rinze zijlstra: werken
vanuit het
gezamenlijke
'Coöperatie is voor mij het
samenspel van en het
werken met mensen, die
hetzelfde doel hebben.
Daar ben ik eigenlijk mijn
hele leven bij betrokken
geweest: coöperatie in de
praktijk toepassen. Je
moet uiteenlopende
meningen bijeen brengen,
verschillende belangen
overbruggen om tot een
gemeenschappelijke
opvatting te komen en
dan samen iets te
doen!
Over de brug komen
Dit zegt drs. Rinze Zijlstra, als wij op een
van de eerste echte herfstdagen met
hem aan de praat komen. Zijn huis ligt
aan de rand van Drachten. Burgemees
ter Zijlstra heeft de plek blijkbaar geko
zen omdat hij graag landelijk woont: uit
zicht over een wijde tuin en daarachter
de Friese weiden met koeien en op
gaand hout in de mistflarden. Ook toen
hij in Den Haag zijn landelijke functies
vervulde woonde hij in het kleine
Zeeuwse dorpje Oosterland op Schou
wen Duivenland. De woonvoorkeur zal
hem nu goed te pas komen, want de ge
meente Smallingerland omvat naast de
stad Drachten liefst dertien kleinere en
grotere plattelandsdorpen.
We komen echter niet speciaal voor
burgemeester Zijlstra, ook niet voor de
man die op grond van verschillende
vroegere en huidige functies voor velen
een bekende figuur is. Het gaat ons nu
om de heer Zijlstra als Rabobankman.
Als zodanig is hij voor ons nieuw. Hij
werd in mei benoemd als lid van de
Raad van Toezicht. Werd door de leden
van die raad tot voorzitter gekozen en
werd daarmee tevens voorzitter van de
Centrale Kringvergadering. Ten tijde van
ons gesprek had hij nog slechts één CKV
meegemaakt en de heer Zijlstra begrijpt
heel goed, dat hij over de meeste zaken
van onze organisatie nog geen gedegen
oordeel kan vellen.
'Je moet minstens één jaar meelopen.
Vooral mensen leren kennen. There are
no problems, just people, is mijn stelling
altijd. Dan pas komt het meepraten.
Toen ik bij de Nederlandse Christelijke
Boeren- en Tuindersbond in Den Haag
was, heb ik werkbezoeken altijd erg be
langrijk gevonden. Je leert zo de plaat
selijke mensen en hun problemen ken
nen. Zo ben ik hier na mijn komst in de
gemeente ook te werk gegaan. Ik ben al
die dertien dorpen volgens een soort
werkbezoekschema langs gegaan. In
zo'n gemeente heb je toch wel meer het
gevoel dat je in de samenleving gewor
teld bent, dan wanneer je vanuit Den
Haag, Brussel of zo'n soort plaats de za
ken bekijkt. Het nationale niveau zit nu
eenmaal een eind boven de wortels. Ik
heb echt behoefte aan zo'n 'beworte-
lingspraktijk', want mensen interesseren
me en ik wil van nature graag bruggen
tussen mensen slaan.'
Dat kan de heer Zijlstra goed te stade
komen in onze organisatie, vooral als
voorzitter van de CKV. Formeel is die
laatste taak duidelijk, maar er zit toch
iets meer dan het formele in, iets dat
met de verhoudingen in onze organisa
tie te maken heeft. Men denke daarbij
niet zo zeer aan het demonstreren van
onafhankelijkheid tegenover andere or
ganen, ook niet aan het spelen van een
rol bij conflicten, alswel aan het feit dat
de leden van de CKV toch wel voor hun
voorzitter een soort eigen plaats wen
sen. Die 'eigensoortigheid' - een woord
waar de heer Zijlstra en wij bij gebrek
aan beter op terecht kwamen - hoort bij
de functie. Dat heeft de heer Zijlstra aan
zijn eerste CKV ook al wel gemerkt.
Geen eigen kweek
maar toch
Een eerste indruk van de CKV wilde hij
Als voorzitter tijdens de jongste
Centrale Kringvergadering.
wel geven. Hij vond het een vrij massale
bijeenkomst. 'Voor het vragen om en
het geven van informaties is dat best,
maar voor een intensieve discussie mis
schien een bezwaar. Het leek mij al
thans meer oriënterend dan discussië
rend. Ik zie echter ook wel, dat aan klei
nere CKV eveneens bezwaren kleven:
dan komt de representativiteit in het ge
drang. De één zal het accent hier willen
leggen, de ander daar. Zelf kan ik dat
nog niet leggen, want ik moet toch wel