w// 7 steund zullen worden om economisch sneller te groei en. In de tweede plaats zullen de zuidelijke landen erop rekenen dat er in het noorden een afzetgebied komt voor hun in hoofdzaak agrarische produkten. Vooral het laatste geeft in toenemende mate reden tot zorg. Dit betreft dan weer in het bijzonder de landbouw in Italië en Frankrijk, welke een rechtstreekse concur rentie ondervinden van de typische Middellandse Zee-produkten. Verder is de tuinbouw onder glas in de noordelijke EG-landen ongerust over bijvoorbeeld een toename van de produktie van tomaten wanneer het bestaande stel sel van EG-interventieprijzen van toepassing wordt op de toetredende landen. IMiet in tweede koets In de komende jaren zal de tegenstelling tussen de poli tieke wenselijkheid en de economische mogelijkheid moeten worden opgelost. De suggestie van de 'twee versnellingen', gedaan door de Belgische premier Tin- demans in zijn rapport over de Europese Unie, is hier niet bruikbaar. De nieuwe leden van de EG zullen zich wat betreft het verkrijgen van economische voordelen niet in de tweede koets laten zetten. Griekenland heeft reeds laten weten het gehele bestaande landbouwbe leid te kunnen overnemen, zij het dat bijvoorbeeld voor de afzet van enkele tuinbouwprodukten een premie wordt verlangd om de kosten van het transport naar de andere EG-landen te kunnen overbruggen. Een oplossing van de problemen rond de uitbreiding is alleen maar te verwachten wanneer de huidige EG-lan den rekenen op een betrekkelijk omvangrijke inkomensoverdracht, niet alleen ten gunste van Grie kenland, maar ook naar de drie andere landen aan de Middellandse Zee die voor toetreding in aanmerking kunnen komen. Het zou de te verwachten moeilijkheden voor de land en tuinbouw kunnen verlichten wanneer deze inkomensoverdracht ten dele aangewend wordt voor subsidies, welke de prijzen voor voedingsmiddelen in de nieuw toegetreden landen laag houdt. Hierdoor zou de consumptie in deze landen worden verruimd en er meer afzet kunnen komen voor de landbouwproduktie in de betrokken landen. Het huidige lage loonpeil zou er sociaal meer aanvaardbaar door worden, het indu striële klimaat verbeteren en ook de trek van arbeid naar het noorden kunnen afremmen. Naar de mogelijkheden hiervan zou eens gekeken moe ten worden. In ieder geval zouden de nieuwe landen zich hiermede niet in een uitzonderingspositie behoe ven te voelen: op het ogenblik profiteert het Verenigd Koninkrijk via de z.g. monetair compenserende bedra gen ook van een door de andere EG-landen betaalde subsidie, welke de prijzen voor de consument verlaagt. Ik heb zo'n collega, die helemaal bezeten is van ter mijnplanning. Hij praat met gezag over beleidsvorming en prognose en zou het liefst bij alles wat hij gaat doen eerst eens een simulatiemodel maken. Die jongen komt er dan ook wel, maar een ding is zeker: al schakelt hij alle computers van Nederland in, nooit zal hij vooruit kunnen berekenen hoe Jantje Roelof op een jeugdprijs- vraag zal reageren! Ik ken geen angst, maar krijg toch wel klamme handen als ik terugdenk aan wat hij met z'n levendige fantasie vorig jaar had ontworpen ter gelegenheid van die veilig-verkeerwedstrijd. Een affiche, waarin het felle rood van bloed het papier afdroop over de geel gekleur de snoetjes van her en der op het zebrapad verspreid liggende slachtoffertjes. Een artistiek produkt van zo'n realistisch karakter dat onze jongste medewerkster er wat flauw van werd. Het jaar daarvoor had hij uit papier en wat onduidelijk materiaal een hels voorwereldlijk monster van enorme afmetingen geconstrueerd. Aan de tanden van het we zen hebben we ons een paar maal gesneden. Ze waren messcherp en dat klopte want hij had daarvoor stukjes glas gebruikt. We waren blij toen het veilig op weg was naar de jury. Van de school staat ons ook wel wat te wachten. Onder het milde regiem van de oude bovenmeester had ik weinig response. Hij geloofde alleen maar in een zeer rigide vorm van schoolsparen en aan al dat reclamege- doe deed-ie niet mee. De jonge meesters en juffrouwen die het nu gezamenlijk voor het zeggen hebben echter, zien er onmiddellijk een mooi project in. Ze halen zo'n honderd formulieren en collectief of individueel komen de kinderen hun werkstukken inleveren. Je kunt steeds weer vertellen dat de inzendingen aan een formaat zijn gebonden, maar dan tast je toch wel de artistieke vrij heid aan. Er liggen hier tekeningen ter grootte van een flinke rol behang en de miniatuurpanorama's van Mes dag, die over de balie worden geschoven, variëren van een kleine schoenendoos tot een forse veilingkist. Een klein eigenwijs wipneusje heeft nu al vier keer haar tekening omgewisseld en een ander kwam na twee da gen al vragen of de uitslag nu nog niet binnen is. Het zal wel een moeilijk karwei worden voor die Tanja, Jean en Han om uit al die mooie tekeningen en kijkdo zen de beste te zoeken. Maar wij hebben het tenslotte ook niet erg gemakkelijk, want tot de sluitingsdatum blijft de bange vraag waar mee Jantje dit jaar zal komen opdraven. Want dat hij komt is zeker. Zal het weer een gruwelprent zijn, waar van we drie nachten niet kunnen slapen of een werk stukje dat na enkele dagen de kluis uit stinkt, omdat-ie het 'echt' heeft willen maken met een dood beestje, of wordt het een onhandelbaar namaakbeest, waarvan de vulling na drie dagen ontploft of vreselijke jeuk bij ons allemaal zal veroorzakenNog een paar dagen en we weten het. Zeker is in elk geval dat de zevende jeugd- prijsvraag dit jaar een groter succes is dan de zevende aanbevelingI Cas Sier

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1977 | | pagina 19