wob wob 5 ligt. er plaats voor metafinanciering; de cen trale bank en de betrokken bank treden ieder voor een deel gezamenlijk op als financiers van de desbetreffende rela ties. En dan doet het er niet toe of het nu om een lening, een krediet in rekening courant, een garantie of een accreditief in het buitenland gaat. Rente en provisie worden ook in verhouding tot ieders deelname onder de 'meta-financiers' verdeeld, terwijl t.a.v. de dekking door eventuele zekerheden dezelfde lijn wordt gevolgd. Metafinanciering, gezamenlijke verzor ging door centrale bank en een aange sloten bank van een cliënt van deze laatste, is heel duidelijk aanvullend. Al leen wanneer de bank de financiering te 'machtig' is en wanneer ook een beroep op de Rabohypotheekbank en/of De Lage Landen geen uitkomst biedt, zal het metabedrijf eraan te pas komen. Om praktische redenen zullen ook alleen de grotere posten, boven f 1 miljoen, voor metafinanciering in aanmerking komen. Naast en desgewenst ook helemaal los van de financiering, kan het metabedrijf ook betrekking hebben op andere bank diensten, b.v. im- en exportzaken, ver mogensbeheer en andere zaken, die ta melijk gecompliceerd kunnen liggen. Eigenlijk is er dan ook 'geen woord Grieks bij'. Wat we met het metabedrijf doen, is niet anders dan een gerichte toepassing van één van de mogelijkhe den die in onze coöperatieve organisatie schuilen. Als de één, een plaatselijke bank, het niet of moeilijk alleen af kan, staat de ander, de centrale bank, hem bij. Op die wijze opent het metabedrijf ons alle mogelijkheden om de wensen van iedere onderneming, ook de heel grote, te vervullen. Door dat woordje 'meta' wordt een echt Rabobanktrekje openbaar. Het ronde getal van 1000 ligt gemakke lijk in het gehoor. Je zou het daarom zo willen houden. Ons 'aftellen' zal echter wel wat doorgaan; er zitten meer fusies in de pijplijn, zodat we binnenkort wel snel in de moeilijke cijfers van negen honderd en zoveel komen. Zoals bekend zien we dat als een heel gezonde ont wikkeling, maar omdat we door een ver standig fusiebeleid in 25 jaar welover wogen het aantal van 1302 nu tot 1000 hebben weten terug te brengen, mag die mijlpaal van 1000 hier wel even ge noemd worden, al zullen we ook maar heel kort tegen die paal kunnen aankij ken. ALS PLEEGOUDER EN ALS SPONSOR We dachten even dat de Rabobank Voorschoten de primeur had (zie ons stukje onder Her en Der), maar toen we het Nieuw Kamper Dagblad van 9 no vember toegestuurd kregen, begrepen we dat de Kamper Rabobankmensen met de eer gaan strijken. Die hebben namelijk al vorig jaar bij de eerste actie van de Stichting Foster Parents Plan de achtjarige Micheline Blanc, wonend er gens op Haïti, als hun gezamenlijke pleegdochter geadopteerd. De krant vertelde er enthousiast over met foto's van de kleine zwarte 'Rabo-dochter', haar ouders, drie broertjes en een zusje. Er is een fijne, drukke briefwisseling ont staan met Micheline en de familie Blanc, die bij toerbeurt door de Kamper Rabobankers wordt onderhouden. Een ervaring, die de Kampenaren waar schijnlijk delen met zeer vele 'pleegou ders', die via FPP een kind hebben ge adopteerd 'a raison van f45,- per OP DE DUIZEND De duizend hebben we dan toch dit jaar 'gehaald'! We hadden dit al zien aanko men toen we in ons septembernummer schreven over 'Af naar de duizend'. De afronding naar een getal van precies 1000 aangesloten banken is op de dag nauwkeurig te bepalen: op 1 december verminderde het aantal banken met twee, omdat toen fusies tot stand kwa men tussen de banken Vlaardingen en Schiedam en tussen de banken Zoeter- meer en Zoetermeer-Benthuizen. Dat is een gang van zaken - twee banken min der op dezelfde dag - die ook maakt, dat we deze duizendste bank niet exact kunnen aanwijzen, maar het is wel een mooie aanleiding om die twee gefusio neerde banken hartelijk geluk te wen- sen, nu een nieuwe loopbaan voor hen maand'. Dat laatste klinkt wel wat hard, maar een goed idee als van FPP kan nu eenmaal niet zonder geld verwezenlijkt worden. Daarom zijn wij als Rabobankorganisa- tie net als vorig jaar ook bij de tweede actie van FPP rond 2 november als sponsor opgetreden. Wij weten het, sponsoring door grote bedrijven kan heel wat vragen oproepen. Ligt het mo tief uitsluitend in het eigen belang, in de aandacht die pers en TV aan je schen ken, in de sportieve of kunstzinnige of menslievende naam, die je met zo'n sponsorbedrag 'koopt'? Of gaat het de sponsor alleen maar om die mooie sport, om de artistieke vreugde of om de hulp aan de naaste? Uit eigen erva ring weten wij dat zulke óf/óf vragen zelden aan de werkelijke situatie recht doen en het beeld van de sponsor meestal vertekenen. Wij komen er rustig voor uit, dat ook wij natuurlijk bij een sponsoring-aanvraag ook de eventuele aantrekkelijke kanten voor onszelf overwegen, bijvoorbeeld publiciteit, relatieversterking enz. Maar tegelijk is er alle ruimte om ons te laten aanspreken voor het doel, waarvoor de steun wordt gevraagd. En hoe vaak zal dat doel niet gevoelsmatig zijn voor het besluit om te sponsoren! Kampen en Voorschoten (wie weet wel ke van onze banken nog meer?) laten door hun eigen initiatieven zien, dat de pleegouderactie van FPP heel goed aan sluit bij datgene wat wij als coöpera tieve banken voorstaan. Zakelijke over wegingen mogen dan bij sponsoring niet gemist kunnen worden, voorbeeld van FPP toont hoe nauw je je bij de ge steunde actie betrokken kunt voelen. Ruim een week na de actie waren er al bijna 7000 aanmeldingen van nieuwe pleegouders. We hopen dat die aanmel- dingenstroom nog wat doorloopt, want het is lang niet genoeg: er leven nog veel en veel meer Michelines in de we reld Dat er thans in ons land mee door onze sponsorsteun zo'n 33 000 pleeg kinderen zijn 'geplaatst' geeft je echter een bijzondere voldoening. P.S. Nog juist kunnen we berichten dat ook het personeel van de Rabobank Houten, net ais dat van Kampen, at een jaar lang een pleegdochter heeft: Elena, 10 jaar, wonend op de Filippijnen.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1978 | | pagina 7