wob cieringstaak en de tweede het mogelijk maken voor structureel liquide banken om hun liquiditeiten te beleggen door middel van inschrijvingen in het schuld register. De eerste taak stond in 1977 helemaal op de voorgrond en daarvan heeft de RHB zich voortreffelijk gekwe ten! Dank zij het beroep, dat op de RHB gedaan kon worden, hebben onze ban ken hun relaties met zeer vele hypo- theekvragende cliënten kunnen behou den en verstevigen. geconsolideerd onder de solvabiliteits- toetsing van De Nederlandsche Bank, terwijl haar zichtbare eigen vermogens positie eind 1977 f192 (vorig jaar 121) miljoen bedroeg. Een RHB die zelfstan dig als marktpartij optreedt, moet er echter rekening mee houden, dat niet iedereen er zich bewust van zal zijn dat ze als het ware een 'achterdekking' heeft in onze organisatorische verhou ding. Dit alles verandert de aard van de RHB niet wezenlijk. Haar plaats is die van dienaresse bij de werkzaamheden van onze banken: ze heeft een aanvullende in ruime zin, bijna 2/3 van de totale be- drijfsfinanciering in beslag nemen en absoluut gezien nog steeds een groter gewicht in de schaal leggen dan de to tale woningfinanciering door onze orga nisatie. Als we bovendien in aanmerking nemen dat wij een statutaire verplichting heb ben om de bedrijfsfinanciering voorrang te geven in onze kredietverlening, dan betekent dit een extra accent in de tota le beoordeling op deze bedrijvensector. Ons marktaandeel in de produktiesector van land- en tuinbouw is zeer groot: rond 90 Ondanks de soms grote acti viteiten van andere banken die - van wege de omvang van de gevraagde kre dieten - de agrarische sector de laatste jaren hebben ontdekt. In de handels- en verwerkingssector van de landbouw hebben we buiten de coöperatieve sfeer nog geen betrouwbare cijfers, maar we hebben de indruk dat er hier sprake is van groei van ons marktaandeel. Overigens is het zo - en gelukkig dat de land- en tuinbouw voor het grootste deel door eigen vermogen wordt gefi nancierd, rond 80 en dat van het vreemd vermogen nog altijd rond 1/3 door de familie wordt gefinancierd. Hier blijkt dus uit dat ondanks de grote ge fourneerde bedragen en ons enorm marktaandeel aan bankkapitaal in de primaire agrarische sector dit geheel niet meer bedraagt dan rond 1/8 deel (12,5 van het geïnvesteerde vermo gen in de landbouw. Uit een oogpunt van risicobeoordeling een geruststel lend cijfer, evenals uit een oogpunt van het onderhouden van een goede en ge zonde relatie met onze eerste liefde. Lardinois RHB (2)- EIGEN GEZICHT Vorige maand is door ons voor het eerst een afzonderlijk persbericht uitgegeven, waarin de resultaten van de RHB wer den bekend gemaakt. De indrukwekken de cijfers, waarmee de RHB uit 1977 te voorschijn kwam verdienden het zeker, dat zij los van het normale perscommu niqué betreffende hele Rabobankorgani- satie afzonderlijk onder de aandacht werden gebracht. De diepere overwe ging voor die persmededeling ligt echter in de rol die de RHB speelt in de finan ciële wereld. Als hypotheekbank is zij namelijk een belangrijke vragende marktpartij bij onderhandse leningen en daarnaast wordt zij door haar ter beurze genoteerde pandbrieven al meer in de overwegingen van de beleggers betrok ken. De RHB is daardoor geworden tot een dochter met een toch wel min of meer afzonderlijke positie binnen onze orga nisatie. En vooral naar buiten onze orga nisatie toont zij meer en meer een eigen gezicht. Daar bedoelen we mee, dat de RHB zelf aan haar pandbriefnemers moet tonen wat ze is en wat ze waard is. Alleen reeds de omvang van haar ba lanstotaal en hypothecaire uitzettingen wijst erop dat zij een verantwoordelijk heid draagt, die net als bij andere grote hypotheekbanken vanzelfsprekend maakt dat zij zich open aan het publiek toont, als een 'goede marktpartij'. Even zeer is het noodzakelijk, dat de eigen vermogenspositie van de RHB - afzon derlijk gezien, los van de geconsolideer de vermogenspositie van de hele orga nisatie - in de ogen van de marktpartij en en de pandbriefnemers adequaat is. Dat is immers één van de belangrijkste criteria waaraan een geldnemer moet voldoen die met succes in deze markten wil opereren. Een goede vermogenspo sitie is derhalve van essentieel belang als wervingskracht bij de middelenvoor ziening, in het bijzonder bij het plaatsen van pandbrieven. Het geplaatste aande lenkapitaal zal bovendien in 1978 nog aanzienlijk worden uitgebreid, zo werd in het perscommuniqué aangekondigd. Over de solvabiliteitspositie kan overi gens iedereen gerust zijn: de RHB valt als onderdeel van onze hele organisatie Op het moment dat ik deze bijdrage schrijf moet de persconferentie inzake de resultaten over 1977 nog worden ge houden. Bij de nadere bestudering van deze re sultaten is er uiteraard altijd een aantal facetten dat de aandacht trekt. Eén van de uitspringende punten van de resulta tenrekening 1977 is de sterke groei van het balanstotaal, mede veroorzaakt door de grote vraag naar krediet en leningen. Vanuit de woningsector op de eerste plaats, maar ook uit de agrarische sec tor en het midden- en kleinbedrijf. Het grootbedrijf in handel en industrie blijft hier duidelijk bij ten achter, hetgeen een afspiegeling is van de alom geconsta teerde matige investeringsbereidheid bij deze categorie bedrijven. Gaarne wil ik hier eens ingaan op de be tekenis van de agrarische sector voor onze organisatie. Van de totaal verstrekte leningen in 1977 ging er 27 (26 naar agrari sche bedrijven, inclusief handel en verwerking - van agrarische produkten, 17 (17 naar overige bedrijven en 56 (57 naar de woning- en privé- sector. Op grond van deze cijferreeks kun je je afvragen of het predicaat Landbouw- bank op onze instelling nog wel ge claimd kan worden. Zijn we inmiddels niet allang een algemene bank gewor den? Het is duidelijk dat de woningfinancie ring, de persoonlijke lening e.d. een zwaar gewicht hebben in de totale acti viteit. De woningfinanciering trouwens al vrij lang met een marktaandeel van ca. 113. Maar tóch, als we het totaal be stand bekijken, leningen én kredieten, aan de gehele private sector, dan krij gen we de volgende opstelling: (in min. guldens) agrarische bedrijven 38% (15 500) overige bedrijven 21 8 500) woningen 37% (14 800) overig, particulieren 4 1 700) 100% (40 500) Dat wil zeggen dat agrarische bedrijven,

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1978 | | pagina 5