duisenberg:
0
ik blijf mezelf, laat me hier mijn plekje vinden
Die eerste ontmoeting met de
heer Duisenberg, een paar dagen
nadat zijn benoeming in het
nieuws kwam, had voor mij iets
van een herkenning. Hij was die
morgen voor het eerst in het ook
voor mij nog erg nieuwe
kantoorgebouw in Hoog
Catharijne. Het prettige gesprekje
dat ik met hem had bevestigde
het beeld, dat ik me van hem
gevormd had: solide en
vertrouwenwekkend, vriendelijk
en innemend, met iets
sprankelends en ook iets
verlegens dat ogen en lach je
onmiddellijk doen gewaar
worden.
De rimpels, die zijn benoeming in
de politieke vijver veroorzaakt
hebben, daarvan zullen er
inmiddels wel enkele zijn
verdwenen. Ze waren natuurlijk
te verwachten. Merkwaardig is
echter, dat dat soort rimpels in
onze organisatie zelf niet te
bespeuren zijn geweest.
'Duisenberg als Rabobankman'-
ook voor ons op dat moment
toch een politiek getinte
combinatie, die een duidelijk
accent aan de pluriformiteit in
onze organisatie geeft - is in
onze geledingen spontaan
verwelkomd. Wij weten wie we
zijn en wat we aan de heer
Duisenberg hebben! Omgekeerd
geldt voor de heer Duisenberg
hetzelfde.
Ook in zo'n kennismakingsinterview
was de 'politiek' niet helemaal te ver
mijden. Waarom ook? De heer Duisen
berg spreekt er openhartig over: 'Ik had
er op gerekend, dat er veel lawaai over
mijn stap zou ontstaan, maar dat ebt
wel weer weg. Als we een half jaar of
een jaar verder zijn zal over mijn beslis
sing ook van politieke zijde wel wat po
sitiever worden gedacht. Het is ook niet
zo dat ik wegloop uit de PvdA, ik blijf lid
en, als men dat wil, kan ik net als vóór ik
minister werd, meedoen in een studie
groep of bij advisering. Op het podium
om grote vergaderingen toe te spreken
en bij verkiezingscampagnes zal men
mij echter niet meer aantreffen. Politiek
wordt voor mij vrijetijdsbesteding, net
zoals dat bij veel Nederlanders gelukkig
het geval is.
Ik blijf mezelf, maar ik begrijp ook best
dat mijn benoeming politieke resonan
ties heeft gegeven. Dat zal ook wel in de
Rabobankorganisatie het geval zijn. Dat
is vanwege mijn achtergrond onvermij
delijk. Toch hoop ik, dat dat gauw zal
verdwijnen, zodat ook mijn functioneren
hier snel een gewoon deel zal worden
van het functioneren van presidium en
hoofddirectie, zonder dat daarbij telkens
aan politieke kleuren wordt gedacht.
Die politiek moet nu maar wat naar de
achtergrond.'
Ik vertel de heer Duisenberg over de re
actie van onze Algemene Vergadering
op zijn benoeming en over het spontane
applaus dat er daar weerklonk. 'Ja, dat
heb ik gehoord en ik moet zeggen, dat
heeft mij geweldig goed gedaan. In de
begintijd van mijn ministerschap heb ik
wel gevoeld, dat je als PvdA-man, voor
al als je partij weer in het kabinet mee
doet, door het bedrijfsleven en de finan
ciële wereld met een afwachtende hou
ding of ook met een zekere achterdocht
wordt bekeken. Des te meer was ik erg
warm getroffen door het applaus waar
mee de mededeling van de heer Mer-
tens over mij werd begroet. Ik heb daar
na ook uit verschillende delen van het
land van de Rabobanken erg leuke reac
ties thuis gekregen, felicitaties en brie
ven met woorden van welkom. Dat heb
ik bijzonder plezierig gevonden.'
Het doet je goed te merken, dat de heer
Duisenberg belangstelling heeft voor en
veel affiniteit voelt met de aard van
onze organisatie. 'De laatste tijd heb ik
uiteraard nogal weer wat gelezen over
de geschiedenis van de Rabobankorga
nisatie en over Raiffeisen, die de vorige
eeuw met coöperatieve banken is be
gonnen. Het gedenkboek van prof. De
Vries liet me zien dat die ideeën van de
vorige eeuw in wezen werken tot op de
dag van vandaag, maar dan in een mo
derne zetting. Dat spreekt me aan. Niets
ten nadele van andere banken, maar de
Rabobank is toch bepaald anders. Dat
zal ook wel eens zijn nadelen hebben,
want de beslissingsprocedures zullen
wel iets moeizamer verlopen dan bij een
zeer centralistisch georganiseerde in
stelling. Maar daar staat dan tegenover,
dat als zo'n besluit eenmaal gevallen is,
dat het dan ook - om het maar eens in
mijn politieke termen te zeggen - wordt
gedragen door een brede achterban.'
Toen de heer Verhage afscheid nam als
voorzitter van de Hoofddirectie, zei u
reeds: de Rabobank is een ingewikkelde
organisatie, maar ze is de bank met het
meeste contact met de basis. U zult dat
nu zelf gaan ervaren en u zult ook wel
aan uw trekken komen met uw zeer re
cente uitspraak dat u liever gecontro
leerd wordt dan dat uzelf controleert.
'Inderdaad,' lacht de heer Duisenberg,
'dat laatste was een van de redenen
voor mij om het kamerlidmaatschap op
te zeggen. Ik doe graag dingen, maar
natuurlijk wel onder controle, of het nu
van het parlement is of van een organi
satie. In ieder geval trekt mij het contact
met de basis erg aan. Ik zal met plezier
het land ingaan om kennis te maken en
contact te onderhouden met de aange
sloten banken en hun besturen. Dat lijkt
mij, zoals ik er nu als buitenstaander te
genaan kijk, ook onontbeerlijk. Ik zag
reeds de stukken van de structuurcom
missie. Als ik bedenk hoe zo'n commis
sie is samengesteld, en hoe die hele
plaatselijke Rabobankorganisatie actief
bij zo'n rapport is betrokken, dan vind ik
dat een methode van kruisbestuiving