goedingen mogelijk zijn, dus zonder aankoop door de Staat, Dit is echter een overbruggingsperiode. Aan de provinci ale besturen is inmiddels verzocht een inventarisatie op te stellen van de ge bieden waarop de Relatienota van toe passing verklaard zou moeten worden. Daarbij is reeds een voorrangsinventari satie voorgelegd. Uit budgettaire overwegingen zal de op pervlakte van dergelijke gebieden niet onbeperkt opgevoerd kunnen worden. Het plan is om uiteindelijk 100 000 ha beheersgebied en 100 000 ha reservaat te creëren. In de eerste fase tot 1990 zal van deze 200 000 ha circa 100 000 ha worden gerealiseerd, waarvan be heersgebied en 1/3 reservaat. Bij de uiteindelijke bepaling van de ge bieden zullen lokale en regionale be- stuursinstanties een belangrijke rol gaan spelen. Indien het gebied is vast gesteld is daarmee de procedure beëin digd en kan worden begonnen met de opstelling van het beheersplan. Beheersplan en Beheersovereen komst Indien op basis van genoemde uit gangspunten en via de daartoe ontwor pen procedures een beheersgebied is vastgesteld zal door de Stichting Beheer Landbouwgronden (SBL) een beheers plan worden opgesteld. Kortweg kan worden gesteld dat in zo'n beheersplan is omschreven wat de landbouw in het gebied nog wel en niet meer mag en de gevolgen daarvan. Een belangrijk ele ment bij het beheersplan is het zoge naamde vergelijkingsgebied. Uitgangspunt is namelijk dat de agrariër in een beheersgebied geen financieel nadeel zal lijden ten opzichte van een vergelijkbare ondernemer buiten een beheersgebied. Hiertoe wordt een zoge naamd vergelijkingsgebied aangewe zen. Aan de hand van de ontwikkelingen in het vergelijkingsgebied kan worden vastgesteld, hoe het beheersgebied zich zou hebben ontwikkeld zonder het vast gestelde beheersplan. Het beheersplan wordt vastgesteld door de SBL aan de hand van een provinciaal opgesteld ontwerp, waarbij een ieder, die in het beheersgebied woonachtig is de mogelijkheid heeft gehad schriftelijk zijn mening kenbaar te maken. Na vaststelling van het beheersplan kunnen door de SBL de verplichtingen voor de betrokken boeren worden vast gesteld. Aan de hand van deze verplich tingen kunnen met de individuele on dernemers beheersovereenkomsten worden afgesloten, waarbij deze zich verplichten de daarin opgenomen be perkingen en bepalingen na te komen, waar tegenover de vergoedingen wor den uitbetaald. Met nadruk wordt door de overheid gesteld, dat een onderne mer de volledige vrijheid heeft bij het al of niet afsluiten van een beheersover eenkomst. Indien echter via de democratische pro cedure voor een gebied een bepaalde bestemming is vastgesteld en dit resul teert in bepaalde maatregelen (bijvoor beeld waterpeilverhoging) zal een indi viduele ondernemer weinig keus heb ben. Een beheersovereenkomst met een vergoeding is vrijwel altijd beter dan be perkingen zonder vergoeding. De beheersovereenkomst heeft een looptijd van 6 jaar en kan daarna wor den verlengd. De ondernemer verplicht zich om bij eventuele verkoop van zijn bedrijf ook de beheersovereenkomst brengst, extra arbeid, maar ook in een noodzakelijke aanpassing van de be drijfsvoering. De vergoeding voor min der kg-opbrengsten en extra arbeid wordt berekend aan de hand van daar toe opgestelde normen. Per geval wordt bezien in hoeverre bijvoorbeeld een ver goeding voor aanpassing van de be drijfsvoering reëel is. Het is op dit mo- Zelfs als het bijna winter is, doet zo 'n wijds weidelandschap je iets. Het is te vinden langs de Waver, bijna onder de rook van Amsterdam. mee te verkopen. De eventuele koper zal de bepalingen van de beheersover eenkomst dus ook moeten nakomen tot het einde van de 6-jarige periode. Om te voorkomen, dat een ondernemer met een beheersovereenkomst een ver- mogensverlies zal lijden bij eventuele verkoop is een bepaling opgenomen, dat de ondernemer zijn grond met de beheersovereenkomst vrij kan verkopen. Indien hij van mening is dat de beheers overeenkomst een prijsdrukkend effect heeft, kan hij de grond aanbieden aan de SBL. Dit zal het geval zijn, indien de beheersvergoeding relatief laag is, ten opzichte van de opgelegde beperkingen. Bovendien kan er een aversie ontstaan ten opzichte van het boeren met de be heersvergoeding. De SBL is op dat mo ment verplicht de grond aan te kopen, tegen de prijs, die in het vergelijkingsge bied geldt. Hierdoor heeft de onderne mer en ook de financierende bank een waarborg, dat de grondprijs niet in ne gatieve zin wordt beïnvloed door de be heersovereenkomst. De vergoeding Uitgangspunt is, dat de ondernemer een vergoeding krijgt als compensatie voor de door hem geleden schade of te ma ken extra kosten in verhouding tot de bedrijven in het vergelijkingsgebied. De vergoeding kan zijn grondslag vinden in diverse punten, zoals minder kg-op- ment nog niet te voorzien, in hoeverre de uit te betalen vergoedingen voldoen de compensatie zullen bieden aan de betrokken ondernemer voordat het be heersplan wordt vastgesteld. Het is denkbaar, dat een ondernemer zijn be drijfsvoering nauwelijks hoeft aan te passen en toch op basis van de normen een vergoeding krijgt in verband met minder kg-opbrengsten. Voor de betrok ken agrariërs is in feite alles afhankelijk van het niveau van de vergoedingen. De praktijk zal moeten uitwijzen of deze voldoende zijn. De op dit moment nog bestaande onze kerheid omtrent het niveau van de ver goedingen is de belangrijkste reden voor de argwaan die bij de agrariërs be staat tegen het beheer van het land schap. De uitspraak 'onbekend maakt onbemind' is bij deze aangelegenheid zeker van toepassing. Gezien de gevolg de procedure bij het opstellen van de re gelingen, waarbij vanuit de agrarische sector een belangrijke inbreng kon wor den geleverd, kan de toekomst met ver trouwen tegemoet worden gezien.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1977 | | pagina 29