'T* inderdaad aanleiding bestond om zich in zo'n bank te verenigen. Door die aarze ling kreeg een uitnodiging van de Bank De Rijp ook al hoegenaamd geen res pons. Over de drempel Op 3 juli 1903 werd weer een vergade ring belegd met als doel te trachten voor de provincie Noord-Holland een vereniging te verkrijgen van niet bij een centrale aangesloten banken. Een afgevaardigde vond de voorwaar den van eventuele aansluiting zo slim dat er voor die op te richten 'hoofdbank' weinig kans op nadeel zou ontstaan, maar dat voor de aangesloten banken weinig positieve rechten zouden resul teren. Maar: 'Een schip op het strand is een baken in zee zegt het spreekwoord. Enkele particuliere banken in het land konden hun verplichtingen niet nako men. Ze 'sprongen' en die narigheid duwde het initiatief in Noord-Holland een eindje in de goede richting. De Pro vinciale Noordhollandsche Boerenbond maakte een concept-reglement tot cen tralisatie van Boerenleenbanken, waar na men inderdaad over de drempel stapte en op 24 juni 1904 door de Boe renleenbanken De Rijp, Beemster en Wognum de Coöperatieve Centrale Christelijke Boerenleenbank te Alkmaar werd opgericht. Vooral het diepgaand 36 verschil van inzicht bij een aantal Noordhollandse banken inzake de aan sprakelijkheid van leden-banken die - inmiddels - bij 'Utrecht' beperkt was, doch bij 'Alkmaar' onbeperkt, gaf de stoot. Heel ruimdenkend werd in 1907 Museum 'in 't Houten Huis', een schoonheid in de Rijp besloten dat ook Zuidhollandse banken zich zouden mogen aansluiten. Wél bepaalden de statuten over die aansluiting dat de banken die lid wilden worden van de Centrale te Alkmaar er kend moesten zijn door de Provinciale Boerenbonden respectievelijk voor Noord-Holland en Zuid-Holland. Men trachtte dus het Katholiek karakter te handhaven. Een afgevaardigde naar de algemene vergadering van 1907 deelde mede dat ter sprake kwam: 'Federatie of aanslui ting van Centrale Banken op Christelijke Grondslag'. Welke dat dan wel waren vraagt Terugblikker zich nu nog af. Niet heel erg duidelijk zei verslaggever: Beweerd werd dat de Christelijke Cen trale Banken wenschen eene federatie te vormen zoodat iedere bank zelfstan dig blijft werken maar samenwerking bij gemeenschappelijke belangen, zooals het bevorderen van landbouwcrediet op christelijken grondslag, vertegenwoordi ging bij de regering etc.' Drie moties Men herinnert zich dat door de regering een zeer bescheiden subsidie werd ge geven aan nieuw opgerichte Boeren leenbanken. Hier golden nogal stringen te regels voor, om te voorkomen dat deze subsidie in handen zou komen van instellingen die niet ten volle beant woordden aan de norm van Boerenleen banken, die ten nutte van het algemeen belang werkzaam moesten zijn en aan gesloten bij een erkende centrale bank. Blijkbaar voelde de Centrale te Alkmaar zich wat dat betreft niet helemaal zeker. Men besloot dan ook aan de Regering drie moties te zenden en wel een ver zoek tot gelijkheid der subsidie voor alle Boerenleenbanken: een verzoek tot sub sidie voor de 'Centrale' en omdat men blijkbaar zag aankomen dat het wel eens moeilijk zou kunnen worden om over voldoende bedrijfskapitaal te kun nen beschikken diende men tegelijker tijd maar de derde motie in: 'De wensch uitsprekende dat de gelden der Rijkspostspaarbank voor het crediet der Boerenleenbanken dienstbaar zou worden gesteld.' Men rekende er waarschijnlijk beslist op dat die wens wel zou worden ingewil ligd, want heel erg stoer besloot men nóch gebruik te maken van een krediet dat werd aangeboden door de Crediet- vereeniging onder beheer van de Twentsche Bank, nóch van het krediet dat werd geoffreerd door het Noordhol- landsch Landbouwcrediet. Het was halen en brengen met Alkmaar. Geringe winsten in 1905 en 1906 wer den gevolgd door een flink verlies in 1907. Toch werd naar voren gebracht dat de 'Centrale Kas' over een flink re servefonds kan beschikken. De gepubli ceerde jaarverslagen laten de lezers wat dat betreft in het duister. Het Bestuur meent dat dit verlies wel spoedig kan worden terugverdiend en misschien dacht men dat te kunnen bereiken door de statutenwijziging waarin werd be paald dat: 'De leenbanken die toetreden tot de Coöperatieve Centrale Christelijke Boerenleenbank zullen hun kasover- vloed(l) niet mogen beleggen in effec ten of uitleenen aan andere leenbanken, kassiers of andere bankinstellingen.' Toch werd alsnog van het aanbod van de Credietvereeniging van de Twent sche Bank gebruik gemaakt en men hoopte op een mogelijk krediet van De Nederlandsche Bank. Veiligheidshalve werden in 1909 de effecten in bewaring gegeven bij De Nederlandsche Bank. In 1911 werd een uitnodiging ontvan gen tot het bijwonen van de feestelijke herdenking van het koperen jubileum van de Centrale Bank in Eindhoven. In hetzelfde jaar werd weer eens een motie aangenomen: 'De Algemeene Vergadering van de Coöperatieve Christelijke Centrale Boe renleenbank te Alkmaar, gehoord de discussien omtrent uitbreiding der Cen trale Boerenleenbanken op Christelijke Grondslag, spreekt de wensch uit dat de Boerenleenbanken, opgericht op dezen grondslag zich aansluiten bij Christelijke Centrale Boerenleenbanken en verzoekt de Provinciale Boerenbonden Noord- en Zuidholland de aansluiting van Boeren leenbanken bij de Centrale Bank te Alk maar te bevorderen.' Echt een oratio pro domo ofte wel een preek voor eigen parochie. Eigenlijk een fraai verpakte kreet om hulp, want alhoewel 1910 een winst maakte op de 'bedrijfsvoering' werd toch per saldo een verlies geleden van ruim f4 000,— ten gevolge van koers verlies op effecten.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1978 | | pagina 38