bank ontmoet bedrijf, bedrijf ontmoet bank Na de aandacht die we twee maanden geleden met ons ver- haal over de 'persoonlijke bank- benadering' op de particuliere markt richtten, mag hier nu de houding van de bank ten opzichte van bedrijven ook wel even aan de beurt komen. V\/e schreven al, dat we op de zogenaamde 'bedrijven markt', waartoe we ook de vrije beroe pen rekenen, met andere middelen moeten werken dan wanneer het om particuliere cliënten gaat. XMoet een bank zich nu tegenover de ondernemingen anders opstel len dan tegenover de particulier? Neen, want in principe is de kern van onze 'persoonlijke bank'-gedachte voor bedrijven en particulieren even navol- gens waard. leder bedrijf is immers een onderne ming, dat wil zeggen een ingewikkeld geheel, dat voortdurend in beweging is. Wie even verder dan de oppervlakte kijkt, merkt dat elke onderneming zijn eigen individualiteit heeft, zelfs vergele ken met zijn branchegenoten. Aard van het produkt, vestigingsplaats, vermo genspositie, liquiditeit, maar ook per soonlijke eigenschappen van de leiding gevenden, afzetmogelijkheden of -ver wachtingen enz. enz., het heeft allemaal met dat bepaalde bedrijf te maken. Te zamen vormen die de 'eigenheid', van ieder bedrijf. En al mag een groep - bij voorbeeld van kleine, middelgrote of Iheelgrote bedrijven - zeer sprekende gemeenschappelijke trekken vertonen, elk bedrijf houdt het stempel van zijn eigen aparte problemen en moeilijk heden. Begrip daarvoor en onderling vertrou wen vormt de basis voor iedere goede relatie tussen bank en bedrijf, waarbij we echter niet vergeten, dat zo'n relatie alleen dan levensvatbaar is als het be drijf kan rekenen op een hoge graad van deskundigheid en op een snelle, correc te afwikkeling van alle bankzaken. Elke relatie heeft een persoonlijke kant. Zo is ook een zakelijke bankrelatie altijd een relatie met 'iemand', man of vrouw, van wie je weet dat je met hem of haar vertrouwe lijk maar houtsnijdend kunt praten. Dat moet van de kant van de bank iemand van hoog niveau zijn, capabel en be voegd om de ondernemer op zijn terrein te ontmoeten. Met dat laatste raken we een interes sant terrein, dat momenteel nogal in onze aandacht staat. Hoe en door welke functionarissen kunnen zulke contacten met zakelijke relaties het beste worden gelegd en onderhouden? In de prakti sche uitvoering van de 'persoonlijke bank'-gedachte komt bij het onderhou den van goede relaties met bedrijven toch wel heel wat anders om de hoek kijken dan bij een particuliere cliënt. Voor ons staat vast dat in ieder geval de directeur van de bank bij het contact met bedrijfsrelaties een belangrijke rol zal moeten blijven vervullen. De inzet van de directeuren is in recente jaren van enorm belang geweest bij het leg gen van bedrijfscontacten door onze banken. Ook al wordt zijn functie bij het groeien van de bank meer coördinerend, de directeur zal een deel van zijn tijd be schikbaar moeten houden voor contact met althans de belangrijkste bedrijfs- cliënten en met name ook voor poten tiële cliënten. Maar zo'n directeur kan natuurlijk niet alles doen. Daarom is het nodig, zoals we in de praktijk ook al zien gebeuren, dat hij zich voor dit werk laat assisteren door - afhankelijk van de grote van de bank - een of meer aparte medewerkers, die de functie van 'accountmanager' uitoefenen. Zo'n accountmanager is voor de bedrijven in principe de eerst aangewezen contact man. Hij draagt de primaire verantwoor delijkheid voor een goede relatie tussen de bank en de aan hem toevertrouwde (groep van) relaties en potentiële rela ties. Natuurlijk, van bank tot bank zal dit, al naar gelang de grootte, verschil lend geregeld kunnen worden. Een zeer grote bank kan bijvoorbeeld werken met een aparte (onder-)directeur en met aparte accountmanagers, en een kleine re bank kan mogelijk volstaan met een 'stafmedewerker zakelijke relaties'. Daarnaast zijn nog tal van varianten mogelijk, ook al omdat grotere en klei nere relaties of debet-creditrelaties een andere opstelling of belangstel- lingsveld kunnen vragen. Het 'relatiebe heer' kan immers ook een bijkomende (maar belangrijke) taak zijn van een 'hoofd bankzaken' of van andere lei dinggevende functionarissen. Hiermee is natuurlijk lang niet alles over de 'zakenrelatiebehandeling' gezegd. Duidelijk is echter, dat van iedere bank een nauwkeurige afstemming op het bedrijfsleven wordt gevraagd. Een zaak van deskundigheid, organisatie en ook van persoonlijke eigenschappen. Dit alles zal zich veel meer op het hoofd kantoor van de bank concentreren dan bij de relaties met particulieren het ge val is. Op dit hoofdkantoor moet, vooral voor de grotere bedrijven, de mogelijk heid bestaan van een goed en snel sa menspel tussen de contactpersonen en de voor de verschillende bankdiensten aanwezige specialisten en afdelingen. Inderdaad, de accenten liggen bij de be drijfsrelaties anders dan bij particulie ren, maar de achtergrond is dezelfde als bij onze 'persoonlijke bankgedachte': ieder relatiecontact moet zijn een ont moeting van mensen, die weten wat ze aan elkaar hebben! JRH Die relatie tussen banken en bedrijven is voor ons om twee redenen zeer actu eel. De eerste is, dat de Rabobanken, die vroeger voornamelijk maar niet uit sluitend agrarische bedrijven financier den, sinds de 60-er jaren ook zeer inten sief betrokken zijn geraakt bij de bank zaken van het niet-agrarische bedrijfsle ven en van de vrije beroepen. De twee de is, dat het bedrijfsleven zelf een snel le evolutie in zijn bedrijfsvoering moe(s)t doormaken. Om zijn problemen goed op te lossen heeft de ondernemer niet al leen een goede op zijn omstandigheden afgestemde financiering nodig, maar ook verlangt hij van zijn bank allerlei an dere bankdiensten op maat, snelle infor matie en niet te vergeten advies, begrip en inzicht betreffende zijn bedrijf. Bank en bedrijf kunnen daardoor tot een heel aparte relatie naar elkaar toegroeien. Zeker, die relatie omvat het gewone bancaire verkeer tussen beide, maar steeds meer houdt zij ook een weder zijdse betrokkenheid in, die vanzelf om een vertrouwelijk beraad vraagt over tal van aangelegenheden van de onderne ming, waarin de bank direct of ook indi rect de ondernemer kan terzijde staan.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1978 | | pagina 9