acosca's ontwikkelingsplan.
ontwikkeling mede door toedoen van
onze organisatie is gestimuleerd.
2 Uitbreiding van activiteiten in landen
waar een organisatie van kredietcoöpe
raties bezig is te ontstaan. Dit betreft
voor het merendeel Engelssprekende
Afrikaanse landen. In vrijwel alle landen
liggen nog grote mogelijkheden open.
3 Streven naar een zo groot mogelijke
financiële onafhankelijkheid. Tot nu toe
is de credit-unionsbeweging afhankelijk
van giften en leningen uit het buiten
land. In sommige Afrikaanse landen is
men echter al een eind op weg om vol
ledig zelfstandig te kunnen functioneren.
De bedoeling is dat tegen 1980 voor de
meeste landen die zelfstandigheid bin
nen het verschiet ligt.
4 Uitbouw van activiteiten in landen
waar tot nu toe de ontwikkeling niet of
nauwelijks op gang gekomen is. Dit is
het geval in veel Franssprekende gebie
den.
5 Intensieve benutting van de vijf trai
ningscentra die ACOSCA in Afrika heeft.
Deze centra bevinden zich in Opper-
Volta, Cameroun, ZaTre, Kenya en in Le
sotho.
Boven: Acosca-huis: hoofdzetelAfrican
cooperative Savlngs and Credit
Association.
Onder: Stenen huizen met water, licht
en riolering: bouwproject van de Credit
Union in Thika, Kenya.
6 Toepassing van een systeem van kre
dietverlening aan kleine boeren: het Di-
rected Agricultural Production Credit-
systeem. Elders in de wereld vindt dit al
toepassing. Daarbij worden zeer gunsti
ge resultaten bereikt. In januari 1975
startte dit landbouwkredietsysteem in
Cameroun._ Binnenkort worden ook an
dere Afrikaanse landen er in betrokken.
Voorwaarde is dat er een coöperatieve
kredietorganisatie moet bestaan met
goede mankracht en een goed ontwik
keld apparaat. In Ghana en Uganda is
dat het geval, zodat ook deze landen
met het systeem zullen beginnen.
7 Toepassing van de 'central fund'
gedachte in alle organisaties van credit-
unions in de Afrikaanse landen. De cen
tral fund-gedachte gaat terug naar de
oorspronkelijke centrale bank-functie
zoals wij die ook in de Europese landen
kennen. Coöperatieve banken die mid
delen over hebben kunnen deze aan
wenden via de centrale instantie ten be
hoeve van coöperatieve banken die mid
delen voor de financieringsaanvrager te
kort komen. Het central fund wordt ge
zien als een belangrijk structuurelement
in de Afrikaanse coöperatieve krediet
organisaties die bij ACOSCA zijn aange
sloten.
Bij ACOSCA zal ook de deskundigheid
moeten worden ingebouwd om deze
centrale bank-functie tot ontwikkeling te
brengen.
Het plan bevat vele aanvullende activi
teiten. Men kan daarbij denken aan de
toepassing van kredietsystemen voor de
bouw van woningen, aan een risk
management-programma dat zich richt
op verzekering van leningsverplichtin-
i gen in geval van overlijden van de kre
dietnemer en het geven van een tege
moetkoming aan nabestaanden in geval
van overlijden van spaarders. Een goed
systeem dat zich stellig leent voor ver
dere toepassingsmogelijkheden ook
voor wat betreft risico's van diefstal enz.
De omvangrijke taken waarvoor men in
Afrika staat worden door veel donor
instellingen onderkend. Vanuit Amerika,
Canada en Duitsland, en van een veel
heid van internationale organisaties is
steun voor ACOSCA te verwachten. Als
de plannen worden gerealiseerd zal
ACOSCA in 1980 de beschikking hebben
over ongeveer US 170 miljoen. In de
ogen van de Westers georiënteerde
mensen een bescheiden bedrag, doch
tegen de achtergrond van de geringe,
soms zeer geringe inkomenspositie van
de Afrikaanse bevolking, een respecta
bele som. Met een bestand aan middel
en van US 170 miljoen is ACOSCA
echter niet self-supporting. Ook na 1980
is verdere hulp geboden. Eerst moet er
voor worden gezorgd dat de leden
organisaties zoveel mogelijk uit de rode
cijfers komen.
Aan Stichting Steun door Rabobanken
wordt door ACOSCA gevraagd naar ver
mogen bij te dragen in het ontwikke
lingsprogramma 1976- 1980. Het be
stuur van de Stichting zal daarover zeker
worden benaderd. Zodra hierover meer
gegevens bekend zijn, is het goed de or
ganisatie daarover in te lichten. Wellicht
bestaat de mogelijkheid te komen tot
een afgerond project voor de Afrikaanse
ontwikkeling van kredietcoöperaties,
een project dat wij voor een aantal jaren
met extra belangstelling kunnen volgen.
