11 Niet afzijdig blijven, maar zaak van ons allemaal Door zijn maandelijkse kolom in ons blad heeft Verhage er al vaak op gewe zen, dat de Centrale Bank voor de hele organisatie een eigen plaats in de finan ciële wereld moet innemen. Daar zitten natuurlijk vele dingen aan vast, met name ook de buitenlandse activiteiten. Dat laatste is zeker een van zijn favorie te terreinen. 'Kijk,' zegt Verhage, 'toen je nog voorzit ter van de Utrechtse organisatie was, dacht je daar niet zo aan, maar toen je voorzitter van de hoofddirectie werd en het fusiebesluit achter de rug had, ging je je realiseren, dat die coöperatieve bankorganisatie zich helemaal niet op buitenlands terrein heeft begeven. Om dat ik vroeger drie of vier maanden per jaar in het buitenland was voor andere dan bankzaken, viel het me op dat de fi nanciering van die zaken - ook die van coöperaties - veel meer over andere banken liep dan over onze eigen bank. Ik ben toen gaan praten met vrienden in Nederlandse coöperaties en ben ook in het buitenland gaan rondkijken. In de begintijd met Van Campen, die veel rela ties had. Allengs kregen we heel goede betrekkingen met leidende mensen van actieve grote coöperatieve banken in Europa en ook zijn we in contact geko men met de Bank of America. Daaruit is de huidige Rabomerica ontstaan. In Lon den is er de London Continental Ban kers, waarin Europese coöperatieve ban ken samenwerken. Ik voor mij heb goe de hoop, dat tussen deze verwante Eu ropese banken in de toekomst ook op ander gebied wel samengewerkt zal gaan worden.' Geeft die buitenlandse activiteit geen spanningen met de middelenvoorzie ning? Je kunt immers middelen van bui ten aantrekken of ook eigen middelen gebruiken? Verhage: 'ik heb er begrip voor, dat de Centrale Bank hiervoor niet onbeperkt middelen van de lokale ban ken mag nemen. Maar ik vind het niet Driehonderdvijftig duizend kilometer Graag wil ik iets vertellen over de zes fijne jaren, die ik voor dr. Verhage heb kunnen werken. De Centrale Bank is nu erg groot geworden, maar ik vind het nog altijd erg leuk te bedenken, dat ik samen met mejuffrouw Telkamp en de heer Kla- renbeek bij de drie eerste medewerkers heb mogen behoren van de heer Ver hage. Dat was in het mooie gebouw aan de Herengracht 106 in Am sterdam. De heer Verha ge was toen voorzitter van de nieuwe Centrale Raiffeisen-Boerenleen- bank. Toen heb ik nog wel eens een kopje koffie kunnen zetten voor het 'hele' per soneel. Later in Amstel veen en Utrecht kreeg ik het te druk met mijn werk als chauffeur. Ruim 350 000 kilometer heb ik samen met dr. Verhage tussen de vangrails door gebracht. Voor hem is dat nog maar een deeltje van zijn reizen, want vaak reed ik hem naar Schip hol voor zijn buitenlandse zakenreizen als die te ver waren voor de auto. Ik heb hem leren kennen als een fijn mens en een harde werker. Of het vroeg was of laat, onze ritten verliepen altijd wel hetzelfde. Aan het begin van de reis werd even ge zellig gepraat over de din gen van de dag. Daarna werd het stil achter me en hoorde ik alleen van tijd tot tijd het geritsel van papieren. Voor me hoorde ik alleen het ge brom van de motor en soms schrok ik me rot als ik de baas ineens achter me hoorde niezen of hoesten. Zo ging het niet alleen 's morgens, maar ook 's avonds laat. Steeds was hij aan het werk en ziek zijn of te laat komen was er nooit bij. Met spijt neem ik af scheid van dr. Verhage, zijn vrouw en familie. Ik zal ze allemaal wel mis sen. Ik wens dr. Verhage, mede namens mijn vrouw en kinderen, dat hij nog heel lang in goede gezondheid mag genieten van zijn welverdiende pensionering. Chauffeur Pietersma meer dan logisch, dat ook de lokale ban ken bijdragen aan de ontwikkeling van ons buitenlands bedrijf. Dat werkt im mers nu al voor een deel voor de klanten van de aangesloten banken. De heer Brands, van het directoraat buitenland, heeft daarvoor in anderhalf jaar al enorm veel tot stand gebracht. Hij is er ook van doordrongen dat zijn directoraat ook voor het bedrijf van de lokale ban ken moet zijn. Het is niet alleen een kwestie van de Centrale Bank, het is ei genlijk een zaak van het gehele door ons gefinancierde bedrijfsleven. Van ons na tionaal produkt wordt 55 geëxpor teerd. Daar mochten wij niet afzijdig bij blijven.' Geeri betutteling 'Men moet me nooit aankomen met het verhaal, dat er door al die ontwikkelin gen iets wezenlijks coöperatiefs verloren zou zijn gegaan. Coöperaties moeten met de moderne tijd mee. Ik ben heel blij, dat dit alom wordt ingezien. Tien jaar geleden hoorde je een enkele maal nog de mening, dat een coöperatieve bank niet buiten de agrarische sfeer moest financieren! En met het buiten landse bedrijf hebben we eigenlijk te lang gewacht. Het zijn allemaal dingen die in onze opzet thuis horen. Ik geloof ook niet, dat bij dit alles te veel aan dacht op de Centrale Bank gelegd wordt. Onze mensen - en ik sprak er ve len op onze vergaderingen - keren zich niet af van de beleidslijnen die nodig zijn, ook niet van het werken met een beleidsplan zoals onze Structuurcom missie voorstelt. Ik heb veel meer het gevoel, dat de ontpersoonlijking, zo u wilt, de bureaucratie, die ook in onze groter wordende organisatie een gevaar is, soms verstorend op de verhoudingen werkt.' leder kan weten, dat Verhage aan zo n bureaucratie, zo n betutteling, zo'n Den Haag-mentaliteit, een grote hekel heeft. Hij wil dat graag doorbreken - 'Plesman van de KLM heb ik vroeger wel 's nachts opgebeld' - maar hoe? 'Daarover zal binnen de organisatie ge dacht moeten worden. Kun je de uitvoe ring van bepaalde bevoegdheden, b.v. de goedkeuring van kredieten en lenin gen, dichter bij de lokale banken bren gen? Overlaten aan banken met bekwa me directeuren en stafpersoneel? Heel mooi, maar als de ene het wel mag en de andere niet, veroorzaak je natuurlijk boze gezichten. Betutteling wil ik niet, maar ik ben er nog niet uit, hoe we nu precies een werkwijze moeten krijgen, waarin de schaduwzijden van ons groot worden helemaal verdwijnen. Onze ban ken mogen weten, dat wij er op de Be- neluxlaan heus wel oog voor hebben!' En dan pak je de fiets Ik laat de andere onderwerpen, die als vanzelf in ons gesprek aan de orde kwa-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1976 | | pagina 13