uit onze historie
Bijzondere eenden in de bijt van de
voormalige Coöperatieve Centrale
Raiffeisen-Bank te Utrecht (3)
'Gouden Baken in Groene Vallei' heette
het gedenkboek, dat in 1959 bij het
50-jarig bestaan van de Coöperatie
Woudenberg-Maarn verscheen.
In juli 1918 kwam de vraag naar voren
'of het niet wenschelijk zoude zijn dat
een regeling werd getroffen voor het
personeel, namelijk wat betreft ouder
domspensioen en ziekteverzekering'.
Ook dat zou in overweging genomen
worden.
De noodkreet van het ULG vond geen
weerklank. De convocatie voor een ver
gadering op 18 februari 1919 vermeldt
als punt 1 op de agenda 'Het nemen van
een besluit aangaande het opheffen van
onze landbouw-afdeeling' (d.i. afd.
Woudenberg-Maarn van het ULG). No
tulen van deze vergadering zijn niet aan
wezig.
Op de algemene vergadering van 26 fe
bruari 1919 werd het overlijden van de
heer Iddekinge-Hofkamp, de kassier,
met warme woorden van grote erkente
lijkheid herdacht en werd de heer
Straatman - 'thans inspecteur bij de
Centrale Bank' - als zijn opvolger be
noemd. Straatman zal wel niet aan de
uitslag hebben getwijfeld want 'hij ver
scheen inmiddels ter vergadering' en
werd door de voorzitter in kennis ge
bracht van het besluit dier vergadering.
Op die vergadering werd de Coöperatie
ook aangesloten als lid van het ULG en
kon dus ook gaan profiteren van de
werkzaamheden van 'De Landbouw-
beurs' die in oprichting was, als onder
deel van het ULG. Ook nog in 1919 werd
de bespreking weer geopend over de
wenselijkheid van een eigen maalderij.