Drie in een
De heer Mertens ging een stap verder
door de solidariteitsgedachte in heden
daagse stijl te vertalen. Een 'solidari-
teitsvlag' is immers waardeloos op een
onbekende lading. Mertens onder
scheidt drie bestanddelen in die lading:
- het veiligstellen van de toekomstige
inkomensverkrijging van de leden,
de continuïteit van de ondernemin
gen
het waarborgen van de werkgelegen
heid.
Deze solidariteitsgedachte is verrassend
modern. Zij komt uit het coöperatieve
kan zijn van de leden en de leiding van
de coöperatieve organisatie, maar dat
daarbij evenzeer de inzet en de inbreng
van de medewerkers van de coöpera
ties noodzakelijk is.'
Nog een citaat:
'Wanneer wij ons dan ook in de komen
de tijd gaan zetten aan het formuleren
en bespreken van een beleidsvisie voor
de korte, middellange en lange termijn,
zal in de daarbij te ontwerpen beleids
plannen een essentiële plaats moeten
worden ingeruimd voor de betekenis
van de coöperatieve onderneming als
middel van bestaan voor de medewer
kers. Dit kan alleen dan in zijn juiste
perspectief worden geplaatst, wanneer
archief, maar het stof is er door de heer
Mertens afgeblazen. In haar nieuwe fris
se vorm is zij op en top in onze tijd han
teerbaar. Zij moet voortaan, aldus de
heer Mertens, het nieuwe elan gaan
vormen voor ons gemeenschappelijk
streven.
Opvallend is het derde bestanddeel van
de lading. Het gaat niet meer alleen om
solidariteit met en van de leden en de
leidinggevende uitvoerders, maar thans
evenzeer om solidariteit met en van de
werknemers. Op dit punt was de heer
Mertens zeer duidelijk en openhartig.
Hij meende zelfs dat hij een 'denkgrens'
in zijn kring overschreed, want het mo
del van samenwerking dat hem voor
ogen staat kent men in het coöperatieve
nog niet. We zullen, zo zei hij echter,
geen 100 jaar nodig hebben om het te
krijgen, ook niet mogen hebben!
'We moeten ons daarom nu bewust zijn
dat, hoewel de directe doelstelling van
de coöperatieve organisatie bepaald
wordt door de bedrijfsactiviteiten van
boeren en tuinders, de uitvoering van
19 de doelstelling niet het dictaat mag en
De zaal van de Flevohof was gezellig
vol. Op de eerste rij zien we v.r.n.l. de
heer en mevrouw Mertens, minister Van
der Stee en zijn echtgenote en de heren
De Boer, Schouten en Bouma.
allen, leden én medewerkers, zich in
solidariteit verbonden weten en zich
daarnaar gedragen.'
De NCR-voorzitter ziet de posities van
de boeren en tuinders als leden, die van
de werknemers en die van de leidingge
vende uitvoerders met elkaar verbonden
tot één geheel, namelijk de gezamen
lijke groep van belanghebbenden. Zij
geven als het ware 'gestalte' aan de
'gemeenschappelijke' onderneming op
basis van onderlinge solidariteit.
'Dus geen polarisatie tussen belangen
groepen, noch tussen leiding en leden,
noch tussen deze laatste en de werkne
mers. De heer Mertens vindt zulke te
genstellingen niet alleen onjuist en on
behoorlijk, maar ook tegen het werke
lijke belang van leden en werknemers,
en tevens tegen de onderlinge solidari
teit, die het grondbeginsel van de
coöperatie is.
De nieuwe generator
De NCR-voorzitter heeft hiermee een
hele opgave voorgezet aan de bestuur
ders en directies van de coöperaties.
Een uitdaging, zo zei hij zelf.
Na een eeuw coöperatie komt zo n nieu
we uitdaging goed van pas. Aan de
coöperatieve hemel hebben zich in die
honderd jaar markante en ook heel goe
de ontwikkelingen voltrokken. Maar te
gelijk hebben de vele kleine sterretjes
van vroeger zich tot grote hemellicha
men verdicht. De grote coöperatieve
organisaties, zoals we die thans kennen,
zijn reuzensterren geworden, zeer ge
concentreerd en met een enorm zwaar
soortelijk gewicht. Niets op tegen, we
hebben ze nodig, als we maar oppassen
dat we geen zgn. 'rode reuzen' of 'super
nova's' worden. Die geven wel veel
straling af, maar - als ik de astronomen
goed begrijp - hun zwaartekracht is zó
overweldigend, dat ze geen of nauwe
lijks licht meer verspreiden.
Straling is goed, soortelijk gewicht ook,
maar licht hoort erbij, schijnt Mertens te
willen zeggen. En daarvoor draagt hij
voor de komende tijd een nieuwe gene
rator aan: een nieuwe kijk op die oude
solidariteit.
Ik meen, dat we met Mertens' uitdaging
de komende tijd aan de gang moeten. In
NCR-kring hebben we energie en denk
kracht genoeg om tot een nieuwe
coöperatieve aanpak te komen. Als ik
Mertens zo hoor op de Flevodag denk ik
wel eens, dat het eigenlijk jammer is dat
onze Nationale Coöperatieve Raad zich
alleen tot land- en tuinbouw beperkt.
Goed, dat is historisch zo gegroeid,
maar ook buiten deze bedrijfstakken zou
zo'n coöperatieve solidariteitsgedachte
best wat meer uitgedragen kunnen wor
den. Niet revolutionair, niet opdringerig
maatschappij hervormend, maar heel
praktisch met het voorbeeld van de
daad. Je licht moet je ten slotte niet on
der de korenmaat plaatsen!
JRH