de kondratieff
Drs. H. H. J. Bol, economisch medewerker van de Stafgroep
Studiedienst van de Centrale Bank
Vette en magere jaren? Dat vroeg
de hoofdredacteur zich in het
maartnummer af in een beschou
wing over de z.g. Kondratieff-
cyclus. Het geheim van die cyclus
blijft ons nog even bezighouden,
want de heer Bol vertelt ons wat
meer over 'De Kondratieff', een
onder vakeconomen vertrouwde
term.
Ook de heer Bol zit met de moei
lijkheid een verklaring van de cy
clus te vinden. Maar het bestaan
van deze lange golf is onomstote
lijk vastgesteld, al is het, zolang
we de eigenlijke verklaring niet
weten, a/tijd mogelijk dat de toe
komst een ander beeld zal ople
veren dan het verleden. Momen
teel ziet het daar (helaas) niet
naar uit.
Het is een bekend feit, dat economen
graag voorspellen. Met name wagen
economen nogal eens te prognostiseren
wanneer het fout zal lopen met een be
paalde ontwikkeling. Dat men er wel
eens naast blijkt te zitten, is minder be
langrijk. Het meest dankbare beroep dat
men zich kan kiezen is immers dat van
onheilsprofeet. Wanneer het voorspelde
onheil inderdaad optreedt, dan oogst
men bewondering voor het getoonde in
zicht. En als de ontwikkelingen géén
wending ten kwade nemen, wordt dat
toegeschreven aan het feit, dat de eco
noom op tijd heeft gewaarschuwd.
Dit alles houdt verband met het feit, dat
vele economische variabelen een golf
beweging vertonen. De meest bekende
golf is de conjunctuur: een schomme
lende beweging van het nationale inko
men en daarmee samenhangende
grootheden (bijvoorbeeld produktie,
werkgelegenheid) met een golflengte,
die varieert van 3 tot 11 jaren. Een min
der bekende beweging in het economi
sche leven is de lange golf, die naar één
van de ontdekkers ervan de Kondratieff
wordt genoemd en die een lengte van
50 tot 60 jaar heeft. Men kan zich dit het
beste voorstellen als een op- en neer
gaande lijn, waarde kortere conjunctuur
golven zich omheen bewegen.
De lange golf staat de laatste tijd sterk
in de belangstelling aangezien we de
top enkele jaren geleden hebben gepas
seerd, wat betekent, dat ons - als de
golf zich ook in de toekomst blijft herha
len enkele decennia van minder snelle
welvaartstoeneming te wachten staan.
De hoofdredacteur van dit blad heeft er
in het maartnummer reeds een interes
sante beschouwing aan gewijd. Wij zul
len in dit artikel enkele facetten van het
golfpatroon belichten.
In het artikel dat Nikolai Kondratieff in
1926 in het Russisch publiceerde en dat
(gelukkig) ook in andere talen werd ver
taald, is heel wat te lezen. Zo blijkt on
der andere, dat de golfbeweging, die hij
destilleert uit een aantal gegevens van
belangrijke landen, vanaf het jaar 1789
niet zo mooi en glad verloopt, als wei
eens wordt aangenomen. Het is een gril
lige lijn, die echter onmiskenbaar toppen
en dieptepunten vertoont. Kondratieff
noemt in zijn artikel enige mogelijke
oorzaken van de lange golf: belangrijke
technische vindingen en oorlogen zou
den een extra stimulans kunnen beteke
nen voor de economische activiteit, ter
wijl ook het openleggen van nieuwe lan
den en een verhoging van de goudpro-
duktie in extra bedrijvigheid zouden kun
nen resulteren. Tegelijkertijd verwerpt
hij echter deze verklaringen. Immers:
zouden technische vindingen, oorlogen,
de ontdekking van onbetreden gebieden
en een verhoging van de goudproduktie
niet met evenveel recht gevolgen kun
nen zijn van de economische opbloei?
De verklaring van de lange golf liet Kon
dratieff dus aan anderen over. Velen
hebben zich sindsdien verdiept in deze
materie. Opvallend is daarbij, dat reeds
vóórdat Kondratieff zijn onderzoek pu
bliceerde, ook anderen onafhankelijk
van elkaar tot de slotsom waren geko
men, dat er een lange golf bestond. In
1913 schreef de Nederlander J. van Gel
deren onder de schuilnaam J. Fedder
het bestaan van golven met een lengte
van ongeveer een halve eeuw toe aan
een gebrek aan evenwicht in verschil
lende sectoren van de economie. En
reeds in 1901 publiceerde de Rus Tugan
Baranowsky over hetzelfde onderwerp.
Verder kwamen de Fransman Aftalion
(1914), de Nederlander De Wolff (1924),
de Duitser Spiethoff (1925) en de Zweed
Gustav Cassel (1932) allen tot de con
clusie, dat er een lange golf bestaat.
Een belangwekkende verklaring werd in
1939 door de uit Duitsland naar de Ver
enigde Staten gevluchte Schumpeter
gegeven. Bij hem staat de ondernemer
centraal. Een echte ondernemer, zo luidt
zijn redenering, brengt geheel nieuwe
vindingen ('innovations') in produktie,
waardoor een uitstralingseffect ontstaat
naar andere sectoren van de economie,
zodat de lange golf aan een opgaande