Het kantoor van de Zuivel bank te Alkmaar in de twintiger jaren.
instellingen waarmee ze al jaren zaken
hadden gedaan, alhoewel, in tegenstel
ling tot de zakelijke verhoudingen die in
Friesland bestonden, in Noord Holland
de persoonlijke bindingen een grote rol
speelden.
In dat eerste kantoor vond de directeur
om te beginnen een schrijftafel met toe
behoren en een oorlogskacheltje met
een beetje brandstof. Aan de geldzen
dingen werd bijzonder veel aandacht
besteed. Aanvankelijk werd van elk
bankbiljet het nummer genoteerd. De
groei van de werkzaamheden maakte
dit - gelukkig voor de directeur - spoe
dig onmogelijk.
Over die geldtransporten wist Dokter te
verhalen dat, wanneer geld moest wor
den gehaald van, of worden gebracht
naar De Nederlandsche Bank (deze
sommen liepen op tot ongekend hoge
bedragen) een gesloten koets werd ge
huurd. Naast de koetsier zat de boek
houder van de Bond. 'Het leek wel een
tafereel uit een Amerikaansche
Wild-West affaire!', aldus de heer Dok
ter.
In het eerste jaar na de oorlog van
1914-1918 startte de Zuivelbank reeds
met administratieve controle voor zui
velfabrieken en andere instellingen en
werd een afdeling voor Landbouwbe
drijfsboekhouding op pootjes gezet.
Op de oprichtingsvergadering die op 7
juni 1918 in Café Centraal werd gehou
den, waren alle leden vertegenwoor
digd. Dat waren twee Concordia's, Ex
celsior, West-Friesland, Aurora, Eensge
zindheid en Assumburg.
De werkzaamheden vingen aan op Wa
penstilstandsdag, 11 november 1918,
maar eerst was nog veel water naar zee
gelopen.
Moest de directeur een volle taak en
dus een goed salaris krijgen, of moest
men maar heel voorzichtig van wal ste
ken? Men moest een vertrouwensman
hebben die zich geheel geeft, besluit
men uiteindelijk, maar 'deze gewichtige
kwestie komt nader bij de behandeling
der instructie aan de orde'.
En waar zou het kantoor gevestigd moe
ten worden en voor wie zouden de kos
ten van voorbereiding zijn?
Wel werd reeds vastgelegd dat de te
benoemen directeur voor een afwezig
heid van maximaal twee dagen toe
stemming van de voorzitter zou moeten
hebben en dat voor langere afwezigheid
het bestuur daarmee zou moeten in
stemmen. Voor zijn pensioen zou ieder
jaar f300,- worden gestort, rente op
rente. Dit fonds zou door een instelling
als de Zuivelbank heel goed zelf be
heerd kunnen worden.
De uitgenodigde sollicitanten voor de
post van directeur zullen moeten ant
woorden op de vraag 'Hoe denkt men
zich de taak van de Coöperatieve Zuivel
bank in Noord-Holland?'. Uit het ant
woord zal wel blijken of de kandidaat
voldoende inzicht heeft in het vereni
gingsleven.
De heer Dokter voldeed blijkbaar aan de
gestelde eisen.
Namens het bestuur deelde de directeur
direct aan de leden mede dat, omdat de
bank op maandag 11 november 1918 in
werking treedt, verzocht werd het kas-