i^nci rijksnijverheidsdienst, een dienst met een eigen karakter Ir. A. C. Koutstaal Na de artikelen van drs. G. B. Wielenga over het CIMK (februari 1977) en van mr. R. A. E. Indemans (juni/juli 1977) over het KNOV, laat ons thans ir. A. C. Koutstaal, directeur van de Rijksnijverheids- dienst, zien wat zijn dienst voor de onderne mers betekent. Die on dernemer is in dit geval de kleine- en middelgrote industrieel. Hiermee hebben we van insiders-kant in ons blad een uitvoerige parafrase gekregen wat in onze brochure 'Bedrijfsadvie- zen voor de ondernemer' reeds beknopt verteld werd over de goede dien sten waarmee het CIMK, de RND en Centrale On dernemersorganisaties als het KNOV en het CNOV, klaar staan voor ons midden- en kleinbe drijf. Wij vergeten niet, dat ook de banken hun cliënten de weg naar deze diensten kunnen wijzen. De Rijksnijverheidsdienst (RIMD) neemt in het voorlichtingsgebeuren een karakteristieke plaats in. Het specifieke karakter wordt be paald door de aard van de doel groep. RN D-Doelgroep De RND is ten doel gesteld om bij te dragen aan de ontwikkeling van de mid delgrote en kleine bedrijven in de nijver heid door het geven van voorlichting. Onder nijverheid wordt begrepen datge ne wat b.v. CBS aanduidt met industrie en ambacht, anders gezegd: industriële bedrijven. Deze bedrijven worden ge kenmerkt door een samengaan van het toepassen van technologieën, investe ringen, plaatsgebondenheid en een ze kere mate van besturing, of wel organi satie. Deze groep zou ook die der 'omvormers' genoemd kunnen worden omdat grond stoffen tot produkten worden omge vormd. De industriële bedrijven (tot 200 werk nemers) zijn als volgt naar grootte on derverdeeld: Bedrijfsgrootte Aantal Aantal aantal werkn./bedrijf bedrijven arbeidsplaatsen 1 -9 21 076 103 100 10-19 3 237 61 300 20 49 3 357 140 500 50 -99 1 621 135 400 100-199 893 143 800 Totaal 30 184 584 100 Bron CBS. De totale Nederlandse industrie telt rond 31 000 bedrijven met rond 1,25 min. ar beidsplaatsen. Kleine en middelgrote industrie is extra gecompliceerd Uiteraard vertonen kleine en middelgro te industriële bedrijven vele kenmerken van alle midden- en kleinbedrijven. Deze zijn zo vaak genoemd, dat zij hier verder onvermeld blijven. Het 'extra' hangt samen met het 'omvormer' zijn. Immers, tussen de functies 'inkoop' en 'verkoop' is die van 'produktie' gescho ven. Produktie is het toepassen van technologische kennis. Het doel blijft, behoort te zijn, het op economisch ver antwoorde wijze voorzien in een markt- behoefte. Dit vergt: het goed kunnen toepassen van de technologische kennis, én het goed bewaken van de bedrijfseconomie. Dit stelt de ondernemer voor een extra opgave, en ook de bedrijfsadviseur. Beiden moeten technisch-economisch denken en handelen. Het bewerkingsproces vergt veelal kost-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1977 | | pagina 10