om de toenemende problemen met de
mestafvoer op te kunnen lossen. Dit
laatste heeft vooral invloed op prijzen
van de hogere zandgronden.
De hoge grondprijzen die door agrariërs
worden betaald zijn dikwijls geen uiting
van weelde. De rentabiliteitsontwikke-
ling in de agrarische sector noodzaakt
tot een steeds efficiëntere bedrijfsvoe
ring ten einde het inkomen op peil te
houden. Dat brengt doorgaans een
noodzakelijke uitbreiding van het bedrijf
mee. Op dit moment valt dan ook te
constateren dat zowel de ondernemers
met goede en minder goede bedrijfs
resultaten als kopers van grond aan de
markt zijn.
Ook in de agrarische sector zal de recen
te ontwikkeling van de prijzen invloed
uitoefenen op de verwachtingen voor de
toekomst. Dit kan weer een extra vraag
uitlokken uit het oogpunt van belegging
en dergelijke, waarbij ook de inflatie van
invloed zal zijn. Aan de andere kant kan
het aan verkopers-zijde aanleiding
geven om voorlopig de grond vast te
houden in de verwachting, dat de prijs
stijging zich nog zal voortzetten. Het
eerder geschetste marktbeeld van land
bouwgrond vertoont deze kenmerken.
Grondprijs te hoog?
Zijn de huidige grondprijzen te hoog?
Deze vraag is in zijn algemeenheid
moeilijk te beantwoorden.
Uit bedrijfsresultaten van akkerbouw-
en veehouderijbedrijven blijkt dat het
directe rendement van de factor grond
laag is. Een goede ondernemer met een
aan de eisen des tijds aangepast bedrijf
kan een zodanig rendement voor de
grond behalen als overeenkomt met een
waarde van de grond in de orde van
grootte van f10 000, a 20 000, per
ha. Naarmate de grond met een groter
aandeel eigen vermogen is gefinancierd
zal een groter deel van het rendements
resultaat van de grond aangewend kun
nen worden voor financieringslasten als
gevolg van uitbreidingsinvesteringen in
grond.
Dit betekent dat afhankelijk van de ver
mogenspositie de ene ondernemer meer
kan betalen voor gronduitbreiding dan
de andere. Dit verklaart tevens de moei
lijke positie van de beginnende jonge
agrariër.
De tegenwoordige grondprijzen liggen
ruim tweemaal zo hoog als de hiervoor
genoemde bedragen. Uit dit grote ver
schil mag niet zonder meer geconclu
deerd worden, dat de huidige grondprijs
te hoog is. Het hangt nl. geheel af van
de individuele situatie van ieder bedrijf
en iedere ondernemer.
Met name de mogelijkheid om eigen
middelen aan te wenden voor grondaan
koop kan groot verschil maken. Een
agrariër heeft er primair belang bij, dat
het bedrijf waarvan hij nog jaren met
zijn gezin moet leven, aangepast blijft
aan veranderde inzetten. Hij dient reke
ning te houden met toenemende eisen
ten aanzien van de uitrusting en de om
vang van het bedrijf in de toekomst. Uit
dien hoofde kan het aanvaardbaar zijn
grond aan te kopen voor de huidige prij
zen van f30 000 - a f40 000, per ha
en hoger. Mits natuurlijk over het gehele
bedrijf bezien een acceptabele situatie
aanwezig blijft. Ook moet niet worden
vergeten, dat de mogelijkheid om gun
stig gelegen grond aan te kopen, zich
erg incidenteel voordoet.
Aankoop van grond tegen het huidige
prijsniveau betekent echter wel, dat van
beschikbare eigen middelen geen ren
dement wordt verkregen. Men verlieze
echter nimmer het belangrijkste uit het
oog nl.: dat de continuïteit van het
bedrijf gewaarborgd en een voldoende
inkomen voor de ondernemer en zijn
gezin gehandhaafd dient te blijven.
Welke invloed moet worden toegekend
aan onrendabele factoren en aan de prij
zen is moeilijk aan te geven. De stem
ming op dit moment is echter optimis
tisch en heeft als zodanig een positieve
invloed op de grondprijzen.
Toekomst
Over een zeer lange termijn bezien is
landbouwgrond waardevast. Dit bete
kent niet, dat de prijsontwikkeling van
de landbouwgrond keurig de waardever
mindering van het geld volgt. Uit het
meer of minder verre verleden zijn perio
den bekend, waarin de prijzen van land
bouwgrond aanmerkelijk sneller stegen
dan de waardevermindering van de gul
den. Deze gunstige perioden werden
weer gevolgd door perioden waarbij zich
het omgekeerde voordeed. We zagen dit
laatste nog vrij recent aan het eind van
de zestiger jaren en het begin van de
jaren zeventig.
De grondprijs maakt min of meer een
golfbeweging rond de trend van de geld
ontwaarding. Het hangt sterk af van het
tijdstip waarop de grond wordt gekocht
of sprake is van een waardevast actief
binnen redelijke termijn.
Bij aankopen op de top van de golf
beweging zal dit doorgaans niet het
geval zijn.
Het is duidelijk, dat de grondprijsstijging
ver boven het niveau van de waardever
mindering van het geld heeft gelegen.
De grondprijs is dan ook aan een op
waartse golfbeweging bezig.
Een belangrijke vraag is of de top inmid
dels is bereikt. De snelle prijsstijging in
de afgelopen jaren en het grote verschil
tussen de grondprijs en het rendement
van de grond doen vermoeden dat de
top in zicht komt.
Conclusie
De huidige prijsstijging van landbouw
gronden is zeer aanzienlijk. Een stabili
satie van de grondprijzen respectievelijk
een beperking in de prijsstijging is in de
komende jaren redelijkerwijs te ver
wachten.
Dit zal waarschijnlijk leiden tot een
belangrijk groter aanbod van grond. Ver
wacht mag worden dat de potentiële
vraag echter zodanig zal zijn, dat van
een duidelijke prijsdaling geen sprake
zal zijn. Ook de ontwikkelingen, die
mede de huidige prijsstijging hebben
gestimuleerd blijven in de toekomst
voor een belangrijk deel bestaan. Daar
bij valt vooral te denken aan de blijven
de noodzaak tot schaalvergroting. Dit
laatste wordt sterk beïnvloed door de
rentabiliteit.
Een onzekere factor in het geheel vormt
het te voeren beleid door de overheid.
De grondmarkt zal door haar geringe
omvang relatief gevoelig zijn voor
beperkte verschuivingen in vraag en
aanbod.
Incidentele factoren zijn daarbij van
groot belang. De huidige ontwikkeling,
welke als niet normaal kan worden aan
gemerkt, is echter een onvoldoende
basis voor een toekomstverwachting.