opleiding van én door het middenkader Gezien de ontwikkelingen van de laatste jaren neemt het middenkader bij de Rabobankorganisatie een duidelijke kernpositie in. Deze omvangrijke groep gespecialiseerde functionarissen oefent zowel op bancair terrein als op ondersteunend gebied een belangrijke invloed uit op de resultaten van de bank. Daarom ook is aan de opleiding van deze groep binnen onze organisatie grote aandacht besteed en is deze op nieuwe wijze gestructureerd. Dit was het onderwerp, dat mr. F. H. Brust, directeur van de centrale bank deze maand inleidde op een bijeen komst in Dublin van de Conféderation Internationale du Crédit Agricole. Wij geven de hoofdlijnen van deze rede, die helder de actuele dimensie van het middenkader laat zien, in beknopte vorm weer. De sleutel der derde verantwoorde lijkheid Bij de term 'middenkader' denke men aan functionarissen, die de verantwoor delijkheid dragen voor de gang van za ken in uitvoerende organisatorische eenheden: afdelingshoofden, hoofden bij kantoren, functionarissen met com merciële taken e.d. De heer Brust noemt drie ontwikkelin gen, die sterk de functie van het mid denkader beïnvloed en ook veranderd hebben: 1 Onze banken hebben een zeer sterke groei doorgemaakt, niet alleen op hun traditionele terrein, maar ook tot uiting komend in diversificatie (b.v. assuran tiën, reizen) en in de stijging van het personeelsbestand. 2 Strategische beleidsplanning en mar- ketinggericht management zijn inherent geworden aan het bankbeleid (voor beeld: marketingplan). Ook is er veel meer aandacht voor automatisering en internationalisering gekomen. 3 Sociaal-maatschappelijke factoren hebben de 'participatie-gedachte' op de voorgrond geplaatst. Het bankpersoneel wil meer overleg, meer inschakeling bij beleidsvoorbereiding en uitvoering, wenst grotere eigen verantwoordelijk heid en zoekt persoonlijker ontplooi ingsmogelijkheden in het werk: kortweg participatie. Door dit alles zijn de taken van het mid denkader inhoudrijker maar ook zwaarder en verantwoordelijker ge worden. Niet alleen is er de ondersteuning van het hogere kader bij de beleidsvoorbe reiding, niet alleen is er de verantwoor delijkheid voor het leiding geven aan de eigen in omvang en ingewikkeldheid ge stegen operationele taken, er is met name een derde taak bij gekomen: de verantwoordelijkheid voor een perso neels- en opleidingsbeleid van de eigen medewerkers. Een beleid dat enerzijds gericht moet zijn op de huidige én toe komstige operationele taken en ander zijds aansluit bij de participatie-behoef te. De ervaring leert, aldus de heer Brust, dat die derde taak steeds meer tijd en aandacht vergt. Hij noemt het de sleu tel voor het goed functioneren van het middenkader bij al zijn taken. Het middenkader is hierdoor voor grote problemen komen te staan. Het sociale aspect (de participatie) krijgt nog te weinig aandacht, het wordt te veel af geschoven naar functionarissen van personeelszaken en opleidingen. Te weinig realiseert het middenkader zich nog, dat zij er een taak bijkrijgt: verant woordelijkheid voor de nauwe vervlech ting van sociale aspecten met de tech nische en de financiële aspecten van hun werk. Leren, werken en doceren Vanuit deze achtergronden, brengt de heer Brust de opleiding aan het midden kader ter sprake. De Rabobankorganisa tie ziet in, dat opleiding zich niet meer kan beperken tot vaktechnische trai ning, doch moet worden aangevuld met commerciële training en - zeer noodza kelijk training in sociaal management. Daarom kunnen de opleidingsactivitei ten als volgt worden onderscheiden: 1 Opleiding gericht op het eigen func tioneren. Daarvoor worden momenteel door de Rabobankorganisatie allerhan de vaktechnische opleidingen verzorgd. Hierbij horen korte seminars over actue le onderwerpen en ook de cursussen, die vaardigheid geven in het organise ren, vergadertechniek, rapporteren enz. 2 Opleiding gericht op de persoonlijke carrière-ontwikkeling. Er is behoefte aan een systeem voor loopbaanplan ning en carrière-ontwikkeling opdat ka derfuncties in de toekomst door bekwa me en goed opgeleide managers wor den vervuld. Concreet gaat het daarbij voor het middenkader om doorgroei naar hogere kaders en tegelijk om door groei van medewerkers naar middenka derfuncties. Bij de centrale bank is vorig jaar een Commissie Management Ontwikkeling in het leven geroepen, die tijdig de op volging van vacant komende hogere ka derfuncties voorbereidt. Zij zorgt ervoor dat die leden uit het middenkader, die voor dergelijke hogere functies worden voorbestemd, een specifiek gerichte op leiding kunnen volgen. Bij de aangesloten banken ligt dit, ge zien hun zelfstandige positie, moeilijker. Om carrière-mogelijkheden te bevorde ren, met name doorstroming naar mid denkaderfuncties, is onlangs een leer gang 'Toekomstige leidinggevenden' in gesteld. De eisen aan voor-opleiding en basiskennis zijn vrij hoog en de oplei ding is terecht vrij zwaar. Een belangrijk accent ligt op de zelfwerkzaamheid van de cursisten. De heer Brust meent dat pas over enkele jaren kan worden vast gesteld of deze leergang in de praktijk aan het doel beantwoordt. 3 Opleiding gericht op het kunnen be geleiden van de eigen medewerkers. Dit betekent opgeleid worden om zelf te kunnen opleiden. Het middenkader moet een docententraining krijgen en

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1978 | | pagina 24