economische
betekenis
van deviezenreserves
centrale banken
een lezing te houden voor het 'Commit-
IMa een betrekkelijk geringe groei van de internationale deviezenreserves in
de jaren vijftig en zestig (2,3% 1950-1959; 3,1 1960-1969) trad vanaf
1970 een explosieve groei in. In Amerikaanse dollars gemeten, namen de
deviezenreserves in 1970 toe met 18,4%, in 1971 met 41 in 1972 met
21,3 in 1973 met 15 en in 1974 met 19,9
Deze krachtige stijging ken niet aan het goud en slechts voor een gering
deel aan de in 1970 ingevoerde bijzondere trekkingsrechten op het Interna
tionale Monetaire Fonds worden toegeschreven. De uitbreiding van de de
viezenreserves bestaat overwegend uit dollarverplichtingen van de Vere
nigde Staten. De Verenigde Staten financierden met deze verplichtingen
hun enorme betalingsbalanstekort, dat ontstaan was als gevolg van de oor
log in Vietnam. Deze dollarverplichtingen hoopten zich bij de landen met
een betalingsbalansoverschot op als deviezenreserves.
In het nevenstaande artikel gaat prof. dr.
M. Willms in op de problematiek van de
deviezenreserves. Zeer zeker geen ge
makkelijke materie, maar zijn analyse is
opmerkelijk omdat zij uitmondt in de
stelling dat de deviezenvoorraad geen
indicator is voor 's lands welvaart en
rijkdom.
Prof. dr. M. Willms is hoogleraar aan de
Universiteit van Kiel en niet alleen natio
naal maar ook internationaal een gere
nommeerd econoom. In het afgelopen
jaar ontving hij de eervolle uitnodiging
tee on Banking, Housing and Urban Af-
fairs' van de Senaat van de Verenigde
Staten.
In verband met de toeneming van de de
viezenreserves rijzen vragen naar het
ontstaan, de werking en het gebruik er
van. Deze drie vragen zullen hieronder
worden bezien. Daarbij zal in het bijzon
der worden ingegaan op de situatie in
de Bondsrepubliek Duitsland. De proble
matiek is in principe dezelfde voor ande
re belangrijke surpluslanden als Neder
land of Japan.
Ontstaan van de deviezenreserves
Het ontstaan van deviezenreserves is in
principe slechts mogelijk bij een stelsel
van min of meer vaste wisselkoersen en
vrije convertibiliteit van de valuta. Bij
zo'n stelsel doen zich een te groot aan
bod van geld en een excessieve vraag
naar goederen voor, met overeenkom
stige betalingsbalanstekorten in die lan
den welke een overmatig expansieve
geldpolitiek voeren. Het kenmerk van
een dergelijke geldpolitiek is dat het
groeitempo van het binnenlandse be
standdeel van de geldhoeveelheid der
centrale bank in verhouding tot de reële
groei van de economie te hoog ligt. Aan
de andere kant treedt in die landen
waarvan de monetaire expansie in ver
gelijking met de reële groei van het nati
onale produkt geringer is dan in de an
dere landen, een betalingsbalansover
schot op. Dit is het resultaat van de zich
over deze landen verdelende excessieve
vraag naar goederen uit de landen zon
der monetaire discipline en een gelijktij
dig optredende excessieve vraag naar
geld. Aan de excessieve vraag naar geld
Prof. dr. M. Willms
wordt voldaan, doordat de buitenlandse
component van de geldhoeveelheid der
centrale bank via de betalingsbalans
toeneemt. Door dit mechanisme worden
de binnenlandse en buitenlandse
goederen- en geldmarkten met elkaar in
evenwicht gebracht.
Uit het hier gelegde verband zou gecon
cludeerd moeten worden dat het grote
betalingsbalanstekort van de Verenigde
Staten in het begin van de jaren zeven
tig het gevolg is geweest van een over
matig expansieve Amerikaanse geldpoli
tiek. De enorme toeneming van de dol-