geld- en
kapitaalmarkt
Het feit dat bij de huidige kabinetsformatie door de ver
schillende partijen naar hun zeggen al hun wissel
geld al is uitgegeven, lijkt een zodanige verruiming op
de Nederlandse geld- en kapitaalmarkt ten gevolge te
hebben gehad dat hierop de rente in de verslagperiode
verder kon dalen. De vraag rest nu of in de maand au
gustus - van oudsher de oogstmaand genoemd de
ontwikkelingen niet zodanig zullen zijn dat er wat te
veel gewisseld werd.
Ook op valutair gebied werd er in de maand juli nogal
wat gewisseld. Dit niet alleen vanwege de vakanties
maar ook door het ontstaan van enige onrust op de va
lutamarkten, welke tegenwoordig inherent schijnt te
zijn aan de zomermaanden.
Ditmaal ging het vooral om een vrij plotselinge daling
van de koers van de dollar. Oorzaken hiervoor waren
met name het grote handelsbalanstekort en uitlatingen
van hooggeplaatste regeringsambtenaren over de wen
selijkheid van een lagere dollarkoers. Na enkele dagen
keerde de rust echter terug. Binnen de slang waren er
geen interventies nodig, ook al blijft de positie van de
Skandinavische munten reden tot zorg geven.
De geldmarkt is de gehele periode gekenmerkt ge
weest door een klein tot omvangrijk overschot. Dit
werd met name teweeggebracht door de omvangrijke
Rijksbetalingen die elk jaar in deze periode plaatsvin
den. De ontvangsten van het Rijk waren echter ook
goed gestroomlijnd. Hierbij valt het op dat de belas
tingafdrachten reeds enkele malen hoger uitvielen dan
werd verwacht. De schatkist heeft dit jaar dan ook nog
niet - althans voor zover dit op de weekstaat van De
Nederlandsche Bank zichtbaar is - van haar speciale
rekening gebruik moeten maken.
De ruimte op de geldmarkt kwam tot uitdrukking in het
feit dat het bankwezen steeds meer saldo bij De Neder
landsche Bank had, dan dat zij aan voorschotten had
opgenomen. De omvang hiervan werd ook beïnvloed
doordat De Nederlandsche Bank enkele keren de ruim
te op de geldmarkt verkrapte door het hanteren van de
wekelijkse kasreserve (0,5 of 1
Een punt kasreserve hield in dat gemiddeld over de
week f610 miljoen bij de banken en f 120 miljoen bij
de Postcheque- en Girodienst werd gebonden.
De rente op 3-maands interbancaire deposito's fluctu
eerde tussen gemiddeld 2,8 en 3,4
Interessant waren de cijfers die in het ultimo juni uitge
komen kwartaalbericht van De Nederlandsche Bank
werden gegeven over de liquiditeitsontwikkeling. Het
bleek dat de liquiditeitsquote wederom met een punt
was opgelopen. De oorzaken hiervoor moeten vooral
worden gevonden bij een forse stijging van het korte
krediet aan de private sector en een grote liquiditeits
toevoer uit het buitenland.
De ontwikkelingen op de kapitaalmarkt, die medio juni
een enigszins twijfelachtig karakter kregen, werden
door de Staatslening van 28 juni jl. weer in een rustiger
vaarwater gebracht. Op die datum kon namelijk wor
den ingeschreven op een 8 %-lening met een gemid
delde looptijd van slechts 5,5 jaar. In tegenstelling tot
wat de laatste jaren de gewoonte is, werd deze lening
niet door middel van het voor Staatsleningen normale
tendersysteem uitgegeven (open koers en open be
drag) maar was nu het bedrag van de lening van te vo
ren (op f300 miljoen) gefixeerd. Alleen de koers was
open. Deze werd uiteindelijk op 100,9 vastgesteld.
Vervolgens waren De Nederlandsche Middenstands-
bank N.V. (f 100 miljoen a 8,25 per 1978-1987) en de
Bank voor Nederlandsche Gemeenten aan de beurt.
Deze laatste lening was opvallend omdat zij slechts een
gemiddelde looptijd had van 8 jaar. De meeste BNG-le-
ningen hebben een langere looptijd. Deze lening werd
een groot succes, waarbij bij een couponrente van 8
en een uitgiftekoers van 100,5 het effectief rendement
op 7,91 kwam. Na een ziekenhuislening emitteerde
de Amro Bank de laatste lening in de maand juli. Zij
trok daarbij het forse bedrag van f200 miljoen aan a
8 Met een gemiddelde looptijd van 5,5 jaar en een
effectief rendement van 7,84% werd ook deze lening
een groot succes.
Begin augustus werd de vijfde Staatslening van 1977
aangekondigd met een couponrente van 73/4 Dit is
de eerste lening dit jaar die een couponrente heeft die
lager is dan 8 De vorige Staatslening met een derge
lijke couponrente dateert uit 1973!
Bovenstaande ontwikkelingen kwamen ook tot uiting
in het verloop van de rentewijzer die daalde van gemid
deld 8,11 in juni tot 8,04 in juli. Begin augustus
noteerde deze 7,8