maanden 'minister van de centen.' Maar die alles in zich heeft om vruchtbare re sultaten af te werpen. Er zullen onder de mensen in de organisatie ook wel eens verschillende stromingen merkbaar zijn. Dan zul je daarvan uitgaande elkaar moeten vinden. Maar dat is op zichzelf iets wat dat werk ook heel levend maakt.' Uit zijn jeugd in Heerenveen kent de heer Duisenberg de Rabobank, zij het zeer oppervlakkig. Het is namelijk al sinds zijn zeventiende jaar uit Heeren veen weg, al heeft hij daar nog steeds contacten, ook met de directeur van de Rabobank aldaar. Hij zelf zegt met na druk: 'Ik kom hier met mijn eigen oplei- paar jaar hoogleraar theoretische eco nomie en daarna vier jaar en zeven als je vraagt waarom dit wel en waarom niet bibliothecaris of dokter of tuinman, dan weet ik eerlijk gezegd niet wat te antwoorden. Het lijken me mooie be roepen, maar ik vind dit nu eenmaal prettig en ik ben blij dat ik dit gekozen heb. Een positief element voor mij is, dat al is geld op zichzelf niet het belang rijkste, toch de meeste handelingen van het maatschappelijk leven aanrakings punten met de financiering hebben. Het is voor mij aantrekkelijk, dat je daardoor in aanraking komt met zoveel verschil lende maatschappelijke activiteiten van Wat uw geografische plekje betreft: blijft u in Scheveningen wonen? 'Toen ik mijn kinderen het bericht ver telde was de reactie van alle drie: pap, je doet maar, maar voorlopig blijven we hier in Scheveningen. Ja, wat wil je, ik heb ze al vijf keer laten verhuizen in hun jonge leven, de laatste keer nog maar twee jaar geleden. Ik zal mijn best doen hun de eerste jaren op hun scholen en hun eigen leefomgeving te laten. Daar na kan ik wellicht dichter bij Utrecht een honk gaan zoeken. Mijn vrouw zou het goed gevonden hebben als ik niet van baan veranderd was, maar ze is ook hier blij mee. Ze geeft nog les, aardrijkskun de, aan het Groen van Prinsterer Colle ge. Dat houdt volgend jaar op, voor een poosje althans, want het wordt haar te druk. ding en ervaring, maar ik heb niet de pretentie, dat ik alles al weet of dat ik zelfs al veel weet. Ik zal moeten begin nen het vak te leren, mij baserend op mijn eigen nationale en internationale achtergrond.' De heer Lardinois zei volgens een week blad: dat wordt voor hem een jaar spits roeden lopen 'Dat zal wel. Na vier jaar politiek zal ik me aan deze organisatie moeten aan passen. Het is voor mij nieuw. Ik moet ook nog de eigenlijke bankierservaring opbouwen. Op dit moment denk ik zelf meer te zullen leren dan dat ik anderen wat kan leren.' Financiën is uw vak, hebt u onlangs ge zegd. Wat trekt u daar speciaal in aan? 'Ja, kijk, die financiële wereld zit in mijn hele levenservaring tot dusverre: econo mische studie, drieënhalfjaar IMF, an derhalfjaar De Nederlandsche Bank, een De heer Duisenberg is gelukkig met de regeling die hem in staat stelt de ko mende maanden ons bedrijf als adviseur te leren kennen. 'Op die manier kan ik op 1 januari 1979 al een beetje beslagen ten ijs komen. Ik heb ondertussen de jaarverslagen van de afgelopen jaren doorgenomen, lees wat boeken en zag ook al de rapporten van de structuur commissie. En dan ga ik natuurlijk hier en daar eens met mensen praten. Wat de rest betreft: men moet me eerst maar de kans geven mijn plekje te vin den.' bedrijfsleven en organisaties, alsook met persoonlijke cliënten. Toen ik als minister begon heb ik me voorgenomen om op financieel verantwoorde wijze een totaalbeleid voor het kabinet moge lijk te maken, waarbij dan evenzeer op verantwoorde wijze grenzen voor het fi nancieel beleid van de andere ministers aangegeven moesten worden. Dat was mijn benadering en dat denk ik eigenlijk vandaag de dag nog.' Voor de Friezen is het aardig te weten - als ze het al niet wisten - dat de heer Duisenberg Fries is en Fries spreekt. 'Ik spreek in Friesland altijd Fries, dat doe ik ook met bijvoorbeeld Rinze Zijlstra, de voorzitter van de Raad van Toezicht.' En met de heer Lardinois zijn er kenne lijk geen problemen. 'De mensen vragen me tegenwoordig: Hoe doe je dat nu? Lardinois zit er en jij komt er bij. Hoe verdelen jullie dat? Wel, zeg ik dan, we zitten bij een boerenleenbank. Lardinois weet veel van boeren en ik veel van le nen.' JRH

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1978 | | pagina 9