de prijzen
zijn er, maar
niet alleen
v
i m
Na de onvermijdelijke
nachtzitting zijn de
landbouwministers van de
Europese Gemeenschap weer
met een beslissing over de
landbouwprijzen voor het
komende seizoen te voorschijn
gekomen. De Nederlandse
landbouw moet nu zijn
wonden likken, want het
resultaat voor ons land is maar
mager.
lach kreeg veel kritiek, omdat hij de discussies slechts
langzaam op gang liet komen, hetgeen tot opschuiving
met anderhalve maand van de prijsverhogingen voor
melk en rundvlees leidde. Toen eind april de atmosfeer
geschikt leek te worden voor een besluit, haalde hij de
vaart uit het debat door in Brussel met elke minister
apart te gaan praten, waarvoor de Raadsvergadering
twee dagen werd geschorst.
Ook de Deense voorzitter van de Raad, Dalsaged, heeft
veel kritiek te verwerken gekregen. Het is gewoonte
geworden dat aan het begin van de eindspurt de voor
zitter van "de Raad een compromisvoorstel doet, dat
door zijn collega's wordt verworpen; de Europese Com
missie krijgt dan de kans het laatste en reddende voor
stel te doen. De Deense voorzitter deed het obligate
voorstel in zo'n vorm dat er eigenlijk niet serieus over
TiiSüa
Drs. M. L. de Heer
Dit laatste blijkt vooral uit de zeer bescheiden prijsver
hoging van twee drie procent. Minister Van der Stee
heeft niet onder stoelen of banken gestoken dat hij lie
ver een hoger percentage zou hebben vastgesteld. Het
is dan ook niet verwonderlijk dat het bedrijfsleven, bij
monde van de nieuwe voorzitter van het Landbouw
schap, drs. Joris Schouten, zich diep teleurgesteld
toonde.
Steeds moeilijker
Intussen mag men wel blij zijn dat de Gemeenschap
pelijke Markt nog steeds bestaat. De afgelopen drie
jaar werd na de prijsbeslissing steeds gezegd, dat het
een volgende maal wel niet meer mogelijk zou zijn. De
onderwerpen waarover beslist moet worden in samen
hang met de prijzen, zijn steeds ingewikkelder en ge
ven aanleiding tot meer en meer tegengestelde belan
gen. De politieke wil om de principiële knopen door te
hakken ontbreekt en het blijft bij ad hoe oplossingen
waarin een communautaire lijn slechts met grote
moeite is te herkennen.
Het was dit jaar niet anders. Minister Ertl, de Duitse
landbouwminister, klaagde erover dat hij en zijn colle
ga's te weinig ruimte kregen om echte Europese be
sluiten te nemen, want in de lid-staten wordt alleen
gekeken naar wat de ministers aan nationale voordelen
mee naar huis nemen. Landbouwcommissaris Gunde-
te praten was; er ontbrak bijvoorbeeld een cijfer voor
de verhoging van de prijzen aan. Op deze manier werd
het verwerpen van het voorzittersvoorstel terugge
bracht tot een inhoudloos ritueel, dat de standpunten
in het geheel niet dichterbij elkaar brengt. Pas na een
tweede compromisvoorstel van de Europese Commis
sie, haalde men ten slotte de eindstreep.
Deze procedurele strubbelingen maakten het oplossen
van de ingewikkelde problemen niet eenvoudiger. De
verhoging van de landbouwprijzen, waar het dan toch
eigenlijk om moet gaan, had alleen de actieve belang
stelling van de ministers van Duitsland en de Benelux.
Deze landen zijn geheel van de verhoging in de EG af
hankelijk, omdat zij er nationaal niets aan kunnen toe
voegen zoals de lid-staten die nog wat over hebben
door vroegere devaluaties, welke nog niet geheel in de
nationale landbouwprijzen zijn doorberekend. Duits
land en de Benelux liggen zelfs nog een slag achter bij
de prijsverhoging, omdat vroegere revaluaties van hun
munten nog niet op hun landbouwprijzen in mindering
zijn gebracht. Het is duidelijk dat zij het commissie
voorstel van nog geen twee procent zeer moeilijk thuis
zouden kunnen verkopen.
Gebroken front
Duitsland en de Benelux zouden dus in de Raad één
front moeten vormen. Dat was echter niet het geval.
De Belgische minister Humblet wedde nl. op een ander
paard dan de prijsverhoging. Hij wilde dat de Gemeen
schap een financiële tegemoetkoming zou geven voor
zijn land om de gevolgen van een te geringe prijsverho
ging op te vangen. De Belg had dus bij voorbaat de
hoop op een voor zijn land redelijke prijsverhoging op
gegeven, maar zette zich daarmede buiten spel bij de
strijd om een hogere EG-prijs. Landbouwcommissaris
Gundelach deed zijn best iets voor de Benelux te be
denken dat overeenstemde met de EG-regels en deze
landen toch tegemoet zou komen. Zou dat lukken dan
zou in ieder geval België geen bezwaar kunnen hebben
tegen de matige prijsverhoging die de Commissie voor
stelde.
Minister Van der Stee achtte een prijsverhoging be-