14
De geroutineerde bezoekers aan de Algemene Vergadering kennen de weg wat
beter en hebben zich misschien wat sneller van hoed en jas ontdaan dan de
nieuwkomers, die eerst een kopje koffie gaan drinken en het allemaal eens gaan
bekijken. Maar al spoedig voelen ook zij zich thuis in de immense Irenehal en ze
vinden er wellicht bekenden uit omgeving of kringvergadering,
ledereen zal in elk geval met veel plezier hebben gekeken naar de verzorgde ver
hoging met zijn prachtige roze hortensia's en toefen violieren, waarop weldra de
leden van de raad van beheer, van de raad van toezicht en van de hoofddirectie
zouden plaatsnemen. Ditmaal konden de plaatselijke delegaties ook in de verga
derzaal bijeen blijven en behoefden de stemgerechtigen zich niet in het speciale
middenvak op te stellen. Dat nieuwtje gaf geen moeilijkheden, al duurde het op
halen van de stembiljetten nu iets langer.
Wel kostte het de speaker meer moeite dan anders om de afgevaardigden uit de
ontvangsthal naar de vergaderzaal te praten, waar hun aanwezigheid nu een
maal een vereiste was. Misschien kwam dat door de goede koffie of omdat men
toch wat opzag tegen de lange zit.Uiteindelijk was toch iedereen binnen en kon
de voorzitter van de raad van beheer, de heer C. G. A. Mertens, die de vergade
ring leidde,zijn openingswoord uitspreken en de vele prominente gasten welkom
heten.
Duidelijk was op deze algemene vergadering de actualiteit van het maatschap
pelijk gebeuren aanwezig. De Rabobankorganisatie staat midden in het leven,
dat bleek uit de stellingname in de redevoeringen van de heren Mertens en Ver
flage. Beiden gingen in op zeer recente en belangrijke ontwikkelingen in het poli
tieke en maatschappelijke leven.
De heer Mertens schetste op overtuigende wijze de zorgelijke economische situ
atie. Hij kritiseerde met name de invoering van de VAD op een moment dat het
investeringsklimaat reeds slecht is te noemen. Met grote ernst ging hij in op de
voorgenomen instelling van de Postbank, die hij als onnodig en schadelijk van
de hand wees. Ook in de woorden van dr. A. J. Verhage klonk de mening van de
organisatie over de Postbank ongezouten door. Hij wees eveneens op het ach
terblijven van de investeringen, waardoor een klimaat wordt geschapen waarin
de werkloosheid en de inflatie verder kunnen gedijen. Hij vroeg begrip voor het
streven van de banken om in deze onzekere tijden ten bate van de voor leden en
cliënten zo noodzakelijke continuïteit, hun eigen vermogenspositie te verster
ken.
Droegen beide sprekers actuele onderwerpen aan, de derde spreker was door
zijn verschijnen alleen al het bewijs voor de actualiteit van de algemene verga
dering. Zou immers oorspronkelijk de minister van Economische Zaken,
drs. R. F. M. Lubbers. het woord hebben gevoerd, de politieke en economische
ontwikkelingen van de dag dwongen hem ertoe deze taak over te dragen aan
zijn staatssecretaris, de heer Hazekamp. Deze laatste kweet zich overigens
voortreffelijk van zijn taak en schetste een breed toekomstperspectief voor het
midden- en kleinbedrijf.
Voordat de staatssecretaris het woord voerde was het officiële gedeelte van de