UNICO BANKING GROUP de nieuwe dirr centrale rabobank lid van unico banking group In dit artikel gaat de schrijver nader in op de UNiCO BANKING GROUP, die deze maand officieel van start gaat. Dr. Van den Adel heeft deelgenomen aan het overleg, dat tot de oprich ting van de Groep heeft geleid. Zijn betrokkenheid met het samenwerkings verband zal door zijn functie als hoofd van het Standing Secretariat wor den geïntensiveerd. Het secretariaat dat in Am sterdam, Keizersgracht 604 zal worden geves tigd, heeft een coördine rende, administrerende en informerende taak. Het zal steun verlenen aan het hoogste college van de Groep, het 'Stee ring Committee' dat is sa mengesteld uit presiden ten en hoofddirectieleden van de betrokken banken. Namens onze bank heb ben ir. P. J. Lardinois en dr. G. J. M. Vlak zitting in dat comité. Het 'Steering Committee' bepaalt het beleid van de Groep en draagt de ten uitvoerleg ging op aan het 'Execu- tive Committee'. Dit laat ste is samengesteld uit de directeuren van de af delingen 'Buitenland' van de betrokken banken. Na mens onze bank heeft de heer G. N. Brands zitting in dit college. Naast de assistentieverlening aan de genoemde comités zal het secretariaat de werk zaamheden van de 'Coör dinator' ondersteunen. Deze ziet toe op de voor uitgang van de zakelijke samenwerking. Deze taak heeft dr. A. J. Verhage op zich genomen. Reeds eerder werd in een editie van 'Rabobank' gewag gemaakt van voor bereidingen tot het oprichten van een bankgroep bestaande uit Europese coöperatieve banken. IMa intensief overleg - waarin een breed terrein van mogelijk gezamenlijke bancaire diensten werd getoetst - zetten zes coöperatieve banken in de cember 1976 de eerste formele stap naar een onderling samenwerkingsak koord. Hiermede wensten de betrokken banken op gepaste wijze op de internationalisa tie van de bedrijvigheid van hun clientè le in te spelen. Zij onderkenden dat de intensiteit van het wereldwijde econo mische integratieproces en vooral het ontstaan van 'multinationale binnen landse markten' zoals de grote intra-EG- markt tot een herbezinning van het tra ditionele concept van het buitenlands bankbedrijf noopten. Dit concept steun de voornamelijk op handelsgerelateerde transacties (bijvoorbeeld exportfinancie ring) die via buitenlandse correspon- dentbanken werden geleid. Gewis, de wereldhandel, die in de afge lopen twintig jaar vervijftienvoudigde (van $60 miljard in 1950 naar $933 miljard in 1976) zal voor het buitenlands bedrijf van de banken van grote beteke nis blijven, de dynamiek echter zal in het internationale kapitaalverkeer zijn. Directe investeringen door het Europese en Amerikaanse bedrijfsleven (vestigen van produktie- en distributie-eenheden elders in de wereld) en projectfinancie- behoeften hangen de inmiddels structureel geworden betalingsbalanste korten van industrie- en ontwikkelings landen als donkere wolken boven de in ternationale financiële markten. Van de na de oliecrisis in drie jaar tijds ontstane gecumuleerde betalingsbalanstekorten van $225 miljard werd $175 miljard door bankkredieten en internationale le- Dr. M. van den Adel ningen gedekt. Naar verwachting zal het beroep van de overheden op banken en internationale financiële markten ter dekking van betalingsbalanstekorten tot in de jaren tachtig jaarlijks met $40-50 miljard toenemen. ringen zullen het internationale kapitaal verkeer stimuleren. Men denke bijvoorbeeld aan de om vangrijke investeringen ter dekking op langere termijn van de energiebehoeften (in de komende tien jaar 1 300 mil jard) en de voedselvoorziening. Laatst genoemde doel zal in hoge mate door de uitbreiding en aanpassing van de landbouwproduktie in de ontwikkelings landen moeten worden nagestreefd. Naast projectgerelateerde financierings internationalisering door samen werking De omvang van de huidige en toekom stige financieringsbehoeften, alsmede de verscheidenheid en de uitbreiding van het door de cliëntèle verwachte pakket van (niet-)bancaire diensten (van marktonderzoek en investeringsmodel len via cash management tot ondersteu ning van grensoverschrijdende fusies) vereisen nieuwe vormen van internatio nale samenwerking in het bankwezen. De banken erkenden dat noch de traditi onele correspondentbankrelatie, noch

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1977 | | pagina 10