/f7/ U7/7 ff///£fï®hJ/f7 nasleep van de droogte degenen met weinig geld in kas alleen mogelijk door leningen aan te gaan of door vee te verkopen. In zulke gevallen verwijst de overheid naar de Rijksgroepsrege ling Zelfstandigen van de Bijstandwet. Er werd in juli een bijzondere procedure afgesproken om degenen, die in verband met de voedersituatie van de Bijstandwet gebruik willen maken, sneller te helpen. Ook werd de mogelijkheid voor een renteloos krediet tot 1 januari a.s. opengesteld. Nu verwacht kon worden dat velen door de droogte er toe zullen moeten komen een beroep te doen op de Rijksgroepsregeling Zelfstandigen, kwam een aantal bezwaren tegen deze regeling weer duidelijk in het licht. In de eerste plaats de sterk gedecentraliseerde uitvoering van de Bijstandswet. Het zijn immers de ge meenten welke hier een beslissende invloed op hebben en de ene gemeente beoordeelt een aanvraag op een andere wijze dan de andere. Het zijn ook de gemeenten welke in eerste instantie de uitkeringen betalen; ach teraf is echter een declaratie bij het Rijk mogelijk. Deze gedecentraliseerde toepassing zou doorbroken kunnen worden door per gebied de gemeenten te laten samenwerken en dan samen met de provinciale en lan delijke autoriteiten, die aanvragen boven een bepaald bedrag moeten beoordelen, tot een meer gestroomlijnd beleid te laten komen. Een tweede bezwaar geldt het feit dat de financiële draagkracht voor een belangrijk deel wordt bepaald door de kredietmogelijkheden welke het bedrijf nog bij de bank heeft. Een bedrijf wordt hierdoor gedwongen de kredietruimte in deze tijd van droogte op te gebrui ken zodat straks voor een normale expansie van het be drijf niets meer overblijft. Op deze wijze wordt door de droogte een hele groep van bedrijven voorjaren achter op gebracht. Veeleer zou naar het lopend inkomen moeten worden gekeken wanneer het om de beoorde ling van een aanvraag om bijstand gaat. Overigens zal het sluitstuk van de nasleep van de droogte wel eens de mogelijkheden van de Bijstandwet ver te buiten kunnen gaan. In Frankrijk, waar de droog te in grote gebieden een vernietigende werking heeft gehad, wordt gedacht aan een vergoeding van de scha de. Wanneer dit ook in ons land aan de orde komt, en dat zal dan een Europese regeling moeten zijn, dan zal daarvoor een aparte regeling moeten komen: de droog teschaderegeling 1976. Het blablagram van vorige maand gaf aanleiding tot goedaardig commentaar van collega's, waarvan er een verklaarde het truukje reeds te kennen uit de krant. Ge lukkig had ik nergens gepretendeerd dat ik iets nieuws had uitgevonden, dus waren we het snel eens. Hij had het zelf toegepast en kon me trots mededelen dat hij onmiddellijk tot voorzitter was gekozen van een heel erg moeilijke commissie. Overigens vind je regelmatig van die berichten terug, die je al eerder bent tegengekomen. Zo valt mijn oog minstens driemaal per jaar op dat reglement van orde van een kantoor uit de negentiende eeuw. Jaartal en naam wisselen nogal eens, maar de inhoud blijft onge veer gelijk. Het gaat over klerken, die niet mogen roken of drinken en elke dag een kitje kolen moeten meebren gen. Vooral in personeelsbladen zie je wei eens zo'n soort reglement in moderne stijl. Dat gaat van: Artikel 1de chef heeft altijd gelijk. Artikel 2, als de chef ongelijk heeft treedt Artikel 1 onmiddellijk in werking. Even onsterfelijk is dat aftreksommetje met de gehele Nederlandse bevolking, waarbij uiteindelijk 2 inwoners overblijven: u en ik en of u eens wat wilt gaan uitvoe ren, want ik ben het goed zat dit land voortdurend in m'n eentje te runnen Dat verhaaltje van enkele maanden geleden over die collega met zijn weddenschap getuigde ook niet be paald van de originaliteit van ondergetekende, want prompt las ik het enkele weken later in een versie, waarin een soldaat en een kapitein de hoofdrol speel den. Er zijn ook van die brieven, die zo'n lang leven lei den, variaties op een misverstand over de betekenis van een woord of de uitspraak ervan. Geen bruiloft of partij kan zonder. Bepaalde tekeningetjes hebben dat ook. Sommige ervan halen de handboeken als optisch grapje, andere worden zelfs tot poster verheven en sie ren de muren van de kamers van onze kinderen. Denk maar eens aan die plaat met de kop van Freud. Weer andere 'cartoons' leiden een vergeeld schaduwbestaan in tienduizenden portefeuilles en worden voorzichtig op het borreluurtje getoond. En iedereen lacht mee, al zijn ze soms wel eens was scabreus. Hier is nog zo'n onlangs gelezen verhaal, waarover wel licht mijn betovergrootvader al heeft gegrinnikt toen hij De Moniteur inkeek. Een wereldberoemd juwelier in de Parijse Rue de la Paix kreeg bezoek van een elegante vreemdeling, die vroeg om een zeer mooie parel. De juwelier toonde een prachtige peervormige schoonheid van grote klasse. De prijs was acht miljoen frank en de klant schreef zonder afdingen een cheque uit. De juwelier aarzelde, omdat hij de man niet kende. Deze stelde voor om de cheque even te laten innen door een bediende. Dat gebeurde en de vreemdeling vertrok met de parel. Enkele maanden later kwam hij terug en vroeg om een exemplaar gelijkwaardig in elk opzicht aan de gelever de parel. De juwelier zei, dat dit erg moeilijk zou wor den en wellicht veel kostbaarder dan de eerste aan koop. De vreemdeling vond dat geen bezwaar en ver trok. De juwelier nam contact op met vooraanstaande relaties in andere hoofdsteden en ontving enkele we ken later bericht uit Brussel, dat een collega een derge lijke parel kon kopen voor veertien miljoen frank. De ju welier ging met de aankoop akkoord en zag toch nog een zoete winst in het vooruitzicht. Jammer genoeg kwam zijn elegante klant nooit meer opdagen. Die had ongeacht de kosten toch in enkele maanden een aardig winstje van zes miljoen weten te behalen. Al vaker gelezen? Kijk toch maar uit, want de heren oplichters vinden nog steeds nieuwe methodes uit om anderen een beentje te lichten. Cas Sier

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1976 | | pagina 24