afscheid mr. van campen
spreid over onderwerpen van actueel
belang.
Dit was het geval:
- in 1972 na de top-conferentie van Pa
rijs betreffende de etappes-gewijze ver
wezenlijking van een Europese en Mo
netaire Unie;
- dat was vervolgens in 1973 het geval
met het door ons opgestelde document
over de regionale politiek;
- in februari 1974 werd een duidelijke
verklaring gepubliceerd waarin onze ver
eniging tot uitdrukking bracht hoezeer
zij gehecht bleef aan een verdere ont
wikkeling van de Europese Economische
Gemeenschap ondanks de energiecrisis
en de verstoring van het internationale
monetaire stelsel.
Ik zou hier mijn grote erkentelijkheid wil
len betuigen jegens mijn metgezellen
van het eerste uur: A/ex Florquin, Joa-
chim Kleinhans en Charles Delatte, die
met mij het eerste presidium vormden.
Gezamenlijk trokken wij de kar en von
den wij de weg voor een vruchtbare
werkzaamheid van onze vereniging.
Een andere gebeurtenis uit de geschie
denis van onze vereniging, die dient ver
meld te worden, is de toetreding van het
Verenigd Koninkrijk, Ierland en Dene
marken tot de Europese Economische
Gemeenschap.
Die gebeurtenis stelde ons al spoedig in
staat om in ons midden te begroeten de
vertegenwoordigers van drie nieuwe
lid-instellingen uit de genoemde landen.
Ik heb het hogelijk gewaardeerd dat
deze zich spoedig thuis hebben gevoeld
in onze vereniging. Ook hen wil ik gaar
ne dankzeggen voor hun sympathieke
medewerking. Het heeft mij zeer ver
heugd dat nog in de laatste bestuursver
gadering van het vorig jaar een verte
genwoordiger van deze nieuwkomers
tot lid van het Presidium werd benoemd
en ik ben ervan overtuigd, dat de heer
Lee, president-directeur van de Co-
operative Bank of Manchester een nut
tige bijdrage zal verlenen aan de werk
zaamheden van het Presidium.
Aan het adres van de Rabobank zou ik in
het bijzonder tot uitdrukking willen
brengen hoezeer ik heb gewaardeerd
het vertrouwen dat steeds in mij gesteld
is als vertegenwoordiger van de Rabo
bank in het bestuur van onze vereniging,
aanvankelijk te zamen met drs. Man
schot, naderhand met dr. Vlak waarbij
zich thans hebben gevoegd de heren
drs. Bakx en mr. Jansen Schoonhoven,
en zulks ook nadat ik mij reeds had te
ruggetrokken uit mijn functie van lid van
de Hoofddirectie. Dat de Centrale Rabo
bank ter gelegenheid van mijn afscheid
als voorzitter van de Europese Vereni
ging van Coöperatieve Krediet- en
Spaarbanken deze bijeenkomst hier in
Amsterdam heeft willen organiseren,
stel ik op hoge prijs.
Evenals de nieuwe Europese Commissie
zal onze vereniging met belangstelling
en zorg tegemoetzien de ontwikkeling
van de vraagstukken die zich in 1977 zal
voordoen. Zolang er zulke grote verschil
len bestaan tussen de lid-staten op het
gebied van de inflatiegraad, van de inko
mensverhoudingen, van de economi
sche groei en investeringen evenals wat
betreft het niveau van de werkloosheid,
zal het moeilijk zijn om nieuwe impulsen
te geven aan de structurele ontwikkeling
blemen veeleer dan ze geringer te ma
ken. Slechts door een uiterste inspan
ning van solidariteit zal men in staat
kunnen zijn de daaruit voortvloeiende
moeilijkheden te overwinnen.
Eenzelfde inspanning van solidariteit
wordt ook van ons gevraagd in onze sa
menwerking. De grootste coöperatieve
bankinstellingen uit Frankrijk, Duitsland,
Oostenrijk, Finland en Nederland, die
reeds een hoge graad van ontwikkeling
te zien geven in hun bancaire activitei
ten zowel binnenslands als in het bui
tenlands betalingsverkeer, hebben na
onze besprekingen te Wenen over de
rapporten van de heren Gut hardt en
Braun besloten om hun samenwerking
De heer Braun van 'Crédit
Mutuel' neemt de
voorzittershamer over uit
handen van de heer Van
Campen.
van de Europese Gemeenschap en zal
het bijzonder moeilijk vallen om de Eco
nomische en Monetaire Unie vooruit te
brengen.
Er valt waarschijnlijk een ontwikkeling
te verwachten die meer uitgesproken in
de breedte zal gaan dan in de diepte. Er
wordt naar gestreefd om de Europese
Gemeenschap uit te breiden. Niet ten
onrechte heeft onlangs de Eerste Minis
ter van het kleinste land van de Europe
se Gemeenschap opgemerkt: 'Er ont
staat een reëel gevaar voor de Europese
Gemeenschap indien men nieuwe pro
blemen zou toevoegen aan de reeds be
staande zonder vooraf de structuur van
onze gemeenschap te verdiepen'.
De Luxemburgse President Thorn wees
daarbij op het gevaar, dat indien men de
deur van de Europese Gemeenschap zou
openen voor nieuwe lid-staten dat men
zulks dan zou doen bij wijze van toetre
ding tot een jockey-dub.
Deze potentiële nieuwe lid-staten zou
den wel eens meer geïnteresseerd kun
nen zijn bij de voordelen die zij zouden
kunnen verkrijgen van de toetreding tot
de Gemeenschap dan dat zij zich zouden
bekommeren om bijdragen hunnerzijds
tot een innerlijke versterking van de Eu
ropese Gemeenschap, aldus President
Thorn.
De grote regionale verschillen in econo
mische bedrijvigheid, die thans kunnen
worden onderkend vergroten deze pro-
in de bancaire en zakelijke sfeer te ver
sterken.
Wij kunnen ons slechts verheugen over
deze ontwikkeling waaraan onze be
raadslagingen in Straatsburg en Wenen
in 1975 ten grondslag hebben gelegen.
Het spreekt van zelf dat deze versterkte
samenwerking haar beslag zal moeten
krijgen op het niveau van het marktge-
beuren. Een zodanige versterking van
zakelijke samenwerking kan niet tot
stand worden gebracht binnen met min
of meer theoretisch kader van een ver
eniging. Niettemin durf ik de hoop uit te
spreken dat de andere coöperatieve
banken, die lid zijn van onze vereniging
en die nog niet eenzelfde ontwikkelings
graad hebben bereikt als de zojuist ge
noemde, kunnen profiteren van de ver
snelde expansie die door de grootste
coöperatieve banken door de beoogde
samenwerking wordt nagestreefd.
Het komt mij voor dat onze vereniging
een belangrijke rol in deze ontwikkeling
zou kunnen vervullen en zulks met name
door tussenkomst van zijn Werkgroep
voor Sociale Zaken, die tevens belast is
met de organisatie van de uitwisseling
van personeel, en vervolgens doop tus
senkomst van onze Werkgroep 'Marke
ting' die zowel werkt voor onze vereni
ging als voor het verbindingsbureau van
coöperatieve kredietinstellingen uit de
vroegere EFTA-landen.
Door tussenkomst van deze werkgroe-