de of onder de verschillende staten van van onpartijdige adviezen over de vis stand, personen aanwezig zijn met de bedoeling politiek een oogje in het zeil te houden. Het bedrijfsleven vindt het een ernstige tekortkoming dat het vaststellen van een EEG-visserijbeleid uitsluitend ge schiedt door regeringsambtenaren. Het bedrijfsleven heeft er geen enkel zicht op hoe de quota's en de hoeveelheid van bepaalde vissoorten worden vast gesteld. Eveneens ontgaat het het be drijfsleven hoe deze vishoeveelheid over de EEG wordt verdeeld. om jaarlijks bij een bank niet meer geld op te nemen dan er aan rente bijkomt. Het kapitaal blijft zodoende intact. Nu is er in de visserij een moeilijkheid name lijk dat men nooit van te voren kan be palen of er een goede jaarklas wordt ge boren, een minder goede of een slechte. Het is daarom onmogelijk om het ene jaar weinig schepen te laten vissen en een ander veel schepen. Er zal daarom gezocht moeten worden naar een gul den middenweg. Het ene jaar zal van een goede jaarklas wat moeten worden gespaard voor een jaar met een minder goede jaarklas. De vaststelling van een quota voor een bepaald jaar mag niet al De UK 132, zoals hij net a/s andere UK's op de vroege maandagochtend van 31 julijl. de haven van Urk uitvoer. Hoe diep geladen ligt zo'n schip als het aan het einde van de week met de vangst terugkomt Deze ervaringen maken dat een EEG- visserijbeleid, wat zegenrijk voor de Ne derlandse visserij zou kunnen werken, door de Nederlandse visser totaal nega tief wordt beoordeeld. Is een stringente quotaregeling voor behoud van de visstand noodzakelijk? Bij een gereguleerd visserijbeleid zal er niet aan te ontkomen zijn dat er maxima aan de te vangen vissoorten worden ge steld. leder jaar heeft een vissoort een paaiperiode. Het is over het algemeen een goede zaak om jaarlijks niet meer aan visgewicht of aantallen weg te van gen dan er jaarlijks via de paaiperiode bijkomt. Een aanspreekbaar voorbeeld voor de lezers van dit Rabobankblad is, te veel afwijken van de quota van het jaar daarvoor. Naar het gevoel van het bedrijfsleven gaan de biologen in hun adviezen vaak voorbij aan de economische instand houding van de visserijbedrijven. Een bijzonder moeilijk punt is vaak dat pas op het laatste moment ook bij de biolo gen bekend is hoe groot precies een jaarklas is die in de vangst komt. De quotavoorstellen zijn dan vaak reeds op gesteld, besproken en vastgesteld. Als later blijkt dat een jaarklas meevalt zit ten wij bij wijze van spreken met een te laag vastgesteld quotum. Voor de tong jaarklas 1976 schijnt bo vengenoemde moeilijkheid zich in 1978 voor te doen. Aanvankelijk was volgens biologische gegevens de jaarklas 1976 van normale sterkte. Volgens de laatste gegevens is deze jaarklas zeer goed te noemen. Ondertussen zit echter de Ne derlandse kottervisserij met een zeer laag vastgestelde quotum tong voor 1978. Een flexibele bijstelling van het tongquotum voor de tweede helft van 1978 zou zeer op zijn plaats zijn. Om moeilijkheden in de toekomst te voorko men zou misschien een vaststelling van halfjaarlijkse quota voor het visserijbe drijf nuttig zijn en de visstand eveneens ten goede komen. Door een dergelijke regeling kunnen missers in het geven van advies aan de beleidspersonen in Brussel, hersteld worden. Ook de renta biliteit en economische perspectieven

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1978 | | pagina 17