mocht zijn. Eerst zal echter onderzocht moeten worden of een aparte onder- zoekafdeling bij het EIM voor deze branche niet een betere oplossing biedt. De onderzoekgegevens zouden zoveel mogelijk bij het EIM opgeslagen moeten worden. Het onderzoekprogramma De commissie heeft zich beperkt tot het aangeven van een meerjaren-program- ma in hoofdlijn dat het karakter van een richtlijn heeft, waarvan bij gegronde re denen zou kunnen worden afgeweken. Dit programma bestaat in de eerste plaats uit het cijfermatig vastleggen van de economische verbanden in de be- branche en van de factoren die daarbij bepalend zijn. Bedrijfssignalering en consumenten onderzoek zijn mede van belang voor de modellenbouw. Daarnaast geeft de commissie nog ver schillende andere urgente onderwerpen aan. Genoemd kunnen worden onder zoek naar samenwerkingsvormen, nieu we marktvormen, automatiseringsmo gelijkheden, de effectiviteit van de voor lichting, selectiemethoden voor investe ringen, onderzoek van de 'marketing mix' (de juiste dosering van de verkoop-in strumenten als daar zijn prijs, reclame, assortiment enz.). Ook omvat het onderzoek-programma Koffie mét of zonder gebak? drijfstakken waaruit het m.k.b. is opge bouwd en het afleiden van het m.k.b. daaruit. Dit wordt aangeduid als de mo dellenbouw, een zeer moeilijk en tijdro vend werk. Deze modellen dienen de sociaal-econo mische ontwikkeling weer te geven voor elk van de bedrijfstakken waaruit het midden- en kleinbedrijf is opgebouwd, zoveel mogelijk verbijzonderd naardeel- branches en bedrijfstypen. Dit is onderzoek met een continu karak ter. Daarnaast is het voor de invulling van de afzetkant van deze modellen voor de de tailhandel, de horeca en andere consu- mentverzorgende diensten van groot be lang een beter inzicht te krijgen in de be stedingen van de consument naar arti kel, aankoopplaats en aankoopfrequen tie. Een belangrijk hulpmiddel is daarbij het zogenaamde continue consumen tenonderzoek, waarmede het CBS per 1-1-'78gestart is en waarvoorde commis sie sterk gepleit heeft (in de commissie was het CBS op hoog niveau vertegen woordigd). Dit consumentenonderzoek is uiteraard ook van groot belang voor het distribu tie-planologische onderzoek ten behoe ve van de winkelplanning. Voorts bepleit de commissie een snelle uitbouw van de bedrijfssignalering waar mede het EIM onlangs gestart is. Door middel van periodieke enquêtering kan op deze wijze op zeer korte termijn een beeld verkregen worden van het economisch wel en wee in een bepaalde van de commissie op toepassing van nieuwe onderzoekmethoden in het mid den- en kleinbedrijf gericht onderzoek. Voor terzake deskundige lezers zij hierbij de simulatiemethodiek genoemd waar van bij toepassing in het meso- en micro- onderzoek bepaalde verwachtingen worden gekoesterd. Bij de bepaling van de onderzoekpriori- teiten op het terrein van het meso- en micro-onderzoek heeft de commissie zich in belangrijke mate mede laten lei den door de uitslagen van een schrifte lijke en mondelinge enquête onder 200 individuele ondernemers en 210 branche-organisaties. De commissie heeft ook42 vakopleidingsinstituten voor het midden- en kleinbedrijf schriftelijk gevraagd aan te geven welke onderzoek projecten voor het onderwijs van belang zijn, voor de eerste opleiding, de bijscho ling en de voortgezette ondernemers opleiding. De antwoorden weken in het algemeen niet wezenlijk af van die van de branche-organisaties waarmede in een aantal gevallen het antwoord ge zamenlijk werd opgesteld. De uitslagen van deze enquêtes zijn in een bijlage van het rapport opgenomen. De presentatie van de onderzoek resultaten Veel onderzoek levert niet het beoogde resultaat op doordat de taal waarin het onderzoekrapport geschreven is voor de doelgroep, de beoogde gebruikers van het onderzoek, niet te begrijpen is. De nadruk ligt op de verantwoording niet op 'de verkoop van de onderzoekresulta ten'. Dit kan zowel het gevolg zijn van het gebruik van vaktaal als van het gebruik van wollige zinnen, bedoeld om het ma gere onderzoekresultaat te verhullen. De commissie pleit dan ook voor een op de doelgroep afgestemd taalgebruik. Bij het onderzoekinstituut dienen hiervoor eventueel speciale tekstschrijvers te worden opgeleid of aangetrokken. Voorts is het voor de bruikbaarheid van de onderzoekresultaten van belang, dat de economische begrippen waarmede gewerkt wordt zowel in naamgeving als in inhoud bij de praktijk aansluiten. Ook zal het bij onderzoek voor de indivi duele ondernemers in veel gevallen noodzakelijk zijn dat de uitvoering van de aanbevelingen begeleid wordt door de voorlichters niet alleen om op deze wijze de uitvoering te bevorderen maar ook om voor de zo noodzakelijke terugkop peling te zorgen naar de onderzoekers wanneer de aanbevelingen nog onvol doende op de praktische situatie blijken te zijn toegesneden. De uitvoering van de aanbevelingen De vele aanbevelingen van de commis sie kunnen uiteraard niet alle tegelijker tijd worden uitgevoerd. De commissie komt dan ook met een se lectie van op korte termijn te nemen maatregelen. Hiertoe behoren in de eer ste plaats een op basis van een daartoe in te stellen organisatie-onderzoek om bouwen van het EIM op een zodanige wijze dat het voorgestelde onderzoek programma optimaal kan worden uitge voerd. Ook zal de bij- en omscholing van het onderzoekpersoneel ter hand geno men moeten worden. Voorts dienen op korte termijn de aanbevelingen voor de coördinatie van de onderzoekinstellin gen en de samenwerking tussen de on derzoekinstellingen en voorlichtingsor ganen tot uitvoering te komen. Ook is op korte termijn een nadere uitwerking van het voorgestelde onderzoekprogramma vereist en instelling van de voorgestane databank. Alvorens echter de uitvoering van deze aanbevelingen ter hand te kunnen ne men zal de medewerking van de daarbij betrokken instellingen verzekerd moeten zijn. Staatssecretaris Hazekamp is dan ook begonnen met het consulteren van de meest door de aanbevelingen aange sproken partijen. Is deze raadpleging achter de rug en blijkt zoals verwacht wordt het rapport in grote lijnen aan te slaan dan zullen er organisatorische maatregelen getroffen moeten worden om de uitvoering ter hand te kunnen ne men.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1978 | | pagina 35