f wat ons bezighoudt^ wob wob GEEN HEILIGE KOE. MAAR UIT EIGEN STAL Ons beleidsplan 1978/1981 nadert met rasse schreden de fase waarin het rijp is voor definitieve vaststelling. Het is de afgelopen weken als 'ontwerp' beleids plan zijn weg gegaan langs de kringen, nadat het daarvoor reeds in de Centrale Kringvergadering van 29 september tot een geanimeerde algemene bespreking aanleiding gegeven heeft. De commen taren zijn verzameld en voorgelegd aan de CKV van 10 november, die haar ad vies heeft uitgebracht aan de Raad van Beheer, welke thans na overleg met de Raad van Toezicht het plan zijn uiteinde lijke vorm kan geven. Als dit laatste zon der vertraging tot stand kan worden ge bracht, kunnen we wat het eerste be leidsplan betreft op een heel voorspoe dige ontwikkeling terugzien. Dat is een verheugende zaak, want - zo als de heer Mertens op de eerste na jaarsbijeenkomst van de CKV al zei - dit eerste plan is een experiment. Overigens een experiment dat niet uit de lucht komt vallen: we hebben al een proeve gehad, als bijlage bij het rapport 1976 van de Structuurcommissie en dit voor jaar konden we reeds een 'voorontwerp' beleidsplan bestuderen. Dat heeft ons toch al aardig vertrouwd met het experi ment gemaakt. Tekenend daarvoor is dat mede dank zij de opmerkingen uit de organisatie het huidige ontwerp op een aantal punten afwijkt van het 'voorontwerp'. Het over leg over dat voorontwerp is zeer zinvol geweest. Al was het alleen maar door dat duidelijk werd, dat ieder plan, wil het houvast geven voor de beleidsplanning, onvermijdelijk een bewuste, berede neerde keuze moet inhouden. Dat is meestal geen zwart-wit keuze, maar een keuze van afweging, van accent leggen. Zo laat het ontwerp beleidsplan zien hoe het twee soms met elkaar botsende, maar beide noodzakelijke doeleinden van onze organisatie op verantwoorde wijze met elkaar in overeenstemming brengt: de gewenste vermogensvorming en het streven naar groei. Op zo'n punt is voor een organisatie als de onze, die uit zoveel afzonderlijke banken bestaat. een gemeenschappelijk beleidsplan reeds duidelijk onmisbaar. Het resultaat is dan ook houvast voor het beleid, dat iedere bank in de toe komst gaat voeren. Houvast, in de zin van een richtlijn, die op langere termijn laat zien waar we naar toe moeten trachten te werken. Een van de aardig ste dingen uit het ontwerp - en dat zal echter ook wel in het definitieve plan ko men te staan - is dat zo'n planning voor al niet als een 'heilige koe' behandeld moet worden. Het is geen beest om kri tiekloos te vereren, maar om mee te werken: zonodig op een andere wijze, dan het plan zelf voor ogen stond. De omstandigheden kunnen immers heel gemakkelijk in de planperiode afwijkin gen van het plan wenselijk of nodig ma ken. In die zin zal ieder meerjarenplan, ook al hebben we er volop ervaring mee gekre gen, experimenteel blijven. Maar juist door experimenteren kan men expert worden! Wie maar even kijkt naar de verschillen die er tussen onze banken onderling kunnen bestaan, zal weten dat we met een 'heilige-koeplan' ook niet uit de voeten zouden kunnen. Wel met een plan, zoals nu ontworpen, want dat brengt die verschillen onder één noe mer, waardoor ieder voor zich, de ban ken afzonderlijk en de Centrale Bank, toch bij zijn beleid een aantal vaste pun ten heeft, waarop de koers kan worden uitgezet. Dat gaan we thans in praktijk brengen en we zijn benieuwd, maar vol vertrou wen, straks - over een jaar of twee jaar - te zien hoe het werkt. NOG EVEN IN HET VAT Het beleidsplan wordt dus operationeel nog vóór de Structuurcommissie haar werk helemaal afgerond zal hebben. Het is als het ware een kleinkind dat al op ei gen benen staat voordat zijn grootou ders hun laatste spruit ter wereld zien komen. Die grootouders, de Structuur commissie, zijn immers nog in verwach ting van het rapport van de Subcommis sie over de financiële verhoudingen. De voortvarendheid rond het beleids plan is natuurlijk verheugend. Er hoefde ook niet op de Subcommissie gewacht te worden, want het betreft hier twee materies die ook als afzonderlijke groot heden kunnen worden behandeld. Daar over werden we het in onze organisatie vroeger al eens. Wel is het natuurlijk jammer, dat de studie van de financiële verhoudingen veel meer tijd vergt dan we gedacht hadden. Er is wel herhaalde lijk tegen gewaarschuwd, dat we niet te spoedig op resultaat mogen rekenen, maar begrijpelijk is, dat men het ook op de jongste CKV weer een gemis vond, dat er nog geen nieuw inzicht in de fi nanciële verhoudingen kon worden ge boden. De heren Mertens, Lardinois en Van Maldegem, de laatste als voorzitter van de Subcommissie, verwachten overi gens dat nu de eindfase van de studie van de Subcommissie aanstaande is. Een tijdslimiet noemen is echter moeilijk en ook bezwaarlijk. De commissie is er zeer intensief mee bezig en zoals inmid dels iedereen wel duidelijk is, betreft de studie een aantal bijzonder ingewikkelde onderwerpen. Terecht merkte commis sie-voorzitter Van Maldegem op, dat overhaasten niet goed is als dit ten kos te zou gaan van de serieuze aanpak. De behandeling van het beleidsplan hoeft echter, zo zei de heer Van Maldegem, beslist niet door het nog uitblijven van het rapport van de Subcommissie, aan belang in te boeten. De heer Mertens dacht dat de Subcommissie nog een maand of vier werk zal hebben, 'maar' voegde hij er aan toe: 'het zou wel heel snel zijn als haar dat lukt.' In ieder geval, er is geen sprake van een soort welbe wuste vertraging, geen verwijt aan de Subcommissie, het is gewoon de mate rie zelf, die meebrengt dat alles nogal wat tijd vergt. ANDERE AANPAK VAN WERKLOOSHEIDSBESTRIJDING Sinds in de formatiepogingen voor een tweede kabinet Den Uyl overeenstem ming werd bereikt over de sociaal-eco nomische paragraaf in het regeerak- koord zijn de vooruitzichten voor de Ne- derlandse economie er niet beter op ge worden. De verwachtingen voor 1978 zoals die door het Centraal Planbureau ter gelegenheid van de derde dinsdag van september werden bekendgemaakt, zijn aanmerkelijk somberder dan waar mee enkele maanden daarvoor werd ge- rekend.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1977 | | pagina 4