Duizenden nieuwe Datsuns staan op de Hanmokuwerf klaar om naar Amerika, Europa enz. verscheept te worden. dollar en internationaal geldstelsel tieel voor het functioneren van de eco nomie en geldt als één van de belang rijkste indicatoren bij het karakteriseren van de stand van zaken van de econo mie. Het is dan ook ondenkbaar dat de Ver enigde Staten haar binnenlandse mone taire politiek gaat opofferen om een ze kere dollarkoers te handhaven. Vandaar dat het niet haalbaar is om in dit ver band te spreken over het voeren van een krapgeldpolitiek met als gevolg een rentestijging om langs deze weg steun voor de valuta te vinden. Dollar als internationaal betaalmiddel De reserves aan vreemd geld in de we reld zijn in 1977 sterker toegenomen dan ooit tevoren, namelijk met ongeveer 50 miljard; in 1976 met 30,5 miljard en in 1975 met $7,5 miljard. Deze bui tensporige toeneming van de liquiditeit in de wereld steekt scherp af tegen de geringe groei van de omvang van de wereldhandel. Daaruit blijkt dan ook hoe groot de bedragen zijn geweest die de centrale banken hebben moeten uit geven om de dollar te steunen. Zo na men bijvoorbeeld de deviezenreserves van Engeland met ruim 16 miljard toe. De grootscheepse interventie-aankopen op de wisselmarkten zijn steeds weer gewenst zodra zich buitensporige koers schommelingen voordoen. Het afsluiten van buitenlandse leningen in dollars op de internationale financiële markten is vanwege de dollar als we reldbetaalmiddel voor de Verenigde Staten een overbodige zaak. Voor ande re landen kan een dergelijke stap wel de druk van de ketel nemen. Buitenlandse leningen worden dan afgesloten voor de financiering van betalingsbalanstekor ten. Aan de andere kant geven de over- schotlanden als West-Duitsland en Zwitserland veel buitenlandse leningen in Duitse marken en Zwitserse franken uit, om enigszins aan de vraag naar deze valuta's tegemoet te komen. Het verbod om deze gelden naar de betref fende landen terug te laten vloeien (zie de guldensnotes in Nederland) heeft tot doel de groei van de omvang van de geldhoeveelheid in goede banen te lei den om zodoende niet de inflatiebestrij- ding op de tocht te zetten. Bij de daling van de dollarkoers gaat het niet alleen om de vraag hoeveel dollars er nu in feite in omloop zijn, maar wat de bezitters er mee willen doen. Als zij met die dollars aankopen in de Verenig de Staten verrichten, is er niets aan de hand. En in de beleggingspolitiek van de Arabische landen geniet de aankoop van Amerikaanse waardepapieren een grote voorkeur. Anders is het natuurlijk als de dollarhouders, wegens gebrek aan vertrouwen niets in een Amerikaan se belegging of investering zien en van hun dollars af willen. Dit gebeurt van wege het onzekere koersverloop in ster ke mate, al wordt dit deels gecompen seerd door het ondernemen van directe investeringen in de Verenigde Staten. Gelukkig maken de aantrekkelijke marktkansen en de daling van de dollar het voor buitenlandse ondernemers in toenemende mate aantrekkelijk zich in de Verenigde Staten te vestigen. Zo zijn de buitenlandse investeringen in Ameri ka flink toegenomen en bedragen nu zo'n 30 miljard. Ook voor de komende jaren wordt nog met een verdere explo sieve stijging rekening gehouden. Maatregelen tot herstel Nieuwe maatregelen om het vertrou wen in de dollar te herstellen en aan het onzekere toekomstige koersverloop een einde te maken zijn dringend gewenst. Bij een doelbewuste beleidswijziging van de Federal Reserve Bank, de Ameri kaanse centrale bank, kunnen valuta-in terventies en swapfaciliteiten waaraan een aantal steunmaatregelen worden toegevoegd voldoende zijn om paal en perk te stellen aan de koersval. Niet-Amerikaanse centrale banken kun nen tot nieuwe interventies worden be wogen bij het garanderen van een be paalde koersverhouding ten opzichte van de dollar. De Fed. kan zelf bij inter venties voortvloeiende uit swapfacilitei ten deze bedragen op een geblokkeerde rekening storten, want slechts dan ver dwijnen de dollars uit de internationale liquiditeiten. Ook de landen waar de dollarstroom heentrekt, kunnen door het afschermen van hun geldmarkten meer dan voor heen een bijdrage leveren, zodanig dat de vraag in verhouding tot aanbod van dollars op een zeker niveau blijft. Het gaat hierbij met name om West-Duits- land en Zwitserland. Om aan de op waardering van de Duitse mark en de Zwitserse frank een einde te maken, zijn er maatregelen ingevoerd om een dam op te werpen tegen de toevloed van dollars. In het algemeen behelzen deze beperkende maatregelen in het kapi taalverkeer een reserveverplichting voor het bankwezen op tegoeden van niet-in- gezetenen, een negatieve interesthef fing op tegoeden van niet-ingezetenen door het bankwezen en het verbod aan niet-ingezetenen om op de beurs met aankopen actief te zijn. Behalve dat hiermee een verdere op waardering van de valuta's wordt te gengegaan, dragen deze maatregelen ertoe bij dat de omwisseling van de dol lar wegens het gebrek aan voldoende attractieve alternatieve valuta's wordt tegengegaan, zodat het aanbod in ver houding tot de vraag beperkt kan blij ven. De mogelijkheid om over te gaan tot de invoering van handel- en kapitaaldollars wordt als onpraktisch van de hand ge daan. Wel wordt er gepleit voor de in voering van een tweede circuit. Hierbij zouden dan voor de dollar de binnen landse geldmarkt en de eurodollarmarkt onafhankelijk functioneren. Toch kan deze slechts bij de invoering van een groot aantal restricties, die kapitaalbe wegingen tegengaan, succesvol functi oneren. Blijven deze restricties uit dan zal de invoering van een tweede circuit ertoe leiden dat bij het overschot aan dollars het eurodollartarief naar nul gaat, met alle gevolgen voor de koers. Zo deed wel enige decennia geleden, ten tijde van de dollarschaarste, het eurodollartarief een agio op het binnen lands dollartarief. De invoering van een tweede circuit valt toch niet binnen af zienbare tijd te verwachten, want het grote aantal restricties om het functio neren tot een succes te maken zou wei eens het einde van de vrij inwisselbare valuta's kunnen betekenen.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1978 | | pagina 20