amerikaanse banken
in een
stroomversnelling
Het nationale en internationale
bankwezen is het afgelopen decen
nium sterk in beweging. In deze
periode bereikte het bruto nationaal
produkt van de industrielanden een
historisch ongekende omvang. De
wijziging van het economische we
reldbeeld ging gepaard met een toe
nemende onderlinge afhankelijkheid
op het internationale vlak. Om pro
fijt te trekken van de ontstane
marktverruiming gingen Amerikaan
se banken over tot oprichting van
bank holding companies. Deze fi
nanciële instellingen, tot stand ge
komen door de zich over een breed
veld uitstrekkende financiële activi
teiten, hebben de laatste jaren met
tegenwind te kampen gekregen.
(De conjuncturele neergang liet haar
invloed gelden.) Daarnaast speelden
andere factoren een belangrijke rol:
de financiële crisis van IMew York;
de crisis in de onroerend-goed-
wereld; grote risico's als gevolg
van deelnemingen in sectoren die
door de oliecrisis werden getroffen
zoals de lucht- en tankervaart en
betalingsmoeilijkheden van de Der
de Wereld.
Het valt niet te ontkennen, dat een en
ander wat problemen heeft opgeleverd.
Het is dan ook interessant om na te
gaan op welke wijze de sterke opgang
van het bankwezen heeft plaatsgevon
den. Door de gevolgen van deze opgang
te analyseren valt tevens een indruk te
krijgen in hoeverre de groei van het
bankwezen en de verminderde standing
van de leningen wijzigingen hebben ge
bracht in het standpunt en de positie
van zowel bankiers en deposanten als
van de instanties belast met het toezicht
op het bankwezen.
Go-go banking
Walter B. Wriston, president van Citicor-
poration met als bank de Citibank, geldt
als de representant van de generatie
jonge bankiers, die de gedaantewisse
ling van het Amerikaanse bankwezen
Drs. J. van der Zwaai,
Stafgroep Internationaal Beleid
bepaalden. De mogelijkheden om te
profiteren van de snel oplopende indus
triële p'roduktie zorgden in het bankwe
zen voor een diversiteit, welke gestalte
kreeg in de oprichting van de bank hold
ing companies. Naast de Citibank om
vat Citicorporation financieringsmaat
schappijen, hypotheekbanken, onroe-
rend-goedmaatschappijen en onderne
mingen voor leasingactiviteiten.
De marktverruiming in de expansieve
economie van de zestiger en begin ze
ventiger jaren leidde tot een tekort aan
financieringsmiddelen om de krediet-
vraag langs de gebruikelijke weg te dek
ken. Ten einde de financiële carrousel
gaande te houden, gingen de banken er
toe over de aan hen toevertrouwde mid
delen uit te breiden. Het achterblijven
van de groei van kapitaal en reserves bij
de sterke groei van de kredietverlening
resulteerde in een verslechtering van de
balansverhoudingen, ofwel een vermin
dering van de solvabiliteit. 'Go-go bank
ing' met het oogmerk een zo groot mo
gelijke groei van het balanstotaal te be
reiken, leidde tot de volgende karakteri
sering van de bancaire activiteiten:
'Banking became a high volume low-
mark up business'. De internationalise
ring van het Amerikaanse bankwezen,
welke leidde tot haar huidige positie in
de internationale financiële wereld, was
mede het gevolg van nationale beper
kingen. Amerikaanse banken mogen al
leen in de deelstaat hun bedrijf uitoefe
nen waar de oprichting plaatsvindt. Zo
kan de Bank of America nationaal uit
sluitend in Californië opereren. Ameri
kaanse bankbedrijven hebben een aan
zienlijk aandeel op de internationale fi
nanciële markten veroverd. Deze situa
tie geeft nu problemen, want een aantal
landen van de Derde Wereld is in beta
lingsmoeilijkheden terechtgekomen. De
Amerikaanse banken zijn hier nauw bij
betrokken. Van de bancaire kredietverle
ning ter grootte van 40 miljard ligt
meer dan de helft - $23,5 miljard - in
hun handen.
Een deel van de oorzaken van de huidige
financiële mankementen is buiten het
bankwezen om ontstaan. Recessie en
inflatie creëerden situaties waar het
bankwezen niet op had leren inspelen,
alle lessen van de jaren dertig ten spijt.
De onregelmatigheden tot uiting ko
mend in de wildgroei op het vlak van de
kredietverlening, de verstoring van de
internationale geldmarkten door de
Herstatt-affaire in 1974 en het faillisse
ment van een aantal Amerikaanse ban
ken hebben nationale autoriteiten de
ogen geopend. Hierbij kwam dan on
langs nog de hetze rond de probleemlijst
van Amerikaanse banken, waarbij ach
teraf bleek dat de ernst van de zaak niet
bestond in de als zodanig gepresenteer
de vorm. De pers is er door de sensatio
nele presentatie in geslaagd publiekelijk
een schok te veroorzaken, maar tot een
vertrouwenscrisis kwam het niet, want
al gauw bleek naast een aantal kantte
keningen de degelijkheid van het bank
wezen te overheersen.
Is de kapitaalvoorziening
toereikend?
De Comptroller of the Currency, evenals
de Federal Reserve Board, een instelling
belast met toezicht op het bankwezen,
zag zich gehinderd door dat derden on
rechtmatig tot publikatie overgingen van
de zogeheten 'probleemlijst'. Deze ver
ouderde, uit medio 1974 daterende lijst
leek reden tot twijfel te geven over de fi
nanciële positie van twee van Amerika's
grootste banken, de Citibank en de Chase
Manhattan Bank. Voor het verschijnen
op de lijst geldt als criterium dat de
omvang van de door instellingen ver
strekte leningen, die als dubieus kunnen
worden aangemerkt, de 65 van het
garantievermogen van de banken moet
hebben overschreden. De ommezwaai
van 'go-go banking' naar 'quality bank
ing' valt, behalve uit het aan de opper
vlakte komen van te grote risico's (als