdraag toch vooral het goede te be
trachten.
Maar ik weet dat mijn woorden u pas bereiken als de
feesten zijn vergeten en de eerste wintersportreizigers
chagrijnig voor de balie staan, omdat ze niet het aantal
centimeters sneeuw hebben gehad dat ze persoonlijk
met u waren overeengekomen.
Ik bepaal me dus tot het jongste verleden en troost u,
ik ben dit keer niet gevallen of uitgegleden. Het is ove
rigens niet mijn schuld dat ik nogal eens lichamelijk of
mentaal uitglijd. Aan het laatste is volgens mijn beste
vrienden weinig te doen, doch het eerste zou vrij rede
lijk verholpen kunnen worden door het scheppen van
wat meer ruimte. Door wat collega's plegen te noemen
een kleine aanpassing van het gebouw in verband met
het zich uitbreidende dienstenpakket, hetgeen meestal
uitdraait op een zeer uitvoerige renovatie, gepaard
gaande met een algehele verbouwing.
Dat is echter een ander verhaal, waarvan het bestuur
nog niets weet en dat we dus nog even bewaren. Maar
over dat uitbreidende dienstenpakket sprekende, kan ik
mededelen dat ik daaraan weer een facet heb toege
voegd.
Op de ochtend van de dag dat wij de verjaardag van
Sinterklaas plegen te vieren had ik het beleidsplan op
geslagen en zat smakelijk te kauwen op de eerste zin,
waarin ons werd gevraagd 'wie zijn wij en wat streven
wij eigenlijk na.Op dat moment werd ik gebeld door
het verzorgingshuis, waaraan ik op bescheiden wijze
mijn bestuurlijke ervaring bijdraag. Een noodkreet was
het, want Sint-Nicolaas was door de griep geveld en er
bestond in de wijde omtrek van ons dorp slechts een
enkele man, die qua postuur en statuur de goedheilig
man zou kunnen benaderen. Wie wij zijn is dan duide
lijk, een bankdirecteur staat immers voor iedereen
klaar en heeft een agenda die is gemaakt van ouder
wets en degelijk broekenelastiek. Wat we nastreven is
al evenmin een raadsel voor de buitenstaander, want
we zijn immers, zo zeggen we zelf, een soort Sinter
klaas van alle seizoenen.
Ik voel me te oud om aan dat wijdverbreide misver
stand nog een einde te maken en ik vond het ook wel
leuk om samen met een viertal goedlachse en zeer
rondborstige zwarte pieten te verkeren te midden van
louter lieve mensen (er ligt een exemplaar van dit num
mer in de leeszaal, vandaar). Ik zei dus aarzelend ja, na
me drie keer te hebben laten vragen en bevond me en
kele uren later al in de grote zaal. Alles ging goed, ik
struikelde niet over mijn mantel, mijn staf brak niet, de
pieten bleven ingetogen dametjes ook na drie glaasjes
sherry en de grijze burgerij van onze buurtschap was
tevreden.
Nou moet ik erbij zeggen, dat ik de heilige uit Myra niet
speelde, nee, ik was hem gewoonweg. Ik leefde mij ge
heel uit in dat onvoorwaardelijke, onbezwaarde weg
geven zonder renten of kosten.
Zo verkleefd was ik aan mijn rol, dat het me die middag
weinig moeite zou hebben gekost om voor het front
der bejaarden een drietal door een boze slager gevilde
en gezouten kindertjes tot nieuw leven te wekken.
Doch dat was alleen aan mijn grote voorganger be
schoren, zo gaat het verhaal.
Het enige dat ik dan ook wist op te wekken was de
zanglust van jong en oud in de zaal, die mij toezongen
met zie de maan en zie ginds komt de stoomboot.
Cas Sier