lening van coöperatief europa aan coöperatief brazilië 'Vandaag zijn we getuige van het eerste resultaat van een zeer opvallende ontwikkeling op het gebied van het coöperatieve bankwezen. Vanaf het einde van de 19e eeuw hebben de coöperatieve banken zich altijd geconcentreerd op zaken dicht bij huis. De hier vertegenwoordigde banken zijn thans uitgegroeid tot sterke centrale instellingen in hun onderscheiden tanden. Zij betreden in onze tijd met hun activiteiten naast en in aanvulling op het lokale en nationale duidelijk ook het internationale niveau, daartoe aangespoord door de internationale oriëntatie van hun cliënten. Deze woorden sprak de heer Lardinois op 16 november tijdens een bijeen komst ten kantore van de centrale bank waar de officiële ondertekening plaats vond van de akte van een lening, groot US $50 000 000, verstrekt door een consortium van Europese coöperatieve banken aan de Banco Nacional de Cré- dito Cooperativo SA (BNCC) te Brazilië. Deze bijeenkomst was in meer dan een opzicht belangrijk. Zij had een ceremo niële toets: het tekenen door de diverse partijen, geschaard rond een tafel, waar niet minder dan acht nationaliteiten ver tegenwoordigd waren, zulks onder Ne derlands en Engels notarieel toezicht. Voor onze centrale bank was het de eer ste keer, dat zij als 'leader' optrad van De stukken worden getekend. Zittend achter de tafel, v.l.n.r.: prof. dr. G. J. M. Vlak, ir. P. J. Lardinois, de Braziliaanse ambassadeur dr. Alfredo T. Va/ladaö, de secreta ris-generaal van het Braziliaanse ministerie van landbouw dr. Paulo A. Romano en dr. Marcos P. Pessoa Duarte, president-directeur van de BNCC. een consortium, dat een dergelijke in ternationale lening verstrekt. Het tot stand komen van die lening is door de centrale bank bewerkt, wier contacten met de BNCC dateren uit de tijd toen zij bij een eerdere consortiale lening ten laste van de BNCC was betrokken. En, niet in de laatste plaats, mocht de bij eenkomst gezien worden als teken van de krachtige samenwerking en activiteit van de Unico Banking Group. De hele lening werd 'en familie' geplaatst, bin nen het Duitse, Franse, Oostenrijkse, Italiaanse, Deense en Nederlandse coöperatieve bankwezen en de met hen nauw verbonden Engelse en Zwitserse instellingen. De heer Lardinois greep hiervoor naar een beeld: 'het internationale bank- orkest kan geen solisten meer gebrui ken maar alleen degenen, die bereid zijn als een eenheid met anderen hetzelfde stuk te spelen.' Gelukkig, zo zei de heer Lardinois, hebben de coöperatieve ban ken die uitdaging beantwoord door een intensieve werkrelatie aan te gaan tus sen de onafhankelijke banken van ver schillende nationaliteiten. Hun gemeen schappelijke oorsprong stimuleerde hen daartoe. Al heeft de onderhavige lening een za kelijk karakter, merkwaardig was dat er niet alleen tussen de verstrekkende bankinstellingen, maar ook tussen deze en de debiteur - de BNCC - meer dan een zakelijke band bestaat. Ook de BNCC is een coöperatieve bank, die kre diet verleent aan de boeren en hun coöperaties. Zij neemt direct deel in het kapitaal van landbouwondernemingen en -projecten. De BNCC beschouwt het tevens als haar taak de coöperatievor ming onder de boeren op gang te bren gen, te stimuleren en, waar nodig, te begeleiden. Daartoe zijn binnen de bank een aantal niet-bancaire diensten aan wezig, bijvoorbeeld voor landbouwkun dig- en veterinair onderzoek, adviseren over organisatiestructuur, financiële administratie e.d. en in het algemeen voor het ondersteunen van de leiding van lokale coöperaties.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1978 | | pagina 16